6 reacties wilsonbekwaamheid Flashcards

1
Q

Waarom is het belangrijk om juridische reacties op wilsonbekwaamheid te regelen, en wat zijn de belangrijkste begrippen in dit verband?

A

Belang van Juridische Reacties op Wilsonbekwaamheid:
Patiënten hebben in principe dezelfde persoonlijkheidsrechten en patiëntenrechten als volwassenen, maar niet alle patiënten zijn in staat om deze rechten zelf uit te oefenen.
Het regelen van juridische reacties op wilsonbekwaamheid is cruciaal om de belangen van patiënten te beschermen wanneer ze niet in staat zijn autonome beslissingen te nemen.

Begrippen:

    Handelingsonbekwaamheid: Dit is een juridisch begrip waarbij een persoon niet (meer) autonoom mag beslissen, vaak als gevolg van een rechterlijke beslissing of wetsbepaling.

    Wilsonbekwaamheid: Dit is een feitelijk begrip waarbij een persoon niet (meer) in staat is autonoom te beslissen, meestal vanwege een ziekte, medische toestand, geestesstoornis, enz. Vaak wordt wilsonbekwaamheid vastgesteld door een beroepsbeoefenaar, zoals een arts.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

: Hoe worden patiëntenrechten uitgeoefend door minderjarigen, en wie vertegenwoordigt hen in de uitoefening van deze rechten?

A

Antwoord:

Uitgangspunt voor Minderjarigen:
    Minderjarigen hebben vanaf de geboorte dezelfde persoonlijkheidsrechten en patiëntenrechten als volwassenen.
    In principe oefenen minderjarigen tijdens hun minderjarigheid deze rechten echter niet zelf uit.

Vertegenwoordiging door Ouders:
    In principe worden minderjarigen bij de uitoefening van hun patiëntenrechten vertegenwoordigd door:
        De ouders die het gezag uitoefenen.
        Of door de voogd.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe worden minderjarigen vertegenwoordigd door hun ouders bij de uitoefening van patiëntenrechten, en wat zijn de voorwaarden hiervoor?

A

Ouderlijk Gezag:
Het ouderlijk gezag komt principieel toe aan de “ouders,” wat verwijst naar personen ten opzichte van wie een juridische afstammingsband bestaat.

Wie Komt in Aanmerking voor Ouderlijk Gezag:
    Niet in aanmerking komen: stiefouders, wettelijk samenwonende partners, enz.
    Of ouders samenleven of niet, en of ze een koppel zijn of niet, speelt geen rol.
    Zelfs als (hoofdzakelijk) verblijf wordt toegewezen aan één ouder, heeft dit op zich geen impact op de gezamenlijke uitoefening van ouderlijk gezag.

Uitzonderingen op Gezamenlijke Uitoefening:
    In uitzonderlijke gevallen kan de rechter de uitoefening van ouderlijk gezag aan één van de ouders toewijzen.
    Dit impliceert niet automatisch het "ontzetten" uit ouderlijk gezag, en de andere ouder behoudt bepaalde rechten zoals toezicht en persoonlijk contact.

Als één Ouder Ontbreekt:
    Als één ouder ontbreekt (bijvoorbeeld overleden of wilsonbekwaam), zal de andere ouder het ouderlijk gezag uitoefenen.

Gezamenlijke Uitoefening van Ouderlijk Gezag:
    Het Belgisch Wetboek gaat uit van de gezamenlijke uitoefening van ouderlijk gezag, zelfs als ouders niet samenleven (artikel 374, al. 1 BW).
    Tenzij de rechter de uitoefening van ouderlijk gezag aan één ouder toevertrouwt (artikel 374, al. 2 BW).

Toestemming van Eén Ouder Volstaat:
    In geval van gezamenlijke uitoefening van ouderlijk gezag, kan de toestemming van één ouder volstaan voor derden te goeder trouw, zoals zorgverleners.
    Er is een weerlegbaar vermoeden dat één ouder handelt met instemming van de andere ouder (artikel 373, al. 2 en artikel 374, al. 1 BW).

