week 9 Flashcards
de 1yr, 5yr en 10yr survival van een postmortale nier is altijd hoger dan die van een levende nier
onjuist, die van een levende nier is in al deze gevallen hoger
wat is een synerge transplantatie
een transplantatie bij eeneiige tweelingen
welke groepen antigenen zijn van belang bij transplantaties
MHC antigenen
MiHC antigenen
op welk chromosoom komen MHC en MiHC tot expressie
6
zes belangrijkste antigenen MHC klasse I
HLA-A
HLA-B
HLA-C
belangrijkste antigenen MHC klasse II
HLA-DP
HLA-DQ
HLA-DR
welk HLA kent de grootste hoeveelheid polymorfismen
HLA-B
directe route allorecognitie
herkenning van intact donor-MHC-antigen door een ontvanger-TCR
hoe kan een directe alloreactie versterkt worden
virus-specifieke T-cellen van de ontvanger reageren ook met doner MHC antigenen
indirecte allorecognitie
APC neemt donor-MHC antigen op en presenteert een epitoop op lichaamseigen MHC-molecuul
waartegen is de immuunrespons gericht bij een indirecte allorecognitie
het donor transplantaat
van welke factoren hang de immunogeniciteit van een transplantaat af
mate van expressie van MHC
aantal APC’s
effect van hoge expressie MHC op transplantaat
makkelijkere allorecognitie
effect van hoog aantal APCs op alloreactiviteit
hoe meer dentritische cellen, hoe makkelijker de indirecte alloreactiviteit op gang komt
gepreformeerde adaptieve afweer bij orgaantransplantatie
patient die eerder een transplantaat heeft gehad en bij een volgende transplantatie direct via de adaptieve afweer reageert
soorten afstotingsreacties
hyperacuut
acuut
chronische
welke deel van het immuunsysteem is actief bij hyperacture afweerreactie
humorale afweer
wat is er nodig om een hyperacute afstotingsreactie te kunnen ontwikkelen
eerdere aanraking met een donorpreparaat
hoe snel vind een hyperacute afweerreactie plaats
binnen een dag
tijdsduur acute afweerreactie
3 tot 6 maanden na transplantatie
welke delen van het immuunsysteem kunnen actief zijn bij een acute afstotingsreactie
cellulair
humoraal
acute afstotingsreactie
inductie van adaptieve immuunrespons tegen MHC en MiHC op donorweefsel
tijdsduur chronische afstoting
maanden tot jaren
oorzaken chronische afstoting
immuunresponsen
hypertentie
geneesmiddelentoxiciteit
virale infecties
late effecten van ischemie
terugkeer oorspronkelijke ziekte