Brainscape's Knowledge GenomeTM

Browse over 1 million classes created by top students, professors, publishers, and experts.


See full index

Farmacologie Jaar 3 > 3.4 vragen > Flashcards

3.4 vragen Flashcards

1
Q

Welke symptomen treedt op bij een intoxicatie met XTC (MDMA)

A

hypertensie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welk kenmerk maakt een benzodiazepine met name geschikt als profylaxe bij epilepsie?

A

een lange halfwaardetijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

eg uit waarom de halfwaardetijd van benzodiazepines (kort of lang) bepalend is voor de toepassing (slaapstoornis of angststoornis)

A

de halfwaardetijd bepaalt de werkingsduur: bij (in)slaap problemen moet deze kort tot middelmatig zijn, zonder sedatie overdag, bij angst is een 24uurs werking gewenst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welk geneesmiddel is de eerste keuze om de symptomen bij een 19-jarige man met schizofrenie te behandelen?

A

risperidon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Clozapine is een zeer effectief antipsychoticum.

Welke van onderstaande bijwerkingen beperkt de inzet van dit middel het meest?

A

agranulocytose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Lithium kent een smalle therapeutische breedte, waarbij allerlei factoren invloed hebben op de lithium bloed concentratie.
Wat is de invloed van diarree op de lithium bloed concentratie?

A

Diarree verhoogd de lithium bloed concentratie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

ntipsychotica kunnen extrapiramidale bijwerkingen induceren.

Welke factor is het meest geassocieerd met het optreden van extrapiramidale bijwerkingen?

A

De dosering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bij ouderen moeten tricyclische antidepressiva voorzichtig gedoseerd worden. Welke bijwerking in het bijzonder is hierbij van belang?

A

cardiotoxiciteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een frequente bijwerking van selectieve serotonine heropname remmers (SSRIs)?

A

slapeloosheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Antipsychotica verschillen onderling in hun bijwerkingen patroon, sommige geven bijvoorbeeld meer kans op extrapyramidale bijwerkingen dan andere. Waarmee is het risico op extra piramidale bijwerkingen het sterkst geassocieerd?

A

De dosering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Bij een 19 jarige man wordt een acute psychose vastgesteld. Hij is verward, hoort stemmen die hem vertellen dat ‘iedereen het op hem gemunt heeft’ en reageert zeer agressief. Welk van de volgende geneesmiddelen is de beste keuze om te symptomen bj deze 19-jarige man te behandelen?

A

haloperidol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is een vaak optredende bijwerking van selectieve serotonine heropname remmers SSRI’s

A

slaapstoornissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke eigenschap van benzodiazepines bepaalt met name de keuze bij een behandeling voor een slaapstoornis?

A

De werkingsduur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe lang mag een benzodiazepine worden voorgeschreven bij de behandeling van slaapstoornissen?

A

2-4 weken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Een 48-jarige vrouw wordt een bipolaire stoornis vastgesteld nadat bij haar opeenvolgend manische verschijnselen en depressieve klachten zijn opgetreden. Verder is zij bekend met hypertensie. Zij wordt voor de bipolaire stoornis behandeld met lithium
Welk geneesmiddel dat hypertensie kan verminderen heeft GEEN interactie met lithium?

A

Een beta blokker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke symptomen treden op bij een intoxicatie van MDMA/extasy/XTC?

A

Hypertensie
Hyperthermie
Hyponatriemie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Welk symptoom treedt niet op bij XTC intoxicatie?

A

Bradycardie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Bij ouderen moeten amitriptyline en verwante antidepressiva voorzichtig gedoseerd worden in verband met de bijwerkingen.
Welke bijwerking van dit medicijn is met name bij ouderen een risico?

A

Cardiotoxiciteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Antipsychotica verschillen onderling in hun bijwerkingen patroon. Sommige geven bijvoorbeeld meer kans op extrapyramidale bijwerkingen dan andere. Waarmee is het risico op deze bijwerkingen geassocieerd?

A

Het percentage dopaminereceptoren dat geblokkeerd wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Bij een 54 jarige man die lithium gebruikt in verband met een bipolaire stoornis wordt hypertensie vastgesteld. Bij welk soort anti hypertensivum bestaat de grootste kans op een geneesmiddelen interactie met lithium?

