7. Anticonceptie & SOA-preventie Flashcards

1
Q

Wat is de Pearl-Index?

A

Een overzicht van de verschillende anticonceptiemiddelen waarbij de betrouwbaarheid van het middel wordt aangegeven.
=> het aantal vrouwen per 100 vrouwen dat toch zwanger wordt met het middel gedurende 1 jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Geef een overzicht van de verschillende anticonceptiemiddelen.

A

niet-hormonale anticonceptie
* natuurlijke methodes
* barrièremiddelen
* spiraal

hormonale anticonceptie
* combinatiepil
* prikpil
* minipil
* implantaat
* vaginale ring
* anticonceptiepleister
* hormoonspiraal

definitieve methoden
* sterilisatie

noodanticonceptie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarop is de natuurlijke anticonceptiemethode gebaseerd?

A

op het bepalen van de vruchtbare periode van de vrouw
* op basis van lichamelijke veranderingen
* geslachtsgemeenschap wordt vermeden
* nood aan ervaring, regelmaat en discipline
* minst betrouwbare anticonceptiemethode

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bespreek de coïtus interruptus.

A

geslachtsgemeenschap wordt onderbroken vóór de zaadlozing
* betrouwbaarheid: laag
=> voorvocht bevat ook levende zaadcellen
=> zaadlozing soms snel en onverwacht
* Pearl index: 12-38

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bespreek de kalendermethode.

A

vruchtbare periode wordt bepaald adhv de vorige cycli
* niet gebaseerd op hormonale veranderingen
* onthouding / condooms vóór en tijdens de vruchtbare periode
* betrouwbaarheid: laag
=> niet betrouwbaar bij onregelmatige cyclus
=> moment ovulatie verschilt van maand tot maand
* Pearl-Index: 3-47

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Bespreek de temperatuurmethode.

A

temperatuur meten elke dag vóór het opstaan
* eisprong: temperatuurstijging van 0,2-0,4°C
* betrouwbaarheid: gemiddeld
=> enkel betrouwbaar bij vrouwen met een regelmatige cyclus, die de ovulatie bij de volgende cyclus kunnen voorspellen
* Pearl-Index: 2,5-7

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bespreek de methode van Billings.

A

eigenschappen van het cervixslijm gebruiken om het tijdstip van de ovulatie vast te stellen
* periode vóór ovulatie
=> toename cervixslijm
=> rekbaarheid: heldere slijmdraad
* na ovulatie: productie cervixslijm stop abrupt
* betrouwbaarheid: laag
=> na verdwijnen cervixslijm nog een dag wachten
* Pearl-Index: 13-34

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bespreek de urinetest.

A

vruchtbare periode bepalen adhv microcomputer Persona
* urinestaafjes nemen LH en Oestriol op uit de ochtendurine
* monitor interpreteert de gegevens adhv de cyclus
* betrouwbaarheid: gemiddeld (in theorie 6)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Bespreek Sensiplan.

A

vruchtbare periode bepalen adhv lichamelijke veranderingen
* nood aan discipline en ervaring
* cursus volgen bij een consulent
* dagelijks noteren van gegevens
=> temperatuur: stijging van 0,3°C
=> cervixslijm: overvloedig en helder
=> cervix: aftasten ligging, stevigheid en opening
* betrouwbaarheid: gemiddeld
* Pearl-Index: 2,5

vruchtbare periode: start bij het eerste teken van secreties en eindigt na 3 dagen op rij verhoogde temperatuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Geef een overzicht van de natuurlijke anticonceptiemiddelen van meest naar minst betrouwbaar.

A
  1. Sensiplan: 2,5
  2. Urinetest: 6
  3. Temperatuurmethode: 7
  4. Methode van Billings (cervixslijm): 34,9
  5. Coïtus interruptus: 38
  6. Kalendermethode: 47
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn barrièremiddelen?

A

voorbehoedsmiddelen die verhinderen dat zaadcellen in de baarmoeder binnenkomen
* voor mannen & vrouwen
* sommige bieden ook bescherming tegen SOA’s

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Bespreek het mannencondoom.

A

dun & zeer flexibel hoesje vangt sperma op
* sperma komt niet in de vagina
* bescherming tegen SOA’s
* betrouwbaarheid: gemiddeld
=> afhankelijk van juiste gebruik
* Pearl-Index: 12

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Bespreek het vrouwencondoom.

A

speciaal gevormd condoom (binnen & buitenring) ingebracht in de vagina
* sperma komt niet in de vagina
* bescherming tegen SOA’s
* betrouwbaarheid: gemiddeld
=> afhankelijk van juist gebruik
* Pearl-index: 10

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Geef de voor- en nadelen van het vrouwencondoom.

A

Voordelen
* Valt over buitenste schaamlippen: bescherming tegen herpes & genitale wratten
* Gemaakt uit poly-urethaan: geschikt voor mensen met rubberallergie

Nadelen
* Storend geluid tijdens het vrijen (niet zo soepel & kraakt)
* Duurder dan mannencondoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Bespreek het pessarium.

A

diafragma
buigzame rubberen gesloten ring die wordt ingebracht 1u voor geslachtsgemeenschap
* verhindert doorgang spermacellen naar baarmoeder
* in combinatie met zaaddodende middelen
* 8u na coïtus verwijderen
* betrouwbaarheid: gemiddeld
=> moet goed passen
=> oefening nodig
=> zorgvuldig reinigen
* Pearl-index: 3,5

FemCap: standaardmaten; populair in de VS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Bespreek het koperspiraal.

A

verhindert de implantatie van een bevrucht eicel
* plastiek frame in een T-vorm met een koperdraad eromheen
* koper verandert de zaadcel, zodat deze de eicel niet meer kan bevruchten
* blijft 5-10 jaar zitten
* Betrouwbaarheid: hoog
* Pearl-index: 0,1-0,2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat zijn de voor- en nadelen van het koperspiraal?

A

Voordelen:
* lange termijn bescherming: 5-10jaar
* betrouwbaar
* geen hormonen: eigen cyclus blijft behouden
* na verwijdering: onmiddellijk herstel van de vruchtbaarheid

Nadelen
* pijnlijke plaatsing (nullipara)
* lichaam moet wennen na plaatsing: aantal maanden bloedverlies & krampen
* menstruatie kan heviger & langer zijn
* kan loskomen binnen de eerste 3m (kans groter bij nullipara <=> Gynefix niet, hangt bovenaan vast)
* kans op ontsteking in de eerste weken
* risico op opstijgende infectie: vnl bij wisselende seksuele contacten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Geef een overzicht van de barrièremiddelen van meest naar minst betrouwbaar.

A
  1. koperspiraal: 0,1-0,2
  2. pessarium: 3,5
  3. vrouwencondoom: 10
  4. mannencondoom: 12
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is hormonale anticonceptie?

A

1 vd meest betrouwbare vormen
gebaseerd op toedienen van
* één (progestageen)
* of meerdere kunstmatige hormonen (progestageen en oestrogeen)

zorgen ervoor dat
* geen eisprong plaatsvindt
* geen innesteling plaatsvindt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat is de combinatiepil?

A

= dé pil = ideale bescherming bij correct gebruik

  • monofasische pil: éénfasepillen: elke pil dezelfde hoeveelheid hormonen
  • twee- of driefasenpillen: elke fase heeft een andere kleur, per fase wisselt hoeveelheid progestageen & oestrogeen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Combinatiepil - werking?

A

Eierstokken
1. Kopieën van oestrogeen & progestageen hormoon komen in het bloed
2. feedbackmechanisme in de hypofyse wordt geactiveerd
3. hypofyse stimuleert de eierstokken niet meer
4. eierstokken geven geen eicellen meer vrij

Uterus
* Slijmvliesbekleding uterus wordt ongeschikt voor de innesteling

Baarmoederhals
* Slijm baarmoederhals wordt taai & ondoordringbaar voor zaadcellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Combinatiepil - gebruik?

