Zwangerschap en lactatie Flashcards
Wat is de relatie tussen zwangerschap, lactatie en medicatie?
Tijdens de zwangerschap treden er vele veranderingen op in het lichaam van de moeder die invloed kunnen hebben op de werking, bijwerkingen en toxiciteit van geneesmiddelen. Om die reden dienen geneesmiddelen alleen op zeer strikte indicatie worden voorgeschreven aan een zwangere patiënt.
Het gebruik van geneesmiddelen tijdens zwangerschap en lactatie is echter niet altijd te voorkomen. Er dient dan een weloverwogen beslissing worden genomen over welk medicament, wanneer en in welke dosering gestart zal worden.
Wat is de beste bron voor informatie betreft zwangerschap en medicatie?
de Teratologie Informatie Service van het Lareb.
Wat zijn aandoeningen tijdens de zwangerschap waarbij behandeling noodzakelijk is? en waar dient rekening mee gehouden te worden tijdens de behandeling?
Het gebruik van geneesmiddelen tijdens de zwangerschap is niet altijd te voorkomen. Bij infecties of chronische ziekten zoals:
- diabetes
- astma
- epilepsie
- of hypertensie
is een behandeling vaak noodzakelijk.
Men dient de medicatie dan zo in te stellen dat het foetale risico zo klein mogelijk is.
Welke geneesmiddelen passeren de placenta niet?
Sommige geneesmiddelen (zoals nadroparine of heparine) passeren de placenta niet en zijn daardoor veilig.
In welk trimester tijdens de zwangerschap loopt de foetus het meeste risico (op effecten door medicatie)?
Het risico voor de foetus scheelt per fase van de zwangerschap:
in het 1e trimester is er met name risico op:
- abortus
- aanlegstoornis (zoals spina bifida)
in het 2e trimester vooral risico op:
- groeivertraging
in het 3e trimester is het risico op farmacologische effecten van het geneesmiddel op de foetus het grootst door bijvoorbeeld:
- insuline
- schildklierremmers
Waar moet vlak voor de partus rekening mee gehouden worden?
Vlak voor de partus moet rekening gehouden worden met een verhoogd risico op gecompliceerde partus (bijv. bloedstolling beïnvloeden, of weeën remming door opiaten of NSAID).
Wat betekent het als een stof “teratogeen” is?
Indien het gebruik van een geneesmiddel leidt tot een (structurele) aangeboren afwijking, wordt de stof ‘teratogeen’ genoemd.
Wat is er bedacht om de risico’s in te schatten en om
weloverwogen de afweging te kunnen maken om een geneesmiddel wel of niet voor te schrijven tijdens de zwangerschap?
Een classificatiesysteem:
- Meest veilig: kan gebruikt worden (bijvoorbeeld paracetamol)
- Waarschijnlijk veilig: kan gebruikt worden, maar een geneesmiddel uit de groep ‘meest veilig’ heeft de voorkeur (bijvoorbeeld metoprolol, metformine, diclofenac en ibuprofen).
- Mogelijk risico: nadelige effecten afwegen tegen het belang van de behandeling. Controle bij gebruik. (bijvoorbeeld metoprolol).
- Risico op aangeboren afwijkingen of andere blijvende schade: alleen gebruiken in uitzonderingsgevallen met extra controles. (bijvoorbeeld carbamazepine).
- Risico onbekend: onvoldoende informatie beschikbaar. Kies een middel waar meer bekend is over de veiligheid. (bijvoorbeeld ciprofloxacine).
Komen geneesmiddelen in de moedermelk terecht? en waar dient rekening mee gehouden te worden?
Niet alle geneesmiddelen komen in de moedermelk terecht, dit is afhankelijk van een aantal factoren:
- Farmacokinetiek bij de moeder
- Chemische eigenschappen van het geneesmiddelen
Of de zuigeling nadelige gevolgen ondervindt hangt onder andere af van de hoeveelheid van het
geneesmiddel die bij het kind terechtkomt en de duur van de toepassing.
Indien het gebruik van geneesmiddelen tijdens de borstvoedingsperiode noodzakelijk
is, is het dus van belang een wel overwogen beslissing te nemen over het al dan niet voortzetten van de borstvoeding. Bij borstvoeding bestaat altijd de mogelijkheid over te gaan op flesvoeding.
Moet er rekening gehouden worden met geneesmiddelen gebruik en het moment van geven van borstvoeding?
Voor middelen met een laag risico (bijvoorbeeld paracetamol) wordt doorgaans aangehouden dat tweemaal de halfwaardetijd moet zijn verstreken voordat de moeder borstvoeding kan hervatten (met tussentijds kolven en weggooien), terwijl voor middelen met een hoger risico (oxycodon bij langdurig gebruik) vijfmaal de halfwaardetijd als richtlijn wordt gehanteerd.