Wettelijk statuut van het beroep van vroedvrouw Flashcards

1
Q

In welke wet staan de bevoegheden van een vroedvrouw beschreven?

A

Hoofdstuk 5 van de wet van 10 mei 2015

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat heeft een vroedvrouw, buiten haar diploma, nog nodig om aan de slag te gaan?

A

Een visum.
Je moet je diploma laten viseren door diensten beschreven in art 25 vd wet van 10 mei 2015 (wettekstenbundel)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe vraag je je visum aan?

A

Online op de website van FOD volksgezondheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de provinciale geneeskundige commissie? Wie zorgt voor je aansluiting?

A

Bij het aanvragen van je visum wordt je meteen ook aangesloten door FOD volksgezondheid
PGC houdt toezich over de uitoefening van het beroep van vroedvrouw:
- Waakt erover dat vroedkunde in overeenstemming met wetten en reglementen uitgeoefend wordt
- Trekt visum in van vroedvrouwen die fysiek of psychisch niet meer geschikt zijn om het beroep veilig uit te oefenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Enkel artsen mogen geneeskunde uitvoeren. Welke uitzondering krijgen vroedvrouw hierop? Waar staat dit beschreven?

A

Vroedvrouwen mogen op zelfstandige wijze normale bevallingen begeleiden.
Staat beschreven in wet van 10 mei 2015 en is nader toegelicht in KB 1 februari 1991 volgens welke regels dit dient te gebeuren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wie mag resultaten van foetale monitoring interpreteren?

A

Enkel artsen. Geen vroedvrouwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar staan de bevoegdheden en plichten van een vroedvrouw in meer details beschreven?

A

KB 1 februari 1991

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke medicatie mag een vroedvrouw voorschrijven of toedienen?

A

Zie KB 15 december 2013

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat heeft een vroedvrouw, buiten haar diploma, nog nodig om geneesmiddelen te mogen voorschrijven?

A

Erkenningaanvraag indienen bij FOD volksgezondheid
RiZIV inschrijvingsnummer nodig dat eindigt op 003

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke drie categorieën onderscheidt de wet in verpleegkundige activiteiten?

A
  1. Globale verpleegkundige activiteiten (A-handelingen)
  2. Technisch-verpleegkundige verstrekkingen (B1 en B2-verstrekkingen)
  3. Toevertrouwde geneeskundige handelingen (C-handelingen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het verschil voor vroedvrouwen die voor en na 1 oktober 2018 hun diploma hebben behaald?

A

Ervoor: diploma is ook geldig om verpleegkunde te beoefenen onder dezelfde voorwaarden als bachelors verpleegkunde
Erna: enkel verpleegkunde uitvoeren binnen: verloskunde, fertiliteitsbehandeling, gynaecologie en neonatologie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat houden de globale verpleegkundige handelingen/ A-handelingen in?

A

Verzorgende handelingen zonder voorschrift, die een beoefenaar van verpleegkunde zelfstandig mag uitvoeren.
Opsomming zie wettekst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke wetswijziging dringt zich op betreffende de A-handelingen? Wat met mantelzorgers?

A

Het gaat ook over het behoud van de gezondheid van gezonde personen: wassen, eten geven… Dat doen verzorgenden vaak, en dat zou dan eigenlijk onwettig zijn.
Het staat zodanig in de wet beschreven dat het strafbaar als als je deze handelingen uitoefent met de bedoeling een financieel voordeel uit te halen. Dat geldt dus niet voor mantelzorgers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het verschil tussen een B1 en een B2 verstrekking?

A

B1 verstrekking moet je uitvoeren volgens een standaard verpleegplan/procedure
B2 verstrekking moet je ook uitvoeren volgens een SVP of procedure maar vereist ook een voorschrift van de arts

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is een procedure?

A

Een beschrijving van een bepaalde verpleegkundige techniek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is een standaard verpleegplan?

A

Een document waarin de afspraken over de zorg voor de cliënt worden vastgelegd. Laat zo toe om de patiënt systematisch te benaderen en te verplegen.