A

Thiazide diureticum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

een 57 jarige nierdialyse patiënt heeft een manische episode bij een bipolaire stoornis. Welke van de volgende geneesmiddelen is voor deze patiënt het minst geschikt?

A

Lithium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Via welke 2 neurotransmitters wordt het therapeutische effect van methylfenidaat bewerkstelligd?

A

Dopamine en noradrenaline

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Op welke wijze kan disulfiram behulpzaam zijn bij het behandelen van een alcoholverslaving?

A

Blokkade van de afbraak van een toxische metaboliet van alcohol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Een 27 jarige man bekend met heroïne gebruik wordt op een dag bewusteloos gevonden. Welk geneesmiddel moet worden toegediend om vast te stellen of hij een overdosis opiaten heeft ingenomen?

A

Diazepam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Waarin verschilt het hypnoticum zopiclon van het hypnoticum tamazepam?

A

Zopiclon bint op een andere plek op de GABA-receptor

26
Q

Bij een 27 jarige vrouw wordt een gegeneraliseerde angststoornis vastgesteld. Welk van de volgende geneesmiddelen heeft de voorkeur om dit te behandelen, ervan uitgaande dat patiente verder gezond is?

A

Paroxetine

27
Q

een 17 jarige jongen krijg een acute psychose. Welk geneesmiddel is eerste keuze om dit acute beeld te behandelen?

A

haloperidol

28
Q

Bij een 32 jarige vrouw wordt een gegeneraliseerde angststoornis vastgesteld. Welk geneesmiddel is geïndiceerd?

A

Paroxetine

29
Q

welk van de volgende bijwerkingen is het gevolg van gebruik van amitriptyline?

A

sedatie

30
Q

Wat is ee frequente bijwerking van behandeling met een selectieve serotonine heropnameremmer SSRI?

A

misselijkheid

31
Q

Welk van de volgende geneesmiddelen worden voorgeschreven ter preventie van een manische episode bij iemand met een bipolaire stoornis?

A

Lithium

32
Q

Wat is het effect van acamprosaat bij de behandeling van alcoholverslaving?

A

onderdrukking van gevoel van craving

33
Q

Een man wordt bewusteloos gevonden op straat. bij lichamelijk onderzoek vallen vooral de trage ademhaling en vernauwde pupillen op. Welk geneesmiddel kan deze effecten doen verdwijnen?

A

Naloxon

34
Q

Methylfenidaat, dat bij ADHD wordt voorgeschreven heeft wat werkingsmechanisme betreft overeenkomsten met een stof die tot de ‘drugs of abuse’ gerekend wordt.

A

cocaine

35
Q

Bij een hoge dosis pijnstillers opioiden kan ademdepressie een van de bijwerkingen zijn. Dit kan worden bestreden met:

A

naloxon

36
Q

Na 6 maanden blijken de slaapstoornissen niet verbeterd te zijn. Verder heeft patiente last van anhedonie, verminderde eetlust en extreme vermoeidheid. De diagnose depressie wordt gesteld en gesprekstherapie heeft onvoldoende effect. De vrouw gebruikt behalve simvastatine geen andere geneesmiddelen. Welk van de volgende geneesmiddelen heeft bij deze patiente voorkeur, ondermeer vanwege het bijwerkingenprofiel?

A

Paroxetine

37
Q

Een 56-jarige vrouw bekend met hypertensie, gaat lithium gebruiken in verband met een bipolaire stoornis. Wel soort antihypertensivum heeft het meeste kans om een geneesmiddelen interactie met lithium te veroorzaken?

A

Thiazide diuretica

38
Q

Een 53-jarige patiënt, bekend met bipolaire stoornis, komt bij de huisarts met klachten van dorst. Bij navraag blijkt hij vee let plassen ook snaakst moet hij meerdere malen uit bed. Hij gebruikt als medicatie lithium en af en toe ibuprofen of paracetamol. Wat is de meest waarschijnlijke diagnose?

A

Renale diabetes insipidus

39
Q

Welk van de volgende antipsychotica is que werkingsmechanisme het meest verwant aan haloperidol?