A

Inname
* Start tijdens maandstonden
* Elke dag pil op relatief zelfde tijdstip tot pillenstrip leeg is
* Stop voor 7 dagen => menstruatie (korter, minder hevig & pijnlijk)
* Herstart na 7 dagen steeds op dezelfde dag van de week (tijdens menstruatie indien niet over)

Op voorschrift
* Bij apotheek op voorschrift
* na overleg met de arts
=> bloeddrukmeting (eventueel uitstrijkje)
=> na 3-6mnd weer bloeddrukcontrole
=> daarna jaarlijkse controle

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Combinatiepil - voordelen/nadelen?

A

Voordelen
* Goede bescherming bij correct gebruik
* Onderbreekt seksspel niet
* Regelmatigere, minder pijnlijke & overvloedige menses
* Kans op eierstok- en baarmoederslijmvlieskanker daalt
* Afname acné
* Vervroegen/ uitstellen menses

Nadelen
* Lichaam moet wennen aan hormonen
=> hoofdpijn, misselijkheid, gespannen borsten, lichte gewichtstoename, tussentijds bloedverlies of stemmingswisselingen
=> verdwijnen spontaan, anders wisselen pil in overleg met de arts
* Licht verhoogde kans veneuze trombose (vrouwen hart- en vaatziekten => afweging maken)
* Roken & pil niet combineren: beide verhogen kans veneuze trombose of hart- en vaatziekten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Combinatiepil - CORRECT gebruik - algemeen

A
  1. Tussen 2 pillen nooit meer dan 36u
  2. Binnen de 12u na normale tijdstip
  3. Stop nooit langer dan 7dagen => wel dan pas beschermd 7dagen na correcte inname
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Combinatiepil - Opgelet correct gebruik bij enkele gevallen

A

Na 1 uur opgenomen in het bloed

  1. Braken binnen 3u na inname => nieuwe pil uit reservestrip (let op kleur bij meerfasen)
  2. Hevige diarree => pil verder innemen + condoom tot 7dagen na ophouden diarree
  3. Combinatie bepaalde geneesmiddelen => inname pil vermelden aan arts
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Double dutch?

A

= dubbele beschermingsmethode
= gebruikmaken van een condoom én de pil samen

=> bescherming zw & SOA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Ik ben 1 pil vergeten in te nemen in week 1 (dag 1 t.e.m. dag 7)

A
  1. Neem vergeten pil in (meestal die dag 2 pillen)
  2. Neem resterende pillen pilstrip in op normale tijdstip.

Géén noodpil nodig

!! Uitzondering dag 1!!!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Ik ben 1 pil vergeten in te nemen in week 2 (dag 8 t.e.m. dag 14)

A
  1. Neem vergeten pil in (meestal die dag 2 pillen)
  2. Neem resterende pillen pilstrip in op normale tijdstip.

Géén noodpil nodig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Ik ben 1 pil vergeten in te nemen in week 3 (dag 15 t.e.m. dag 21)

A
  1. Neem vergeten pil in (meestal die dag 2 pillen)
  2. Neem resterende pillen pilstrip in op normale tijdstip.

Géén noodpil nodig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Ik ben 2 of meerdere pillen vergeten in te nemen tijdens week 1

A
  1. Neem de laatst vergeten pil in
  2. Neem resterende pillen pilstrip in op normale tijdstip.
  3. Gebruik ook condoom de volgende 7 dagen
  4. Zo snel mogelijk noodpil als je de voorbije 5 dagen seks hebt gehad
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Ik ben 2 of meerdere pillen vergeten in te nemen tijdens week 2

A
  1. Neem de laatst vergeten pil in
  2. Neem resterende pillen pilstrip in op normale tijdstip.
  3. Gebruik ook condoom de volgende 7 dagen

Géén noodpil nodig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Ik ben 2 of meerdere pillen vergeten in te nemen tijdens week 3

A
  1. Neem de laatst vergeten pil in
  2. Neem resterende pillen pilstrip in op normale tijdstip.
  3. Begin onmiddellijk nieuwe strip zonder stopweek
  4. Gebruik ook condoom de volgende 7 dagen

Géén noodpil nodig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Ik ben 1 dag te laat gestart met mijn pil, wat nu?