16
Q

Wat als erbij staat dat de handeling in assistentie van een arts moet gebeuren?

A

Arts en verpleegkundige moeten het samen uitvoeren. Daarbij moet visueel en verbaal contact zijn.

17
Q

Wie mag technisch verpleegkundige verstrekkingen uitvoeren?

A

Bachelors verpleegkunde, HBO5 verpleegkundigen, vroedvrouwen, ziekenhuisassistenten en 54bissers

Allemaal op voorwaarde dat die beschikt over nodige competentie, opleiding en of ervaring om dit correct en veilig uit te oefenen.

Mantelzorgers mogen dit wettelijk ook na een opleiding en attest.

18
Q

Wat zijn C-handelingen?

A

Verpleegkundige handelingen die door een arts worden gedelegeerd, toevertrouwd. Ze worden uitgevoerd op basis van procedures.

19
Q

Wat zijn de voorwaarden voor C-handelingen?

A
  • Gebeurt adhv een voorschrift
  • Een aantal activiteiten kunnen nooit worden gedelegeerd: beslissingen omtrent prognose, diagnose en therapie; en vaststellen vd dood
  • Selectieverplichting: arts mag enkel toevertrouwen als hij weet dat die persoon de vereiste bekwaamheid heeft
  • Instructieverplichting: beste schriftelijk (bewijsproblemen) alle nodige instructies geven. Ook info over risico’s, toestand patiënt, indicaties en contra-indicaties
  • Toezicht-en begeleidingsverplichting: medische begeleiding moet voorhanden zijn. Afhankelijk van het risico van de handeling: snel bereikbare arts of echt fysiek aanwezig op de dienst. Principe van vertrouwensleer. Soms staat bij de handeling expliciet vermeld dat arts moet aanwezig zijn
  • Controleplicht: arts moet nagaan of verpleegkundige bekwaam is en instructies goed heeft opgevolgd.
20
Q

Wie mag C-handelingen uitvoeren?

A

Bachelors in verpleegkunde, HBO5-verpleegkundigen en vroedvrouwen

21
Q

Welke drie vormen zijn er van een medisch voorschrift?

A

Geschreven, mondeling en schriftelijk staand order

22
Q

Wat moet op een medisch voorschrift staan?

A
  • Voluit geschreven, enkel gestandariseerde afkortingen gebruiken
  • Duidelijk leesbaar
  • Datum, naam, voornaam van de patiënt. Naam, voornaam, handtekening en RISIV-nummer arts
  • Bij een handeling: benaming of nummering van eventueel standaardverpleegplan, procedure of staand orde
  • Bij geneesmiddelen:
    > Naam of nummer van bereiding
    > Hoeveelheid en posologie (dosering)
    > Concentratie in de oplossing
    > Toedieningswijze en frequentie
23
Q

Wat zijn de afspraken rond een mondeling geformuleerd medisch voorschrift?

A

Als arts aanwezig is: verpleegkundige herhaalt luidop het voorschrift en verwittigd arts bij het uitvoeren. Arts zorgt zsm voor een voorschrift
Als arts afwezig is: enkel in noodgevallen!
- Telefonisch, radiofonisch of via webcam
- Indien nodig wordt er verwezen naar SVP, procedure of staand order
- Als verpleegkundige de aanwezigheid van een arts nodig acht, dan kan hij niet gedwongen worden om het voorschrift uit te voeren. Hij moet dan de arts hierover inlichten
- Arts zorgt zsm voor een schriftelijk voorschrift

24
Q

Wat is een schriftelijk staand order?

A

Schriftelijk behandelingsschema dat door de arts werd opgesteld. Ook de voorwaarden werden opgenomen waaraan moet voldaan worden om de handelingen toe te passen. Arts moet aangeven bij welke patiënt het staand order moet worden toegepast.
De verpleegkundige gaat na of voorwaarden vervuld zijn en oefent enkel dan de handelingen uit. Zijn de voorwaarden niet vervuld? > arts inlichten