3 Flashcards
1
Q
decor
A
decor
2
Q
stage
A
podium
3
Q
to try on
A
proberen
4
Q
tree
A
boom
5
Q
to refill
A
hervullen
6
Q
shelf / polc
A
plank
7
Q
to move
A
verplaatsen
8
Q
mechanic
A
monteur
9
Q
into a standing position
A
in een staande positie
10
Q
safety belt
A
veiligheidsgordel
11
Q
to fasten
A
vastmaken
12
Q
to prohibit / tiltani
A
verbieden
13
Q
to pack up / összecsomagol
A
inpakken
14
Q
box, boxes
A
doos, dozen
15
Q
to load up / felpakolni
A
laden
16
Q
truck
A
vrachtwagen
17
Q
to narrate / elmesél
A
vertellen
18
Q
a few days
A
een paar dagen
19
Q
a few extra days
A
een paar extra dagen
20
Q
a pit is dangerous
A
een pit is gevaarlijk
21
Q
garden tool
A
tuin gereedschap
22
Q
buffet
A
buffet
23
Q
football judge
A
voetbal rechter
24
Q
football match
A
voetbalwedstrijd
25
to edit
redigeren
26
to spend more time with my family
meer tijd besteden aan mijn familie
27
around Christmas time / Karácsony környékén
rond de kersttijd
28
in a self-service manner / önkiszolgáló módon
op een zelfbedieningsmanier
29
self-service
zelfbedienings
30
plate
bord
31
to substitute / helyettesít
vervangen
32
colleague
collega
33
first aid kit / elsősegély-csomag (2)
verbandkist, eerste hulp doos
34
to sweep
vegen
35
leaf
blad
36
leaves
bladeren
37
path
pad
38
container
container
39
to take a rest
rust nemen
40
the free time is just as important as money
de vrije tijd is net zo belangrijk als geld
41
is just as important as
is net zo belangrijk als
42
to download
downloaden
43
using
met behulp van
44
namely / azaz
namelijk
45
Saturday night
zaterdagavond