A

Chloorpromazine

40
Q

Bij een 27-jarige vrouw wordt een angststoornis vastgesteld. Welk geneesmiddel heeft de voorkeur om dit te behandelen als patiënt verder gezond is ?

A

Paroxetine

41
Q

Via welke twee neurotransmitters wordt het therapeutische effect van methylfenidaat bewerkstelligd?

A

Dopamine en noradrenaline

42
Q

Een 32-jarige aan heroïne verslaafde man wil afkicken van heroïne gebruik. Hiertoe wordt hij eerst overgezet op methadon. Wat is de reden hiervan?

A

afkicken van methadon geeft minder klachten dan afkicken van heroine

43
Q

Voor welke indicatie wordt zopiclon voorgeschreven?

A

slaapstoornis

44
Q

Waaraan overlijdt iemand als hij overlijdt ten gevolge van een overdosis heroïne?

A

Ademdepressie

45
Q

Noem 3 bijwerkingen van SSRI’s

A

misselijkheid droge mond en angst

46
Q

Wat is het werkingsmechanisme van amitryptiline?

A

Remming heropname van noradrenaline en serotonine

47
Q

Zowel paroxetine als amitryptiline kan worden voorgeschreven als antidepressivum. Welk medicijn is meer toxisch bij overdosering?

A

Amitryptiline

48
Q

Wat is het belangrijkste verschil tussen antipsychotica van de eerste en de tweede generatie?

A

Antipsychotica van de eerste generatie geven vaak meer extra piramidale bijwerkingen

49
Q

Bij een 19-jarige man wordt een acute psychose vast gesteld. Hij is verward, hoort stemmen die hem vertellen dat ‘iedereen het op hem gemunt heeft’. en reageert zee agressief. De man heeft de diagnose schizofrenie. Hij reageert onvoldoende op zijn farmacotherapie ook niet nadat een andere adequate keuze is geprobeerd en blijkt therapie resistent.

Welke andere therapeutische optie is in dit geval van therapieresistente dan een logische keuze?

Op welke bijwerking moet men bedacht zijn en regelmatig gescreend worden?

A

Clozapine

agranulocytose

50
Q

Heroine
aangrijpingspunt:
acuut effect nucleus accumbens

A

MU opioide receptor

verhoogd

51
Q

Cocaine
Aangrijpingspunt
acuut effect nucleus accumbens

A

Heropname transporter

verhoogd

52
Q

Nicotine
Aangrijpingspunt
acuut effect nucleus accumbens

A

Nicotine receptor

verhoogd

53
Q

Alcohol
Aangrijpingspunt
acuut effect nucleus accumbens

A

GABAa receptor

verhoogd

54
Q

Cannabis
Aangrijpingspunt
acuut effect nucleus accumbens

A

CB1

verhoogd

55
Q

een 68 jarige man, bekend met coronair lijden en diabetes mellitus, type II, wordt opgenomen in het ziekenhuis met een acute longontsteking die behandeld wordt met antibiotica IV. De eerste nacht is hij zeer onrustig, hij trekt meermalen het infuus eruit en ziet beesten in zijn kamer. Hij is gedesoriënteerd in plaats en tijd, Een acuut dieper wordt gesteld. Behandeling met haloperidol wordt ingesteld. hij gebruikt Acetylsalizuur, knalapril, metoprolol, simvastatine en methformine.

Wat is belangrijkste werkingsmechanisme van haloperidol hoe het het deler kan bestrijden?

Noem 1 bijwerking die ook bij kortdurende behandeling met haloperidol optreden en noem het mechanisme van ontstaan.

A
  1. Blokkade van D2 receptoren in het brein
  2. Anticholinerge bijwerkingen:
    urine retentie, wazig zien, obstipatie, droge mond,
56
Q

een 67 jarige vrouw klaagt over slaapstoornissen na het overlijden van haar man. Nu 8 weken geleden. Zij heeft nog nooit eerder slaapmedicatie gebruikt. De huisarts schrijft 45 capsules temazepam 10 mg voor, iedere avond 1 capsule voor het slapen gaan.
A. Welk aspect van de behandelwijze is niet optimaal?
B. Geef de reden dat dit niet optimaal is en het betere alternatief

A

A. er worden te veel capsules voorgeschreven
B. Bij dagelijks gebruik van benzodiazepines kan na enkele weken tolerantie ontstaan voor het hypnose effect
Niet langer dan 2 weken voorschrijven.

57
Q

Tricyclische antidepressiva hebben als werkingsmechanisme het remmen van de heropname van 1. en 2.

Blokkade van allerlei receptoren leidt tot bijwerkingen, zo wordt 3. veroorzaakt door blokkade van histaminderge (H1) receptoren.
Wanneer er een overdosis van een tricyclisch antidepressivum wordt ingenomen wmeot vooral 4. gecontroleerd worden.

A
  1. Noradrenaline
  2. Dopamine
  3. Sedatie of gewichtstoename
  4. Hartritme
58
Q

antipsychotica worden ingedeeld in 1e en 2e generatie of klassiek en atypische antipsychotica.
1.Wat is het belangrijkste verschil wat betreft het werkingsmechanisme?
2,Noem van elke groep een vertegenwoordiger met een kenmerkende bijwerking ( voor het middel of voor de groep waartoe het behoort)

A 
1.
2e generatie antipsychotica binden minder stevig aan dopamine-receptoren 
2.
1e generatie: 
haloperidol. chloorpromazine
extrapiramidale stoornissen
2e generatie:
olanzapine, clozapine, risperidon
agranulocytose
orthostase
gewichtstoename
59
Q

een 68 jarige man bekend met coronair lijden en DM2 wordt opgenomen in het ziekenhuismrt een acute longontsteking behandeld met antibiotica IV. De eerste nacht is zeer onrustig, hij trekt het infuus eruit en is gedesorienteerd in tijd en plaats. Deler wordt vastgesteld. Behandeling met haloperidol wordt ingesteld. Hij gebruikt acetylsalicylzuur, knalapril, metoprolol, simvastatine, methformine.

A. Wat is belangrijkste werkingsmechanisme hoe haloperidol het deler kan bestrijden?

B. Noem 2 bijwerkingen die ook kortdurende behandeling met haloperidol kunnen optreden.
En het ontstaan van bijwerking

A

A. Blokkade van D2- receptoren
B. Twee van de volgende anticholinerge bijwerkingen:
urine retentie, wazigzien
obstipatie

blokkade van D2 receptoren - Acute dystonie

60
Q

Een 38 jarige heroïne gebruiker die in gevangenis afgekickt is komt vrij. Hij komt oude vrienden tegen en neemt een shot heroïne. Hij gebruikt eenzelfde dosis als voor in zijn bewaring stelling, maar komt hier aan te overlijden.

A. Hoe kan het dat hij komt te overlijden terwijl hij voorheen gewend was aan deze dosis?
B. Stel dat er optijd hulp bij was gekomen. Welk middel had direct toegediend moeten worden?

A

A. Bij chronisch gebruik van heroïne treedt tolerantie op en zal een steeds hogere dosis gebruikt moeten worden om hetzelfde effect te bereiken. Wanneer iemand dan een roos geen opiaten gebruikt heeft verdwijnt deze tolerantie en kan een hoeveelheid die eerder ‘goed’ was nu opeens dodelijk blijken.

B. Naloxon

61
Q

De heer de jong 52 jaar, heeft 2 weken geleden zijn vrouw verloren. Sindsdien slaapt hij slecht en heeft hij een paar keer paniekgevoelens gehad. Hij is moe door het slechte slapen en is bang zijn baan te verliezen.

  1. Welk medicijn is beste keus om te zorgen dat meneer weer kan slapen?
  2. Hoe lang kan dit geneesmiddel het beste gegeven worden?
  3. Wat is het werkingsmechanisme van dit medicijn?
A
  1. Een benzodiazepine met een korte halfwaarde tijd zoals temazepam
  2. Gedurende 1-2 weken
  3. Benzodiazepines zijn GABAareceptor agnosten die GABA gemediteerde remming van neuronale activiteit in het brein en ruggenmerg stimuleren. Ze binnen aan de GABAa receptoren en potentieren zo GABA geïnduceerde CL- stroom in de Cel

Farmacologie Jaar 3 (11 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2025 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions