woordenschat 14-15 Flashcards
1
Q
Resolutie
A
Besluit
2
Q
Schommelingen
A
Fluctuaties
3
Q
Opschudding, situatie waar niemand weet wat er moet gebeuren
A
Consternatie
4
Q
Kloof
A
Discrepantie
5
Q
Voorlopige samenwerking met doel bepaald project te realiseren
A
Consortium
6
Q
Uitvoerder faillissement
A
Curator
7
Q
Bedrag dat zelf betaald moet worden door de verzekeringnemer
A
Frachise
8
Q
Structuur
A
Constellatie
9
Q
Weerslag
A
Repercussie
10
Q
Officiële (pers)mededeling
A
Communiqué
11
Q
Ontwaarding, waardevermindering
A
Depreciatie
12
Q
Uiterste grenzen
A
Limieten
13
Q
Schommelt
A
Fluctueert
14
Q
Bescherming
A
auspiciën
15
Q
Afwezigheid
A
Absenteïsme
16
Q
Aanwezigheidsgelden
A
Presentiegelden
17
Q
Opheffing
A
Liquidatie
18
Q
Grote onverpakte hoeveelheid
A
Bulk
19
Q
Politiek andersdenkenden
A
Dissidenten
20
Q
Voorstel tot wetswijziging
A
Amendement