Uitzonderingen op Toestemming van Één Ouder:
    Als de andere ouder zich verzet tegen de voorgenomen beslissing of handeling, of als derden weten van onenigheid tussen ouders over de voorgenomen beslissing of handeling, kan de toestemming van één ouder niet volstaan.
    In dergelijke gevallen is de uitoefening van patiëntenrechten door één ouder niet mogelijk, en kan de zorgverlener niet verder handelen.
    Bij aanhoudende geschillen moeten ouders naar de familierechter stappen, behalve in spoedgevallen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke uitzonderingen en fasen zijn er bij minderjarigen met betrekking tot de uitoefening van patiëntenrechten?

A

Antwoord:

Uitzonderingen op Vertegenwoordiging door Ouders:
    De Patiëntenrechtenwet voorziet in twee belangrijke uitzonderingen op het beginsel van vertegenwoordiging door ouders bij minderjarigen:
    (1) "De patiënt wordt betrokken bij de uitoefening van zijn rechten rekening houdend met zijn leeftijd en maturiteit."
    (2) "De in deze wet opgesomde rechten kunnen door de minderjarige patiënt die tot een redelijke beoordeling van zijn belangen in staat kan worden geacht, zelfstandig worden uitgeoefend."

Drie Fasen bij Minderjarigen:

    (Eerste fase) De minderjarige is handelingsonbekwaam en niet in staat om een mening te vormen. In deze fase wordt hij volledig vertegenwoordigd door de ouders.

    (Tweede fase) De minderjarige is handelingsonbekwaam, maar in staat om een mening te vormen en te uiten. In deze fase vertegenwoordigen de ouders de minderjarige, maar hij wordt "betrokken" rekening houdend met zijn leeftijd en maturiteit. Dit betekent dat hij op zijn minst geïnformeerd wordt en deelneemt aan het besluitvormingsproces, waarbij gezamenlijke besluitvorming wordt nagestreefd.

    (Derde fase) De minderjarige is "tot een redelijke beoordeling van zijn belangen in staat" en oefent zijn patiëntenrechten zelfstandig uit. Dit geldt voor alle patiëntenrechten en sluit de tussenkomst van de ouders uit. Een autonome minderjarige is juridisch gelijkgesteld aan een volwassene.

Beoordeling Wils(on)bekwaamheid bij Minderjarigen:
    De beoordeling van wils(on)bekwaamheid bij minderjarigen gebeurt niet louter op basis van een vaste leeftijd.
    De beroepsbeoefenaar beoordeelt de maturiteit van elke patiënt afzonderlijk en per behandeling.
    Hierbij wordt rekening gehouden met factoren zoals ziekte-ervaring, intellectuele en emotionele maturiteit, en het taakspecifieke karakter van de handeling (risicovol, irreversibel, enz.).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de gevolgen van autonome minderjarigen voor beroepsgeheim en privacybescherming?

A

Eigen Recht op Privacybescherming:
Autonome minderjarigen hebben een eigen recht op bescherming van hun privacy.
Ze kunnen weigeren dat hun ouders inzage hebben in hun medisch dossier.

Respect voor Beroepsgeheim:
    Het beroepsgeheim moet ook tegenover de ouders worden gerespecteerd, aangezien autonome minderjarigen hun eigen recht op privacy hebben.
    Ouders hebben alleen recht op informatie om als vertegenwoordiger op te treden als de minderjarige daarmee instemt.
    Weigering van inzage in het patiëntendossier door de minderjarige moet worden gerespecteerd.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het uitgangspunt met betrekking tot meerderjarige wilsonbekwame patiënten en hun patiëntenrechten?

A

Het uitgangspunt is dat een meerderjarige patiënt in beginsel wordt geacht zelf zijn patiëntenrechten te kunnen uitoefenen.
Indien de patiënt echter niet in staat is om dit te doen, voorziet de Wet Patiëntenrechten in een regeling voor de vertegenwoordiging van wilsonbekwame volwassen patiënten, zowel tijdelijk als blijvend wilsonbekwaam.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

at zijn de kenmerken en voorwaarden voor een zelf gekozen vertegenwoordiger bij wilsonbekwame volwassen patiënten?

A

Een “door de patiënt benoemde vertegenwoordiger” kan al zijn rechten uitoefenen op het moment dat de patiënt zelf daartoe niet meer in staat is.
Deze vertegenwoordiger kan door de patiënt vrij worden gekozen (familie, vrienden, buren, enz.).
De aanwijzing van de vertegenwoordiger gebeurt via een bijzonder gedateerd mandaat dat door zowel de patiënt als de vertegenwoordiger wordt ondertekend en gedateerd.
Het mandaat is herroepbaar door beiden.
Sinds 2019 kan deze aanwijzing ook plaatsvinden via een ‘zorgvolmacht’.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de kenmerken van een door de vrederechter aangestelde bewindvoerder bij wilsonbekwame volwassen patiënten?

A

Tot 2014 waren er verschillende statuten voor onbekwaamheid (zoals verlengde minderjarigheid, gerechtelijke onbekwaamverklaring, enz.).
Deze werden omgevormd tot een nieuw eenheidsstatuut genaamd ‘bewind’ via de wet van 17 maart 2013.
Iedereen kan een verzoekschrift indienen voor de aanstelling van een bewindvoerder, inclusief familieleden, rusthuizen, mutualiteiten, enz.
Het verzoek moet vergezeld gaan van een omstandige geneeskundige verklaring die maximaal 15 dagen oud is.
Er zijn twee regimes mogelijk: bijstand (de persoon kan nog zelf beslissen, maar niet alleen) en vertegenwoordiging (de persoon kan niet meer zelf beslissen).
De vrederechter kan de bewindvoerder ook bevoegd maken voor de uitoefening van patiëntenrechten en medische beslissingen, wat blijkt uit het aanstellingsvonnis.
Opmerking: Een beroepsbeoefenaar kan de patiënt nog steeds als wilsbekwaam beschouwen, waardoor hij geen beroep hoeft te doen op plaatsvervangende toestemming door de bewindvoerder.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat houdt de cascade van familieleden in bij wilsonbekwame volwassen patiënten?

A

Wanneer de wilsonbekwame patiënt geen zelf gekozen vertegenwoordiger heeft aangewezen en er geen bewindvoerder is aangesteld door de vrederechter, voorziet de wet in een regeling waarbij bepaalde familieleden kunnen optreden als vertegenwoordigers.
De cascade of pyramide van familieleden bepaalt de volgorde van wie mag optreden als vertegenwoordiger.
Eerst komt de samenwonende echtgenoot of samenwonende partner in aanmerking, gevolgd door andere familieleden in dalende volgorde, zoals meerderjarige kinderen, ouders, broers en zussen.
In principe is één vertegenwoordiger voldoende, en er is een oplossing voorzien voor intra-familiale conflicten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de rol van de beroepsbeoefenaar bij wilsonbekwame volwassen patiënten wanneer er geen familieleden beschikbaar zijn?

A

Indien er geen geschikte familieleden beschikbaar zijn om als vertegenwoordiger op te treden, heeft de beroepsbeoefenaar de verantwoordelijkheid om beslissingen te nemen in het belang van de patiënt.
Deze beslissingen moeten worden genomen na multidisciplinair overleg.
De beroepsbeoefenaar is verplicht om rekening te houden met de gradueel verminderde bekwaamheid van de patiënt en moet de patiënt zoveel mogelijk betrekken bij de uitoefening van zijn rechten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn enkele uitzonderingen en regelingen voor conflicten bij wilsonbekwame volwassen patiënten met betrekking tot vertegenwoordiging?

A

(1) Inzage en afschrift van het dossier kan worden geweigerd aan een vertegenwoordiger als dit nodig is voor de bescherming van het privé-leven van de patiënt.
(2) Bij een conflict tussen vertegenwoordigers van dezelfde rang, bijvoorbeeld kinderen, beslist de beroepsbeoefenaar in het belang van de patiënt na multidisciplinair overleg.
(3) Bij een conflict tussen de beroepsbeoefenaar en de vertegenwoordiger mag de beroepsbeoefenaar afwijken van de beslissing van de vertegenwoordiger, maar alleen als dit in het belang van de patiënt is en om ernstige bedreiging van het leven of ernstige aantasting van de gezondheid te voorkomen. De afwijking moet gemotiveerd worden in het dossier. Er is echter een uitzondering op deze uitzondering: de afwijking kan niet plaatsvinden als de patiënt zelf een vertegenwoordiger heeft aangewezen en deze zich beroept op de ‘uitdrukkelijke wil van de patiënt’ die is geuit toen de patiënt nog wilsbekwaam was.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke wetgeving is van toepassing op patiënten met psychiatrische aandoeningen met betrekking tot hun rechten en gedwongen opneming?

A

Voor patiënten met psychiatrische aandoeningen is de Wet Patiëntenrechten van toepassing, zonder onderscheid te maken tussen psychiatrische en andere aandoeningen.
Elke patiënt, inclusief psychiatrische patiënten, heeft patiëntenrechten.
Er is geen specifieke wetgeving voor patiënten met psychiatrische aandoeningen, maar er is wel een specifieke regeling voor gedwongen opname van geesteszieken, ook wel “collocatie” genoemd, vastgelegd in de Wet van 26 juni 1990 betreffende de bescherming van de persoon van de gee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Betekent gedwongen opname automatisch het verlies van handelings- en wilsbekwaamheid voor de patiënt?

A

Nee, gedwongen opname betekent niet automatisch het verlies van handelings- en wilsbekwaamheid voor de patiënt.
Het feit dat iemand is opgenomen, betekent niet dat hij onbekwaam is om bepaalde patiëntenrechten uit te oefenen, zoals het recht op informatie.
De handelings- en wilsonbekwaamheid van de patiënt zijn het gevolg van een gerechtelijke beslissing.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat voorziet de Wet Bescherming Persoon Geesteszieke (WBPG) met betrekking tot de gedwongen opname van geesteszieken?

A

Flashcard 151e: Dwangopneming van Geesteszieken - Deel A: Inleiding
Vraag: Welke wetgeving is van toepassing op patiënten met psychiatrische aandoeningen met betrekking tot hun rechten en gedwongen opneming?
Antwoord:

Voor patiënten met psychiatrische aandoeningen is de Wet Patiëntenrechten van toepassing, zonder onderscheid te maken tussen psychiatrische en andere aandoeningen.
Elke patiënt, inclusief psychiatrische patiënten, heeft patiëntenrechten.
Er is geen specifieke wetgeving voor patiënten met psychiatrische aandoeningen, maar er is wel een specifieke regeling voor gedwongen opname van geesteszieken, ook wel "collocatie" genoemd, vastgelegd in de Wet van 26 juni 1990 betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke (Wet Bescherming Persoon Geesteszieke).

Flashcard 152e: Dwangopneming van Geesteszieken - Deel A: Inleiding (Vervolg)
Vraag: Betekent gedwongen opname automatisch het verlies van handelings- en wilsbekwaamheid voor de patiënt?
Antwoord:

Nee, gedwongen opname betekent niet automatisch het verlies van handelings- en wilsbekwaamheid voor de patiënt.
Het feit dat iemand is opgenomen, betekent niet dat hij onbekwaam is om bepaalde patiëntenrechten uit te oefenen, zoals het recht op informatie.
De handelings- en wilsonbekwaamheid van de patiënt zijn het gevolg van een gerechtelijke beslissing.

Flashcard 153e: Dwangopneming van Geesteszieken - Deel A: Inleiding (Vervolg)
Vraag: Wat voorziet de Wet Bescherming Persoon Geesteszieke (WBPG) met betrekking tot de gedwongen opname van geesteszieken?
Antwoord:

De Wet Bescherming Persoon Geesteszieke (WBPG) voorziet strenge regels en rechterlijke controle voor de aanvang van de gedwongen opname van geesteszieken.
De procedure en voorwaarden voor het beroven van iemand van zijn vrijheid zijn in deze wet vastgelegd.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de verhouding tussen de Wet Bescherming Persoon Geesteszieke (WBPG) en de Wet Patiëntenrechten (WP) met betrekking tot gedwongen opgenomen patiënten?

A

De WBPG (Wet Bescherming Persoon Geesteszieke) is een lex specialis, wat betekent dat deze wet specifieke regels en rechten voor gedwongen opgenomen patiënten bevat.
De WP (Wet Patiëntenrechten) is daarentegen een lex generalis en is van toepassing op alle patiënten, tenzij de WBPG specifieke regels of afwijkingen bevat.
Als de WBPG afwijkt van de WP of strenger is, zal de WBPG primeren.
Bijvoorbeeld, de WP voorziet het recht op vrije keuze van een arts, maar dit recht wordt beperkt in de WBPG door het aanbod van de kliniek waar de vrederechter de patiënt plaatst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de belangrijkste basisprincipes van de Wet Bescherming Persoon Geesteszieke (WBPG)?
Antwoord:

A

Het belangrijkste basisprincipe is het verbod van vrijheidsbeperking bij de diagnose en behandeling van psychische stoornissen, tenzij er sprake is van gedwongen opname (collocatie).
Gedwongen opname en internering zijn de enige uitzonderingen op dit verbod van vrijheidsberoving volgens de WBPG.
De WBPG bepaalt dat vrijwillig opgenomen patiënten te allen tijde de psychiatrische instelling kunnen verlaten, tenzij gedwongen opname is bevolen.

17
Q

Welke criteria worden gehanteerd om vast te stellen of een persoon in aanmerking komt voor gedwongen opname (collocatie) op basis van geestesziekte?

A

Het criterium “geestesziekte” is een verouderde term die in de psychiatrie niet wordt gebruikt, maar impliceert een “psychische stoornis”.
Dit criterium wordt ingevuld door een arts volgens de actuele stand van de wetenschap om te diagnosticeren of er sprake is van een psychische aandoening.
Er moet sprake zijn van een ernstige vorm van psychische stoornis met een zekere continuïteit.
Het criterium “geestesziekte” wordt niet louter op basis van onaangepast gedrag beschouwd, tenzij dit gedrag gepaard gaat met andere ziekteverschijnselen.
Er zijn vaak betwistingen over de toepassing van dit criterium, vooral bij personen met mentale handicaps, dementie, ouderdomsverschijnselen, afhankelijkheidsproblemen, enz.

18
Q

Welke criteria worden gehanteerd om vast te stellen of een persoon in aanmerking komt voor gedwongen opname (collocatie) op basis van gevaar?

A

Gevaar:
Er zijn twee aspecten van gevaar die tot collocatie kunnen leiden:
Het individu brengt zijn eigen gezondheid en veiligheid ernstig in gevaar (actueel gevaar).
Het individu vormt een ernstige bedreiging voor het leven of de integriteit van anderen.
Gedwongen opname mag niet worden gebruikt om iemand in betere levensomstandigheden te plaatsen of om iemand naar een ander tehuis te sturen; dit principe beperkt het gebruik van collocatie.
Gedwongen opname is niet gerechtvaardigd louter op basis van gezondheidsredenen of weigering van een behandeling.
Collocatie is vaak gebaseerd op het gevaar voor het eigen leven van de persoon, maar kan ook betrekking hebben op gevaar voor anderen als de persoon de controle over zijn daden verliest.
Als er geen causaal verband is tussen de geestesziekte en het gevaar, moet het strafrecht worden toegepast bij strafbare daden.

19
Q

Is er een vereist causaal verband tussen de geestesziekte en het gevaar voor gedwongen opname (collocatie)?

A

Er is discussie over de vraag of er een vereist causaal verband moet zijn tussen de geestesziekte en het gevaar voor gedwongen opname (collocatie).
Er zijn twee opvattingen:
Ruime opvatting: Er is geen vereist causaal verband; de criteria voor geestesziekte en gevaar zijn afzonderlijk.
Engere opvatting: Er moet wel een causaal verband zijn tussen de geestesziekte en het gevaar.
In de praktijk wordt vaak de ruime opvatting gevolgd, maar dit kan variëren per vrederechter.

20
Q

Wat houdt het subsidiariteitscriterium in bij gedwongen opname (collocatie)?

A

Het subsidiariteitscriterium vereist dat gedwongen opname (collocatie) alleen mag plaatsvinden “bij gebreke van enige andere geschikte behandeling”.
Dit betekent niet dat collocatie alleen kan plaatsvinden als er geen psychiatrische behandeling (meer) mogelijk is, maar wel dat collocatie alleen gerechtvaardigd is als er geen andere optie is om het gevaar voor de persoon zelf of anderen te vermijden.
Als een persoon bereid is zich vrijwillig te laten behandelen, kan deze in principe niet gedwongen worden opgenomen.
Loze of voorheen genegeerde beloften van vrijwillige behandeling mogen worden genegeerd.
Collocatie moet de laatste en enige optie zijn.

21
Q

Wat is het omstandig geneeskundig verslag en wat zijn de vereisten ervan bij de procedure voor gedwongen opname (collocatie)?

A

Het omstandig geneeskundig verslag is een verplicht document dat moet worden toegevoegd aan het verzoekschrift voor gedwongen opname (collocatie).
Het mag maximaal 15 dagen oud zijn.
Het verslag moet omstandig zijn en de toestand en symptomen van de ziekte beschrijven, samen met de motivering voor de gedwongen opname.
Het verslag moet worden opgesteld na een daadwerkelijk medisch onderzoek, waarbij de arts de patiënt zelf heeft gezien en niet alleen is gebaseerd op informatie waarover de arts al beschikte.
Het verslag kan worden opgesteld door elke arts, maar er is kritiek op het gebruik van verslagen door behandelende artsen, omdat onafhankelijkheid wordt aangemoedigd.
Toestemming van de patiënt is vereist voor het voorafgaande onderzoek dat nodig is om het verslag op te stellen, behalve in spoedgevallen waarbij men een beroep kan doen op Artikel 8 § 5 van de Patiëntenrechtenwet.

22
Q

Wat houdt de fase van ‘opneming ter observatie’ in bij gedwongen opname van geesteszieken, en wat zijn de belangrijkste aspecten van deze fase?

A

De ‘opneming ter observatie’ is de eerste fase van gedwongen opname en vindt plaats in een gesloten instelling.
Deze fase heeft een maximale duur van 40 dagen, maar kan eerder worden beëindigd als het gevaarscriterium niet langer van toepassing is.
Tijdens deze fase kan een vrijwillige opname nog steeds plaatsvinden.
Na de observatiefase kan deze worden omgezet in ‘verder verblijf’ met een maximale duur van twee jaar, hernieuwbaar.
Er zijn twee procedures voor opneming ter observatie: de gewone procedure en de spoedprocedure.

23
Q

Wat zijn de belangrijkste stappen en betrokkenen in de gewone procedure voor opneming ter observatie van geesteszieken?

