1. ALGEMEEN Flashcards

1
Q

1.1. Uitleggen wat online marketingcommunicatie inhoudt

A

Marketingcommunicatie heeft commerciele doelstelingen: het is gericht op het werven van klanten, ook zijn doelstellingen niet direct verband met verkoop.
Eindoel het verkopen van producten, diensten of ideeen aan klanten van de organisatie.
Marketingcommunicatietools zoals social media, nieuwsbrieven, persoonlijke pagina’s en e-mail.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

1.2 uitleggen wat online marketing inhoudt

A

Online marketing is het promoten van producten en/of diensten op het internet door de inzet van marketing middelen. Hiermee probeer je internetgebruikers te beïnvloeden zodat zij deze producten en/of diensten gaan kopen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

1.3 uitleggen wat wordt bedoeld met bereik, bezoek, conversie (lead/verkoop), retentie

A

Bereik – het bereik van een website is het percentage van de doelgroep dat gebruikmaakt van de website.
Bereik=Aantaal unieke gerbruikers van de website in de periode T / Totaal aantaal unieke gebruikers in de doelgroep. Google anders. Bericht gezien socialmedia.
Bezoek – een bezoek betekentfat iemand op de websitekomt en binnen 1.800 sec= half uur activiteiten verricht op de website.
Conversie – is het percentage van de websitebezoekers da teen specifieke handeling verricht,zoals iets kopen. Websitebezoek of appgebruik en conversie – het omzetten van bezoekers in kopers.
Leads – verzameld data – lijst van potentiele klanten.
Retentie – is de mate waarin de site de bezoekers vasthoudt. Diepte en duur. Email instellen, op hooghte te houden van ontwikkelingen, nieuwe producten, status, extra kortingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

1.4 de kandidaat kan verschillende soorten websites onderscheiden: verkoopsite, lead 
generationsite, branding site, publicatiesite, informatie- en dienstverleningssite

A

. Corporate sites – hebben als doel de interractie tussen de organisatie, stakeholders, klanten,medewerkers, pers. > Randstad.com
. Communicatie sites – vertellen de bezoekers over de producten,dienst van de aanbieders. Lijst met winkelen. > Grundig.nl
. Webshops, verkoopsites – online winkels, bekijken en kopen.> Amazone.com
. Lead generation sites – specifiek doel om in contact te kommen met potentiele klanten.
. Merksites – branding sites. Doel merkkenis en merkperceptie te verbeteren. Forums, spelletjes > Heineken.com
. Inhoudsite / publicatiesites – geven de bezoekers informatie. Actualiteiten, informatie zijn die voor een specifieke doelgroep. > Vijftigplusser.nl, Zoover.com
. Diensverleningssites – informatie, het productieproces van de organisatie. Online bankieren, kranten sites. > Marktplaats.nl
. Portals – overzicht van websites voor specifieke doelgroepen of onderwerp. > Startpagina.nl

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

1.5 uitleggen wat wordt met bedoeld met gamification

A

Gamification is het toepassen van gamedenken en gametechnieken in niet-game omgevingen. Bij gamification gebruik je spelelementen om gebruikers te motiveren en hun ervaring te verrijken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

1.6 aangeven wat wordt bedoeld met de customer journey

A

Dit zijn ervaringen van eenklant gedurende despreekwoordelijkereisdie een klantmaakt omzich te orienteren,een product of dienst aan te schaffen en er gebruikvan te maken.
Hoe orienteren zij zich?
Waar halen zehun informative vandaan?
Welkebronnen raadplegen ze?
Waarop baseren ze uiteindelijk hun keuze?
Die informative is erg nuttig, want als je weet welke reis klanten afleggen,dan kun je hen beter naar jouw bedrijf of merk leiden en vasthouden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

1.7 aangeven wat wordt bedoeld met de marketingfunnel (attention, consideration, action, loyalty) 
(B) 
//Trechter //Awareness / Capture/ Conversion/ Loyalty

A

De marketingfunnel is een trechter die een marketeer laat zien hoe er zoveel mogelijk bezoekers stap voor stap door het onlinemarketinproces worden geleid.

Awareness (het verzamelen van bezoekers);
Consideration (het verzamelen van leads);
Decision (het verstrekken van meer gerichte informatie);
Retention (tevredenheid verhogen);
Loyalty (de daadwerkelijke investering in een dienst of product).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

1.8 aangeven welk kanaal op welke plek in de funnel ingezet kan worden

A
  1. Bezoeken (Marketingcommunicatie, Social Media).
  2. Boeien (Website, App).