A

!! Niet beschermd tegen zw

  1. Gebruik ook condoom de volgende 7 dagen
  2. Zo snel mogelijk noodpil als je de voorbije 5 dagen seks hebt gehad
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Ik ben in verschillende weken mijn pil(len) vergeten te nemen

A

!!! Niet beschermd tegen zw
1. Maak afspraak met huisarts of gynaecoloog
2. Gebruik naast de pil ook condoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Ik ben 2 of meerdere dagen te laat gestart met mijn pil, wat nu?

A

!! Niet beschermd tegen zw

  1. Gebruik ook condoom de volgende 7 dagen
  2. Zo snel mogelijk noodpil als je de voorbije 5 dagen seks hebt gehad
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

Prikpil - wat?

A

= injectie met 1 hormoon (progestageen)
* door arts/gynaecoloog
* in de bilspier
* werking zoals combinatiepil
=> er vindt geen eisprong plaats
=> baarmoederslijmvlies is minder toegankelijk
=> endometrium wordt ongeschikt voor innesteling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

Prikpil - voordelen/nadelen?

A

Voordelen
* Niet elke dag
* Menses nemen af in hoeveelheid => houden na een jaar op
* Zeer efficiënte bescherming tegen zw

Nadelen
* Onregelmatig bloedverlies eerste jaar
* Gewichtstoename
* Na stoppen => 6-15m vooraleer eigen hormonale cyclus hersteld => geen kids op korte termijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

Prikpil - gebruik?

A
  1. Eerste inspuiting: start menses
  2. Tweede inspuiting: 10 weken later
  3. Vervolginspuitingen: elke 12 weken

Inspuiting in bilspier => geleidelijke opname progestageen in bloedbaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

Minipil - wat? doel? wie?

A

= bevat één hormoon (progestageen)

  1. Cervixslijm taai, dik & ondoordringbaar
  2. Baarmoeder (endometrium) ongunstig voor innesteling
    + Soms geen ovulatie

Wie
* Vrouwen die bv geven
* Vrouwen die reageren op OES-toediening

!!Niet voor jonge vrouwen = strak innameschema

40
Q

Minipil - voordelen/nadelen?

A

Voordelen
* Slijmvlies zo dun => menses minder pijnlijk & lichter of geen menses

Nadelen
* Strakker innameschema
* Eerste maanden soms bijwerkingen (hoofdpijn, gespannen borsten)
* dagelijks, geen stopweek

41
Q

Minipil - gebruik?

A

Strip met 28 pillen
* Start op eerste dag menses
* Geen stopweek => ook pil tijdens menses
* !Nauwkeurigheid: zelfde tijdstip, ook tijdens menses! => voorkomt niet steeds eisprong

42
Q

Implantaat - wat? doel? gebruik?

A

= klein dun staafje doorzichtig plastic met progestageen (merk Implanon)
* Plaatsing onder lokale verdoving door arts onder huid binnenkant bovenarm
* 3jaar
* werking
=> Geen ovulatie
=> Baarmoeder (endometrium) ongunstig voor innesteling
=> Cervixslijm taai dik & ondoordringbaar

43
Q

Implantaat - voordelen/nadelen?

A

Voordelen
* Makkelijk plaatsen
* Eigen hormonale cyclus herneemt vlot na verwijderen

Nadelen
* Moeilijker verwijderen
* Menses op onvoorspelbare tijdstippen
* Menses soms heviger
* In het begin bijwerkingen (acné, hoofdpijn, duizeligheid, pijn borsten)

44
Q

Vaginale ring - wat? doel?