A

De gewone procedure begint met een Verzoekschrift ter Zake bij de vrederechter, ingediend door “iedere belanghebbende”.
Het verzoekschrift moet voldoen aan de vereisten zoals beschreven in artikel 5 § 1 en moet vergezeld gaan van een “omstandig geneeskundig verslag”.
Verdere procedurestappen omvatten oproeping per gerechtsbrief, bijstand door een advocaat en een arts (aangewezen of vrij gekozen), mogelijkheid tot aanstelling van een deskundige, een hoorzitting en de beslissing van de vrederechter.
Tijdens de hoorzitting worden verschillende partijen gehoord, waaronder de te beschermen persoon, de verzoeker, de echtgenoot, de persoon met wie de zieke een feitelijk gezin vormt, bloedverwanten tot de tweede graad en personen die belast zijn met de dagelijkse zorg van de zieke.
De vrederechter wijst een psychiatrische dienst aan voor verdere observatie en behandeling.

24
Q

Wat zijn de kenmerken en stappen van de spoedprocedure voor opneming ter observatie van geesteszieken?

A

De spoedprocedure is een sterk vereenvoudigde procedure voor opneming ter observatie.
In deze procedure beslist de Procureur des Konings of de opname onmiddellijk moet plaatsvinden.
De procureur kan tot deze beslissing komen na advies van een door hem aangewezen arts of na ontvangst van een niet-geformaliseerd verzoek met een omstandig geneeskundig verslag.
De beslissing gaat onmiddellijk in, maar moet later worden bekrachtigd door de vrederechter.
De vrederechter voert een tegensprekelijke procedure met een hoorzitting in de instelling waar de persoon al is opgenomen.
De procureur moet binnen 24 uur na de opname een verzoekschrift indienen bij de vrederechter.

25
Q

Hoe verhouden de gewone procedure en de spoedprocedure zich tot elkaar bij opneming ter observatie van geesteszieken?

A

n de spoedprocedure wordt de opname ter observatie onmiddellijk uitgevoerd, maar deze beslissing moet naderhand worden bekrachtigd door de vrederechter.
De vrederechter voert een tegensprekelijke procedure uit met een hoorzitting in de instelling waar de persoon al is opgenomen.
De gewone procedure is uitgebreider en begint met een Verzoekschrift ter Zake bij de vrederechter, ingediend door belanghebbenden.
Beide procedures leiden tot opneming ter observatie, maar de spoedprocedure heeft een snellere initiële beslissing en vereist naderhand bekrachtiging door de vrederechter.

26
Q

Wat zijn de modaliteiten en de maximale duur van de opneming ter observatie van geesteszieken volgens de wet?

A

De maximale duur van de opneming ter observatie is 40 dagen op basis van de beslissing van de vrederechter.
Als er een verzoek is tot omzetting naar ‘verder verblijf’, moet dit verzoek ten laatste op de 24e dag worden ingediend door het psychiater-diensthoofd.
Tijdens de observatiefase kunnen verschillende modaliteiten worden vastgesteld, zoals “uitgaan” (alleen of onder begeleiding), deeltijds verblijf (overdag of ‘s nachts) en afspraken over het gebruik van psychofarmaca (drangbehandeling).
Sinds 1 april 2017 is er een verplichting tot het melden van de uitgangsmodaliteiten aan de omgeving, waaronder de directeur van de instelling, de magistraat die de beslissing nam, de verzoeker, de wettelijke vertegenwoordiger, de echtgenoot en de persoon met wie de zieke een feitelijk gezin vormt.

27
Q

Wat zijn de kenmerken en belangrijke aspecten van de fase van ‘verder verblijf’ bij gedwongen opname van geesteszieken?

A

Verder verblijf kan alleen plaatsvinden na een beslissing van de vrederechter, wat betekent dat de zaak opnieuw naar de vrederechter moet.
Als de opgenomen patiënt een verslag van een zelf gekozen arts voorlegt, moet de vrederechter zowel de arts van de instelling als de raadsarts van de patiënt horen, en dit in aanwezigheid van de advocaat van de betrokkene.
De maximale duur van verder verblijf is twee jaar, maar dit kan worden verlengd.
Er zijn ruime mogelijkheden om ‘modaliteiten’ vast te stellen, zoals deeltijds verblijf met hervatting van arbeid, vaak onder voorwaarden.
Er is ook een stelsel van ‘nazorg’ waarbij de arts-diensthoofd de patiënt buiten de instelling kan laten verblijven met een gemotiveerd verslag. Gedurende een periode van maximaal een jaar blijft de mogelijkheid bestaan om de patiënt opnieuw te laten opnemen.
Het einde van verder verblijf is een beslissing van het arts-diensthoofd en moet worden gemeld aan de vrederechter, procureur, directeur van de instelling, de persoon die de opname heeft aangevraagd, de wettelijke vertegenwoordiger, de echtgenoot en de persoon met wie de zieke een feitelijk gezin vormt. Als de persoon die de opname heeft aangevraagd zich verzet, kan de zaak voor de vrederechter worden gebracht.

28
Q

Wat houdt ‘verpleging in gezin’ in bij gedwongen opname van geesteszieken, en in welke situaties kan deze maatregel worden toegepast?

A

Verpleging in gezin’ is een alternatieve maatregel voor opneming ter observatie in een (gesloten) zorginstelling.
Deze maatregel kan worden toegepast in situaties waarbij een beschermingsmaatregel nodig is, maar een opname in een verplichte (gesloten) instelling of afdeling niet vereist is.
Verpleging in gezin wordt vooral gebruikt in minder ernstige situaties.
Het begrip ‘gezin’ wordt ruim geïnterpreteerd en omvat niet alleen een ‘echt’ gezin maar ook gezinsvervangende structuren zoals rusthuizen, psychiatrische verzorgingstehuizen, beschut wonen, enzovoort.
De maximale duur van verpleging in gezin is 40 dagen, maar nadien kan ook verder verblijf worden overwogen, met een maximale duur van twee jaar.

29
Q

Wat is het verschil tussen gedwongen opneming, vrijheidsbeperkende maatregelen en dwangbehandelingen bij geesteszieken, en welke juridische basis bestaat hiervoor?

A

Er is een verschil tussen gedwongen opneming, vrijheidsbeperkende maatregelen en dwangbehandelingen bij geesteszieken.
Gedwongen opneming betekent dat iemand zijn vrijheid wordt ontnomen en wordt opgenomen in een besloten afdeling of ziekenhuis.
Vrijheidsbeperkende maatregelen omvatten maatregelen zoals isolatie of fixatie die worden toegepast om de bewegingsvrijheid van een persoon te beperken.
Dwangbehandeling houdt in dat iemand tegen zijn wil medicatie of andere behandelingen krijgt.
De wet bevat geen duidelijke basis voor vrijheidsbeperkende maatregelen of dwangbehandelingen.
Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) aanvaardt dwangbehandeling onder bepaalde voorwaarden, zoals medisch-professionele standaarden, in het belang van de patiënt en als de patiënt volstrekt niet in staat is tot zelfbeschikking.
Er is steeds meer inzicht in de noodzaak van een wettelijke basis voor dwang en drang in de geestelijke gezondheidszorg, in overeenstemming met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) en het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (2006).
Voor vrijheidsbeperkende maatregelen bestaat er een beperkte en niet goed uitgewerkte basis, waaronder verschillende koninklijke besluiten.
Voor dwangbehandeling wordt soms een beroep gedaan op noodtoestand, urgentieregelingen in de patiëntenrechtenwet, betwiste voorafgaande toestemming door de patiënt, of toestemming door vertegenwoordigers.
Er is recent veel discussie over vrijheidsbeperkende maatregelen, vooral in kinder- en jeugdpsychiatrie, en er zijn rapporten over zorginspectie verschenen.
Er wordt gekeken naar mogelijke alternatieve kaders voor vrijheidsbeperkende maatregelen in de geestelijke gezondheidszorg.