  3. Beslissen (Catalogus, Zoek- en adviesmodule). 


  4. Bestellen (Bestelmodule, Antwoord op vragen).
    

5. Betalen (Betaalmodule) 


  5. Binden (Orderafhandeling, Klantenservice, CRM)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

1.9 aangeven wat het verschil is tussen push en pull

A

Push – massamediafase afstand van merk naar klant zijn grootst, marketeers zendt naar consument.
Pull – Daar ik ook dialog en wederzijdse beinvloed, consument bepaalt mede wat het merk is en de marketer observeert hoe de consument het merk beleeft en ondersteunt de consument hierin.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

1.10 uitleggen wat wordt bedoeld met crowdsourcing

A

User generated content – dat de organisatie activiteiten binnen het ontwerp, ontwikkeling,productieprocess,die vroeger door eigen medewerkers zouden zijn uitgevoerd, nu door mensen van buiten laten doen. Open uitnodiging. Netwerk bestaand van mix.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

1.11 uitleggen wat wordt bedoeld met crowdfunding

A

Form van crowdsourcing, vraagt financiering van crowd, nieuwe product te financiering. Vraaght geld en stel aandel toekoemstige winst of product alvast te bestellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

1.12 uitleggen wat het begrip “the longtail” inhoudt

A

Bezoekers die zoekenop de speciefieke zoektermen in de plaats van algemenen. Minder bounce rate. Direct heb informative op de website.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

1.13 uitleggen wat het internet of things is

A

Elke aparaat dat hebt toegang tot internet
Het principe dat apparaten verbonden met internet met elkaar kunnen communiceren. Hierdoor ontstaan talloze nieuwe mogelijkheden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

1.14 uitleggen wat virtual, augmented en mixed reality (VR, AR en MR) zijn

A

Virtual reality – verbeeld de realiteit in een digitale wereld. Online games, products zien, hotelkamer zien

Augmented reality – is het versmelten van de fysiekemet de virtuele wereld. Virtuelepaskamer Augmented reality Augmented reality (AR) is een live weergave van de directe of indirecte fysieke wereld, waarin virtuele elementen worden toegevoegd in de mobiele interface. Augmented reality wordt door veel bedrijven ingezet voor marke-Flexa Visualizer-app laat de mobiele gebruiker virtueel verfkleuren testen

Mixed reality – echte wereld en virtuele wereld in realtime door elkaar. Comuniceert met virtuele afbeldingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

1.15 uitleggen wat een QR-code is

A

QR-codes Een Quick Response-code (kortweg QR-code) is een tweedimensionale bar- code, die door smartphones met een QR-app te scannen zijn en vaak ver- wijzen naar een mobile site of app. QR-codes worden vaak door bedrijven crossmediaal toegepast. HEMA gebruikt QR-codes voor extra productinformatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

1.16 uitleggen wat de verschillen zijn tussen owned, paid en earned media

A

Owned media – zelf tot hun beschikking hebben en warvaan ze de inhoud zelf kunnen bepalen. / website, app, e-mailmarketing
. Bought / Paid media – die mediumtypen die marketeers kunnen inkopen omhun merk bekend temaken. /Radio, TV, Print
. Erned media – mediumtypen die een merk verdient doordat bijvoorbeeld klanten over het merk schrijven, social media,of doordat andere organisaties naar hun website verwijzen.

17
Q

1.17 uitleggen wat de verschillen zijn tussen CPM, CPL, CPS, CPC, CPO, CPA

A

Advertentiemodel – veel sociale platformen,websites en apps verdienen geld door advertenties te vertonen.
CPM – Cost per mile 1000 vertoningen of impressies

// CPM=kosten van uitingen/0,001xhet aantaalvertoningen

De hooghte van cpm afhankelijk zijn van meerdere variabelen. Grotte van de banner, Positie van de banner, Umfeld / doelgroep, Marktwerking, Targeting
PPC – Pay per click

Onverkochte advertentie ruimte:
CPC – Costs per click CPC==kosten van uitingen/aantaal kliks
CPA – costs per action /conversie

CPL – costs per lead
CPS – Costs per sale, betaald alleen op rezultaat CPS=kosten van uitingen / kost per sale.
CPO – costs per order

18
Q

1.18 uitleggen wat bedoeld wordt met user-generated content

A

Door gebruiker aangeleverde inhoud. Dit is informative die door gebruikers van een bepaald medium wordt aangeleverd. Wardering, sterren,reviews/.booking.com

19
Q

1.19 uitleggen wat marketing automation is

A

In feite is marketing automation het automatiseren van je marketingactiviteiten. Dit heeft betrekking op e-mailmarketing, maar ook op andere kanalen. Binnen een geautomatiseerde campagne kun je namelijk naast e-mail bijvoorbeeld ook sms en post inzetten. Dit kun je geheel automatisch inrichten. Op deze manier vullen kanalen elkaar goed aan en kun je doordat je niets handmatig hoeft te versturen, efficiènt en effectief te werk gaan.

20
Q

1.20 uitleggen wat de rol van customer-relationship management in online marketing is

A

CRM zorgt voor een dieper begrip, betere relatie en een beter aanbod voor individuele klanten.
Het opbouven van dieper begrip, betere relaties,betere aanbod voor individuele klanten.
Product prijs en kwaliteit zijn steeds minder onderscheidend in het gevecht om de klant. Daroom meer bedrijven meer concurreren met CRM.