A

= dunne, doorzichtige flexibele ring ingebracht & verwijderd door vrouw zelf zoals tampon (Nuva-ring)

Vergelijkbaar met lichtste combinatiepillen (3de generatiepillen) => dosis hormonen iets lichter

Bevat OES & Progestageen

  1. Geen ovulatie
  2. Baarmoeder (endometrium) ongunstig voor innesteling
  3. Cervixslijm taai dik & ondoordringbaar
45
Q

Vaginale ring - gebruik?

A

3w => langzame afscheiding hormonen

Na 3w stopweek => bloeding d2-d3

Na stopweek => herplaatsen nieuwe ring

!! Steeds hetzelfde tijdstip!!

46
Q

Vaginale ring - voordelen/nadelen?

A

Voordelen
* Gelijkaardig combinatiepil => CORRECT gebruik!!
* Niet dagelijks
* Geen invloed diarree of braken op betrouwbaarheid

Nadelen
* Irritatie (lokaal) + meer kans op cystitis => meer witverlies
* Vrij duur (niet terugbetaald)

47
Q

Anticonceptiepleister - wat? doel?

A

= dunne, huidkleurige, flexibele pleister 4cm2 op buik, schouder, bil of arm kleven (Evra)

99% betrouwbaar

Vergelijkbaar met combinatiepillen (2e generatiepillen) => dosis hormonen iets lichter

Bevat OES & Progestageen

  1. Geen ovulatie
  2. Baarmoeder (endometrium) ongunstig voor innesteling
  3. Cervixslijm taai dik & ondoordringbaar
48
Q

Anticonceptiepleister - gebruik?

A

Wekelijks nieuwe pleister
Na 3w => stopweek => menses

Pleister niet steeds op dezelfde plaats (irritatie en problemen met loskomen)

49
Q

Anticonceptiepleister - voordelen/nadelen?

A

Voordelen
* Gelijkaardig combinatiepil => CORRECT gebruik!!
* Niet dagelijks
* Geen invloed diarree of braken op betrouwbaarheid

Nadelen
* huidirritaties
* duur: niet terugbetaald door ziekenfonds

50
Q

Hormonaal spiraal - wat? doel?

A

= ankervormig voorwerp paar centimeter in uterus; combinatie pil & koperspiraal (Mirena)

3 - 5j

Hormoon PROGESTAGEEN
1. Soms geen ovulatie
2. Baarmoeder (endometrium) ongunstig voor innesteling
3. Cervixslijm taai dik & ondoordringbaar
4. Beweeglijkheid zaadcellen lager

51
Q

Hormonaal spiraal - gebruik?

A

Ingebracht door arts adhv dun hulsje schuift in baarmoederholte

Uit baarmoeder 2 korte draadjes => check positie spiraal

Dagelijks afgave zeer lage dosis PROGESTAGEEN

52
Q

Hormonaal spiraal - voordelen/nadelen?

A

Voordelen
* Niet dagelijks aan denken
* Hoge betrouwbaarheid
* Bloedverlies neemt af bij menses of 1/4 verdwijnen menses => PROGESTAGEEN zorgt voor zeer dun slijmvlies
* Behandeling pijnlijke & overvloedige menses
* Na verwijdering onmiddellijk kans op zw
* Hormoon lokaal, direct afgeven op juiste plaats in zeer kleine dosis => bijwerkingen gering

Nadelen
* Kans op pijnlijke plaatsing (zeker nullipara)
* lichaam moet wennen na plaatsing => bloedverlies & krampen + hoofdpijn, gespannen borsten & acné
* SOA in vagina => opstijgende infectie => ernstig => onvruchtbaarheid

53
Q

Geef een overzicht van de hormonale anticonceptiemiddelen van meest naar minst betrouwbaar.

A
  1. Prikpil: 0,14
  2. Implantaat: 0,1-0,2
  3. Anticonceptiering: 0,40
  4. Combinatiepil: 0,50
  5. Anticonceptiepleister: 0,59
  6. Minipil: 1,17
54
Q

Anticonceptie: irreversibele methoden: welke?

A
  1. Sterilisatie man
  2. Sterilisatie vrouw

= definitieve anticonceptie
= blijvende onvruchtbaarheid
= mogelijkheid van transport eicel of zaadcel valt weg, hormonaal verandert er niets

55
Q

Sterilisatie man - wat? procedure?

A

= vasectomie

Meestal poliklinisch onder plaatselijke verdoving

  1. Sneetje in balzak van 1 cm
  2. Zaadleider naar buiten
  3. Zaadleider doorsnijden + eventueel stukje verwijderen
  4. Uiteinden dichtsmelten of -branden
    => Zaadcellen komen niet meer in sperma terecht (zaadlozing zonder zaadcellen)=> worden afgebroken & opgenomen bloed

Samenstelling sperma enkel microscopisch waarneembaar

56
Q

Samenstelling sperma?

A
  • 1-3% zaadcellen
  • Prostaatvocht (dun & melkachtig wit)
  • Vloeistof zaadblaasjes (geelachtig & klonterig)
57
Q

Sterilisatie man - omkeerbaar?

A

Theorethisch wel herstelingreep => afh van mogelijkheid tot opheffen gemaakte afsluiting

Kans op vruchtbaarheid nadien gering

58
Q

Sterilisatie vrouw - wat? procedure?

A

Zwaarder dan vasectomie

Onder narcose, soms plaatselijke verdoving

Eileiders worden:
1. Doorgesneden + samengebonden
2. Dicht gebrand
3. Afgebonden (Yoon siliastic band)
4. Afgeklemd (hulka of fishie clip)
=> Toegangsweg eierstok naar baarmoeder afgesloten => gerijpte eicel niet naar uterus + zaadcellen niet van uterus naar eicel

Meest gekozen voor afklemmen (ifv herstel)

59
Q

Sterilisatie vrouw - omkeerbaar?

A

Theorethisch wel herstelingreep => afh van mogelijkheid tot opheffen gemaakte afsluiting

Kans op vruchtbaarheid groter bij afklemmen

60
Q

Geef een overzicht van alle anticonceptiemiddelen van meest naar minst betrouwbaar.

A
  1. sterilisatie man
  2. prikpil
  3. hormoonspiraal
  4. implantaat
  5. sterilisatie vrouw
  6. anticonceptiering
  7. combinatiepil
  8. anticonceptiepleister
  9. koperspiraal
  10. minipil
  11. pessarium
  12. sensiplan
  13. urinetest
  14. temperatuurmethode
  15. vrouwencondoom
  16. mannencondoom
  17. methode Billings (cervixslijm)
  18. coïtus interruptus
  19. kalendermethode
61
Q

Noodanticonceptie - wat?

A

Anticonceptie mislukt
Kans op zw verkleinen door noodpil of noodspiraaltje

= niet gelijk aan abortus (want voor bevruchting volledig is) <=> abortus (inwerken na innestelingsfase)
= ovulatie uitstellen, blokkeren of inwerken tijdens fase voor innesteling

62
Q

Voltooide bevruchting?

A

= proces voltooid wanneer bevruchte eicel zich innestelt in uterus

63
Q

Noodanticonceptie - wanneer? vb?

A

= iets fout met anticonceptie & risico ongewenste zw

Vb
1. Geen anticonceptie
2. Condoom gescheurd/afgegleden
3. Sperma gemorst in/ rond vagina
4. 1 of meerdere pillen vergeten (zie schema)
5. 1 dag te laat gestart nieuwe pilstrip/ring/pleister
6. Diarree of overmatig braken bij pilgebruik
7. Spiraaltje uitgedreven
8. Antibiotica => pil minder betrouwbaar
9. Verkrachting

64
Q

Noodpil - wat?

A

= bevat progestageenhormoon meer bepaald levonorgestrel (Norlevo, Justine, Postinor,…)

Eisprong uitstellen, stoppen of innesteling beletten

Na innesteling is noodpil onbruikbaar

= geen anticonceptiemiddel, gebruik beperken

65
Q

Abortuspil

A

= Mifegyne
Ingrijpen na innesteling bevruchte eicel

66
Q

Noodpil vs morning-afterpil

A

Naam misleidend

72u (3dagen) tijd voor inname

67
Q

Noodpil - gebruik?

A

Hoe sneller inname, hoe groter kans om zw te voorkomen

Inname binnen 24u => 95% te verwachte zw vermeden
Inname na 48u => 58% te verwachte zw vermeden

Binnen 3u na inname braken => onmiddellijk nieuw pil

Na inname bij volgende menses gewone pil of anticonceptiemiddel gebruiken + condoom (double dutch)

Menses tot 3dagen later; langer dan 5dagen => arts: zw?

68
Q

Noodpil - verkrijgen?

A

Gratis of minder dan 1 euro bij apotheek zonder voorschrift

69
Q

Ella One - wat?

A

= noodpil met hormoon ulipristalacetaat => werkt in op de progesteronreceptoren

70
Q

Ella One vs Norlevo

A

Ella One
1. Effectief tot 120u na onbeschermde seks
2. Duur => terugbetaling enkel door identiteitsgegevens mee te delen

Norlevo
1. Effectiefst tot 24u, hierna neemt effectiviteit snel af
2. Gratis tot minder dan 1 euro

71
Q

Noodspiraal - wat?

A

= gewone koperspiraal ingebracht door arts/gynaecoloog tot 5dagen na onbeschermde geslachtsgemeenschap

Koper voorkomt innesteling

72
Q

Noodspiraal - voordelen/nadelen?

A

++ Plaatsing identiek als bij gewoon spiraal
++ Spiraal blijven zitten als toekomstige anticonceptie
++ Betrouwbaarder dan noodpil

– Eventuele SOA mee in baarmoeder gebracht

73
Q

Bespreek syfilis

A

= Harde sjanker
* bacteriële SOA
* overdracht: Sperma, voorvocht, vaginaal vocht, bloed, zweertjes, wondjes partner in contact met jouw mond, vagina, penis of aars
* bescherming: condoom (niet volledig)

74
Q

Bespreek HIV-infectie.

A

= aids-virus
* virale SOA
* overdracht:
=> Sperma, voorvocht, vaginaal vocht, bloed van partner in contact met jouw mond, vagina, penis of aars
=> Moeder op kind: bij bevalling & bv
* bescherming: condoom

75
Q

Bespreek gonorroe.

A

= druiper
* bacteriële SOA
* overdracht: Sperma, voorvocht, vaginaal vocht bloed, etter van partner in contact met jouw mond, vagina of penis
* bescherming: condoom

76
Q

Bespreek Hepatitis B.

A

= geelzucht
* virale SOA
* overdracht: Sperma, voorvocht, vaginaal vocht, bloed van partner in contact met jouw mond, vagina of penis
* bescherming: condoom + vaccin

77
Q

Bespreek schaamluis.

A

= platjes
* veroorzaakt door parasieten
* overdracht: Schaamluis van op de huid partner, beddengoed, kleding, handdoeken overspringt naar en zich nestelt op jouw lichaam
* bescherming: condoom (laag)

78
Q

Bespreek chlamydia.

A
  • bacteriële SOA
  • overdracht: sperma, voorvocht, vaginaal vocht, bloed van partner in contact met jouw mond, vagina of penis
  • bescherming: condoom
79
Q

Bespreek herpes genitalis.

A
  • virale SOA
  • overdracht: sperma, voorvocht, vaginaal vocht, bloed, blaasjes of wondjes van partner in contact met jouw mond, vagina of penis
  • bescherming: condoom (niet volledig)
80
Q

Bespreek genitale wratten.

A
  • virale SOA
  • overdracht: sperma, voorvocht, vaginaal vocht, bloed, wratten van partner in contact met jouw mond, vagina of penis
  • bescherming: condoom (niet volledig)
81
Q

Bespreek gardnerella.

A
  • bacteriële vaginose
  • bescherming: condoom (niet volledig)
82
Q

Bespreek candida albicans.

A
  • schimmelinfectie
  • overdracht: niet alleen door seksueel contact
  • bescherming: condoom (niet volledig)
83
Q

Bespreek trichomoniasis.

A

Trichomonas vaginalis

  • bescherming: condoom (niet volledig)
84
Q

Bespreek scabiës.

A

Schurft
* overdracht: niet alleen door seksueel contact
* bescherming: condoom (niet volledig)

85
Q

Bespreek tropische SOA.

A

bescherming: condoom (niet volledig)

86
Q

SOA - wat?

A

= seksueel overdraagbare aandoening
= ziekten die je kan krijgen door te vrijen (penetratie, pijpen of beffen) zonder condoom
!! droogneuken kan ook!

Verschillende soorten
Gradatie van lastig tot zeer ernstig

Kan zonder klachten => laten testen!

87
Q

SOA’s - welke categorieën?

A

Virale = veroorzaakt door een virus => behandeling met medicijnen, niet altijd genezen (hiv & herpes genitalis)

Bacteriële = veroorzaakt door bacteriën => goed behandelbaar => niet tijdig dan nare gevolgen

Parasitair = veroorzaakt door parasieten

88
Q

Hoe kun je veilig vrijen?

A
  1. Condoomgebruik bij penetratie
  2. Condoomgebruik + glijmiddel bij anale seks
  3. Condoomgebruik bij pijpen
    (keel/penis + penis/keel)
  4. Beflapje/ opengeknipt condoom bij beffen
89
Q

Veilig vrijen zonder condoom?

A
  1. Altijd met dezelfde persoon en hij of zij alleen met jou? Getest op SOA?
    Eerste 3m condoomgebruik (test pas positief na 3m)
  2. Andere manieren van seksueel contact
90
Q

Waarom SOA-test doen?

A
  1. Meeste SOA’s goed behandelbaar als je er op tijd bij bent; langer => gevolgen erger
  2. Zonder het te weten anderen besmetten
91
Q

Wat is een SOA-test?

A

= test op SOA’s; afgenomen bij het deel lichaam waar je risico liep (meestal genitaliën, soms anus of keel)
Steeds test op chlamydia & gonorroe (meest voorkomende SOA’s)
=> meestal alle dus ook syphilis, hepatitis B & hiv

Zelftest voor chlamydia, gonorroe & syphilis => ONbetrouwbaar!

92
Q

Waarom SOA-test doen?

A
  1. Vaste relatie & willen zonder condoom vrijen
  2. Zeker zijn dat je SOA-vrij bent
  3. Lichamelijke klachten (pijn plassen, afscheiding vagina/penis, wondjes, blaasjes, wratjes
  4. Condoom gescheurd
  5. Gewaarschuwd door seksuele contactpersoon
  6. Zwanger & voorkomen dat baby SOA krijgt
93
Q

Heeft iedereen evenveel kans op een SOA?

A

Meer kans bij
1. Veel verschillende sekspartners
2. Mannen met homo- en biseksuele relaties
3. Mensen uit Afrika ten zuiden Sahara, Caribisch gebied, Latijns-Amerika & Zuid-Oost Azië (meer SOA’s)
4. Partners van mensen uit 1, 2 of 3 hierboven

94
Q

Waar SOA-test laten doen?

A

Huisarts of gespecialiseerde centra

95
Q

Hoe verloopt SOA-test?

A
  1. Gesprek over mogelijke risico’s opgelopen, klachten,.. => beslist op welke SOA’s getest zal worden + op welke manier
  2. Welke manier?
    => Urineonderzoek (veel SOA’s bij mannen op deze manier)
    => Vaginale uitstrijk (veel SOA’s bij vrouwen op deze manier)
    => Bloedonderzoek (syfilis, hepatitis-B & hiv)
    => Lichamelijk onderzoek (vrouw ook inwendig onderzoek)

Uitslag na ongeveer 1w