7. Fiscale verplichtingen Flashcards
Soorten belastingen
- Indirecte belasting
- Directe belastingen
Indirecte belastingen
Wordt geheven op transacties (“kortstondig feit”).
BTW is zodoende een typisch voorbeeld want dit wordt geheven op alle aan- en verkopen die in België plaatsvinden. We weten ondertussen dat de btw niet ten laste is van de onderneming.
De meeste andere indirecte belastingen zijn echter wel aanvaard als bedrijfskost (“andere bedrijfskosten”) en worden wél in mindering gebracht van het resultaat.
Andere voorbeelden van indirecte belastingen zijn registratierechten (aankoop onroerend goed), douanerechten (importgoederen) of accijnzen (aankoop schadelijke goederen).
Directe belastingen
Een fiscale impact op het realiseren van inkomsten en die op duurzame wijze terugkeren.
Voorbeelden: personenbelasting en vennootschapsbelasting.
Voor inkomstenbelasting is dat het saldo niet aftrekbaar is. Het te betalen bedrag wordt dus niet als kost aanvaard en worden zodoende zelfs uit de winst gehaald ná de belastingberekening zelf.
Successierechten
Indirecte belasting op nalatenschappen. De belasting wordt berekend op de waarde de roerende en onroerende goederen (in binnen- en buitenland) die de overledene nalaat.
Synoniem: erfbelasting
Registratierechten
Indirecte belasting op aanschaf van onroerende goederen. Zodoende betaalt men op woningen, magazijnen en gronden registratierechten bij aankoop. Let wel, dit is enkel van toepassing op bestaande (en dus geen “nieuwe”) onroerende goederen.
Schenkingsrechten
Indirecte belasting op geregistreerde schenkingen van roerende goederen of sowieso op alle schenkingen van onroerende goederen.
Indien roerende goederen worden geschonken zonder schenkingsrecht te betalen, en de schenker overlijdt binnen de 3 jaar, dan zal de schenking alsnog worden belast volgens de gewone successierechten.
Onroerende voorheffing
De onroerende voorheffing is een gewestelijke directe belasting op onroerende goederen die eigenaars jaarlijks moet betalen. De onroerende voorheffing wordt berekend op het (geïndexeerde) kadastraal inkomen (KI) van het onroerend goed.
Accijnzen
Accijnzen zijn indirecte belastingen op het verbruik of gebruik van bepaalde schadelijke producten in de ganse EU (tabak, alcohol en fossiele brandstoffen) of specifieke artikelen in België alleen (alcoholvrije dranken en koffie).
BTW
Indirecte belasting op het aan- en verkopen van goederen en diensten in België. Deze belasting is aftrekbaar of verschuldigd voor belastingplichtigen. Particulieren zijn de drager van de btw.
Verkeersbelasting
Indirecte belasting op motorvoertuigen die personen of goederen over de weg vervoeren. Deze belasting wordt jaarlijks aangerekend. Er zijn daarnaast ook nog transactie gebonden verkeersbelastingen zoals de belasting op inverkeersstelling of de kilometerheffing.
Personenbelasting
Directe belasting op het inkomen die een natuurlijk persoon heeft verdiend in het afgelopen kalenderjaar. Hierbij worden alle inkomens samengeteld. Dit kunnen naast bedrijfsinkomens ook roerende, onroerende of diverse inkomsten zijn.
Vennootschapsbelasting
Directe belasting op de fiscale winst die een vennootschap heeft gerealiseerd in de loop van zijn afgelopen boekjaar. Hierbij wordt de boekhoudkundige winst als basis genomen waarna er nog een aantal correcties volgen. Bij verlies wordt er geen belasting aangerekend.
Rechtspersonenbelasting
Een directe belasting op slechts bepaalde inkomsten van de meeste vzw’s. Het gaat hier om bepaalde onroerende, roerende en diverse inkomsten. Winst wordt in de rechtspersonenbelasting niet belast.
Roerende voorheffing
De inkomsten van kapitalen en roerende goederen (verhuur auto’s, dividenden, intresten, royalty’s, auteursrechten …) vormen een belastbaar inkomen in België. De roerende voorheffing is een directe belasting en wordt over het algemeen aan de bron afgehouden.
Personenbelasting in detail
Als je jouw eigen zaak opstart vanuit bijberoep of als student-ondernemer en je besluit dit niet als een vennootschap te doen, ben je zelfstandige als “natuurlijk persoon”. Hierbij zal de wetgever op jaarbasis kijken welke inkomsten je allemaal hebt bekomen. Op basis hiervan zal zij je belasten. Wat bijzonder is dat er voor de globale berekening geen onderscheid wordt gemaakt tussen de winsten uit je professionele activiteit en de inkomsten uit je privé-activiteiten.
Hierbij kijken we naar de beroepsinkomsten (belastbare inkomsten uit een activiteit met arbeidsovereenkomst), roerende inkomsten (bijv. dividenden op aandelen, verhuur van auto’s, verhuur bemeubeld appartement,…), onroerende inkomsten (2e verblijf verhuren) of diverse inkomsten (bijv. ontvangen alimentatiegelden).
Nadat alle inkomsten werden vastgelegd, wordt een zogenaamd “netto-belastbaar inkomen” berekend. Hierbij worden bovenstaande elementen samengeteld. Voor een zelfstandige kan dit zowel in diens voor- als nadeel uitdraaien. In geval van verlies uit de zelfstandige activiteit in bijberoep, zal de fiscale druk verminderen op zijn “normale” inkomsten uit het hoofdberoep. In geval van winst, zal dit simpelweg worden toegevoegd aan de andere inkomsten en zal de fiscale druk dus toenemen.