Brainscape's Knowledge GenomeTM

Browse over 1 million classes created by top students, professors, publishers, and experts.


See full index

A2 > مدرسه > Flashcards

مدرسه Flashcards

1
Q

Aanmelden

A

ثبت‌نام کردن

• Ik wil mijn dochter op deze school aanmelden.
می‌خواهم دخترم را در این مدرسه ثبت‌نام کنم

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Inschrijven

A

نام‌نویسی کردن

• Wanneer kan ik mijn kind inschrijven?
کی می‌توانم فرزندم را نام‌نویسی کنم؟

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Binnenkomen

A

وارد شدن

• Mag ik even binnenkomen om te praten?
اجازه دارم برای صحبت کردن داخل بیایم؟

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Kennismaken

A

آشنا شدن

• Ik wil graag kennismaken met de juf.
دوست دارم با معلم آشنا شوم

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Vragen

A

پرسیدن

• Ik wil vragen hoe mijn dochter het doet op school.
می‌خواهم بپرسم وضعیت درسی دخترم چگونه است

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Overleggen

A

مشورت کردن

• We moeten even overleggen over haar prestaties.
باید درباره عملکرد او مشورت کنیم

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Beoordelen

A

ارزیابی کردن

• Hoe beoordeelt u haar leesvaardigheid?
چطور مهارت خواندن او را ارزیابی می‌کنید؟

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Opmerken

A

متوجه شدن

• Heeft u iets bijzonders opgemerkt bij haar?
آیا چیز خاصی در مورد او متوجه شده‌اید؟

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Uitleggen

A

توضیح دادن

• Kunt u uitleggen waar ze moeite mee heeft?
می‌توانید توضیح دهید که در چه چیزی مشکل دارد؟

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Controleren

A

بررسی کردن

• Ik wil haar huiswerk controleren.
می‌خواهم تکالیفش را بررسی کنم

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Nakijkenتصحیح کردن

• De juf kijkt haar toetsen na.
معلم امتحان‌هایش را تصحیح می‌کند

A

تصحیح کردن

• De juf kijkt haar toetsen na.
معلم امتحان‌هایش را تصحیح می‌کند

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Verbeteren

A

بهتر کردن

• Hoe kunnen we haar rekenen verbeteren?
چطور می‌توانیم ریاضیات او را بهتر کنیم؟

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Oefenen

A

تمرین کردن

• Thuis oefenen we lezen elke dag.
در خانه هر روز خواندن را تمرین می‌کنیم

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Herhalen

A

مرور کردن

• We moeten de woordjes thuis herhalen.
باید کلمات را در خانه مرور کنیم

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Luisteren

A

گوش دادن

• Luistert ze goed in de klas?
آیا در کلاس خوب گوش می‌دهد؟

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Opvolgen

A

دنبال کردن (دستورالعمل‌ها)

• Kan ze de instructies goed opvolgen?
آیا می‌تواند دستورالعمل‌ها را خوب دنبال کند؟

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Samenvatten

A

خلاصه کردن

• Kan ze een verhaal goed samenvatten?
آیا می‌تواند یک داستان را خوب خلاصه کند؟

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Begrijpen

A

درک کردن

• Begrijpt ze de uitleg van de juf?
آیا توضیحات معلم را درک می‌کند؟

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Noteren

A

یادداشت برداشتن

• Noteren de kinderen het huiswerk in hun agenda?
آیا بچه‌ها تکالیف را در دفترشان یادداشت می‌کنند؟

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Samenwerken

A

همکاری کردن

• Werkt ze goed samen met andere kinderen?
آیا با بچه‌های دیگر خوب همکاری می‌کند؟

22
Q

Presenteren

A

ارائه دادن

• Kan ze haar werk presenteren voor de klas?
آیا می‌تواند کارهایش را جلوی کلاس ارائه دهد؟

23
Q

Schrijven

A

نوشتن

• Hoe is haar handschrift?
دستخطش چطور است؟

24
Q

Lezen

A

خواندن

• Leest ze vloeiend?
آیا روان می‌خواند؟

25
Q

Rekenen

A

حساب کردن

• Hoe gaat het met rekenen?
وضعیت ریاضیات او چطور است؟

26
Q

Tekenen

A

نقاشی کردن

• Houdt ze van tekenen?
آیا نقاشی را دوست دارد؟

27
Q

Kiezen

A

انتخاب کردن

• Mag ze zelf een boek kiezen?
آیا می‌تواند خودش یک کتاب انتخاب کند؟

28
Q

Meedoen

A

شرکت کردن

• Doet ze actief mee in de klas?
آیا در کلاس فعالانه شرکت می‌کند؟

29
Q

Concentreren

A

تمرکز کردن

• Kan ze zich goed concentreren?
آیا می‌تواند خوب تمرکز کند؟

30
Q

Verstaan

A

فهمیدن (از طریق شنیدن)

• Verstaat ze de uitleg van de juf?
آیا توضیحات معلم را می‌فهمد؟

31
Q

Halen

A

گرفتن (نمره)

• Welke cijfers haalt ze voor taal?
چه نمراتی در زبان می‌گیرد؟

32
Q

Leren

A

یاد گرفتن

• Wat heeft ze deze week geleerd?
این هفته چه چیزی یاد گرفته است؟

33
Q

Doorgaan

A

ادامه دادن

• Moet ze doorgaan met extra oefeningen?
آیا باید تمرین‌های اضافی را ادامه دهد؟

34
Q

Ophalen

A

برداشتن / گرفتن

• Ik kom haar om drie uur ophalen.
ساعت سه می‌آیم او را ببرم

35
Q

Brengen

A

بردن

• Ik breng haar elke ochtend naar school.
هر صبح او را به مدرسه می‌برم

36
Q

Vergeten

A

فراموش کردن

• Ze vergeet vaak haar huiswerk.
او اغلب تکالیفش را فراموش می‌کند

37
Q

Afspraken maken

A

قرار گذاشتن

• Laten we een afspraak maken voor een gesprek.
بیایید برای یک جلسه قرار بگذاریم

38
Q

Aanpassen

A

تنظیم کردن

• Moeten we haar schema aanpassen?
آیا باید برنامه‌اش را تنظیم کنیم؟

39
Q

Uitdagen

A

به چالش کشیدن

• Hoe kunnen we haar extra uitdagen?
چطور می‌توانیم او را بیشتر به چالش بکشیم؟

40
Q

Zorgen maken

A

نگران بودن

• Ik maak me zorgen over haar leesniveau.
نگران سطح خواندن او هستم

41
Q

Vertrouwen hebben

A

اعتماد داشتن

• Hebben jullie vertrouwen in haar vooruitgang?
آیا به پیشرفت او اعتماد دارید؟

42
Q

Aanmoedigen

A

تشویق کردن

• Hoe kan ik haar thuis het beste aanmoedigen?
چطور می‌توانم او را در خانه بهتر تشویق کنم؟

43
Q

Blijven proberen

A

ادامه دادن به تلاش

• Ze moet blijven proberen, ook als het moeilijk is.
او باید تلاش کند، حتی وقتی سخت است

44
Q

Inhalen

A

جبران کردن

• Hoe kan ze haar achterstand inhalen?
چطور می‌تواند عقب‌ماندگی‌اش را جبران کند؟

45
Q

Ophouden

A

متوقف کردن

• Houdt ze zomaar op met werken?
آیا بدون دلیل کارش را متوقف می‌کند؟

46
Q

Praten

A

صحبت کردن

• Praten jullie in de klas over gevoelens?
آیا در کلاس درباره احساسات صحبت می‌کنید؟

47
Q

Luisterbeurten krijgen

A

نوبت گوش دادن گرفتن

• Krijgt elk kind een luisterbeurt?
آیا هر کودک نوبت گوش دادن می‌گیرد؟

48
Q

Hulp vragen

A

درخواست کمک کردن

• Vraagt ze hulp als ze iets niet begrijpt?
آیا اگر چیزی را نفهمد درخواست کمک می‌کند؟

49
Q

Verantwoordelijkheid nemen

A

مسئولیت قبول کردن

• Neemt ze verantwoordelijkheid voor haar taken?
آیا مسئولیت تکالیفش را قبول می‌کند؟

50
Q

Verlegen zijn

A

خجالتی بودن

• Is ze verlegen in de klas?
آیا در کلاس خجالتی است؟

51
Q

Oplossen

A

• Hoe lost ze problemen met klasgenoten op?
چطور مشکلاتش را با هم‌کلاسی‌هایش حل می‌کند؟

A2 (7 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2025 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions