Week 6: Zwangerschap Flashcards

1
Q

Hoe werkt epigenetica door histonen?

A

Histonen hebben staarten waar transcriptie factoren aan kunnen binden en ze losser of vaster het DNA om zich heen kunnen draaien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer kan DNA gemethyleerd worden?

A

Als er een C voor een G staat kan de C gemethyleerd worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke 3 soorten chromatide heb je in de epigenetica?

A

Open chromatide
Gesloten chromatide
Naïef chromatide

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe kan het dat epigenetica niet wordt doorgegeven van ouder naar kind?

A

In oögenese en spermatogenese vindt er een reset plaats, na de bevruchting nog 1, waardoor al het chromatide naïef wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat gebeurt er bij klonen? Waarom heeft dit een lage overleving?

A

Somatische cel in eicel plaatsen
Er vindt dan maar 1 epigenetische reset plaats, waardoor niet al het chromatide naïef is geworden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is imprinting?

A

Normaal gesproken komen beide kopieën van ouders tot expressie, maar bij een +/-200 genen komt alleen of ma of pa tot expressie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waar zorgen paternale en maternale allelen over het algemeen voor bij geïmprinte genen?

A

Paternale stimuleren de groei meestal
Maternale remmen de groei meestal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is het prader willy syndroom?

A

2x maternale chromosoom 15

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is angelman syndroom?

A

2x paternale chromosoom 15

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de gevoelige periode van imprinting?

A

Tijdens oögenese/spermatogenese

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat gebeurt er met imprinting tijdens het leven?

A

Je verliest de imprinting op allelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Tot hoeveel weken mag je abortus plegen?

A

24 weken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat gebeurt er met een zwangere <16 die abortus wil plegen?

A

Toestemming van ouders, anders naar FIOM

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wanneer kan je een overtijdsbehandeling uitvoeren?

A

Binnen 44 dagen nar de 1e dagen van de laatste menstruatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke 2 categorieën zijn er bij late zwangerschapsafbreking? Welke is strafbaar?

A

1: afwijkingen niet met leven verenigbaar
2: Afwijkingen die leiden tot uitzichtloos lijden
Beide zijn strafbaar, maar bij 1 is strafvervolging niet verwacht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat moet je bij het OM aangeven bij een late zwangerschapsafbreking?

A

Niet-natuurlijke dood

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Hoe gaat de medicamenteuze abortus?

A

2 stappen:
- mifepriston: vermindert progesteron en maakt de cervix weker
- misoprostol: prostaglandines waardoor baarmoeder samentrekt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Welke 5 zaken moeten bij een intakegesprek voor abortus besproken worden?

A

Vrijwilligheid testen
Info behandeling
Alternatieven
Anticonceptie
Nazorg aanbieden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is de Nederlandse definitie voor een miskraam?

A

Zwangerschap eindigt voor de 16e week

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat is de meest voorkomende obstetrische complicatie?

A

Miskraam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Noem 3 complicaties van een miskraam

A

Ernstig bloedverlies
Sepsis
Mentale problemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Waar kijk je op een echo naar bij een verdenking op miskraam?

A

Lokalisatie
Daarna vitaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Welke 5 vormen van diagnostiek zet je in bij een miskraam?

A

Vitale kenmerken
Vaginaal toucher/speculum
Echo
Lab (Hb, Ht, bloedgroep Rhesus)
Hoogte hCG belangrijk bij onbegrepen echo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Noem 3 kenmerken van een intacte zwangerschap

A

Stugge, gesloten portio
Embryo op echo
Hartactie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Noem 2 kenmerken van een niet-intacte intra-uteriene zwangerschap
Portio kan week aanvoelen Vruchtzak met/zonder embryo, geen hartactie
26
Wat is een vuistregel voor wanneer er hartactie moet zijn bij een embryo?
Bij een vruchtzak >25mm moet embryo >7mm en moet er hartactie aanwezig zijn Bij twijfel? herhaal echo na een week
27
Noem 4 kenmerken van een EUG
Stugge, gesloten portio Geen vruchtzak in utero Adnexal mass bij ovarium hCG serum >2000 IU/I
28
Noem 3 vormen van beleid bij een miskraam
Expectatief Curettage Medicamenteus
29
Noem 2 voordelen en 4 nadelen van een expectatief beleid bij een miskraam
Voor: meest natuurlijk geen operatieve complicaties Na: kan lang duren veel pijn/bloedverlies kans op incomplete miskraam kans op infectie
30
Noem 3 voordelen en 3 nadelen van een medicamenteus beleid bij een miskraam
Voor: niet invasief in eigen hand voor pt lijkt natuurlijk Na: kans op een incomplete miskraam klein beetje verhoogde kans op infectie langer bloedverlies
31
Noem 3 voordelen en 4 nadelen van een curettage bij een miskraam
Voor: geplande ingreep kleinere kans op incomplete miskraam kleinere kans op ernstig bloedverlies Na: invasief kans perforatie uterus kans cervixlaceratie kans syndroom Asherman
32
Wat is het syndroom van Asherman?
Intra-uteriene adhesies Menstruatie stoornissen Infertiliteit/herhaalde miskramen
33
Noem 3 vormen van hypertensie in de zwangerschap
Chronisch (pre-existent of in 1e 20wk) Zwangerschapshypertensie Pre-eclampsie
34
Noem 3 dingen in het beleid bij chronische- en zwangerschapshypertensie
Zwangerschapscontroles Proteinuriecontroles Inleiding 37-39 weken
35
Wat is pre-eclampsie?
Hypertensie met: Proteinurie en/of Orgaanfalen bij moeder en/of Groeivertraging bij foetus (IUGR)
36
Wat wordt gezien als proteinurie?
>300mg/24 uur EKR (eiwit/kreat) >30
37
Wat voor oedeem past bij pre-eclampsie?
Handen en gelaat, in de benen is fysiologisch in de zwangerschap
38
Hoe ontstaat pre-eclampsie?
Verminderde trofoblastinvasie Normaal is er bloedvatverbreding in de placenta, maar bij PE is er een klein beetje hypoxie, waardoor er endotheeldysfunctie is en vaatspasmen optreden
39
Wat is het verschil tussen een late pre-eclampsie en een vroege? Wanneer is pre-eclampsie vroeg/laat?
Vroege (<32wk): placenta niet goed ingegroeid Late (>32wk): minder cardiovasculaire reserven, bvb bij meerling
40
Noem 5 symptomen van pre-eclampsie
CVD (oedeem, longoedeem) Cerebraal (hoofdpijn, visusstoornissen) Lever (HELLP-syndroom) Renaal (proteinurie) IUGR (intra-uteriene groeirestrictie)
41
Wat is het HELLP-syndroom?
Hemolyse, Elevated Liverenzymes, Low Platelets
42
Wat is eclampsie?
Tonisch-clonische convulsies
43
Wanneer heb je te maken met een ernstige pre-eclampsie?
Diastolische RR >110, sys >160 Proteinurie >5g/24uur Oligourie <500ml/24uur Tekenen orgaanfalen
44
Hoe kan je pre-eclampsie preventief behandelen?
Low-dose aspirine
45
Wat is de behandeling voor pre-eclamspie?
Partus
46
Hoe kan je pre-eclampsie tot de partus managen?
Managen RR (antihypertensiva), maar niet te laag Preventie eclampsie (MgSO4, IV, eerst 4g, daarna 1g/uur) Longrijping (<34wk, door steroiden)
47
Wat is de behandleing voor eclampsie?
ABCDE-methodiek MgSO4 zsm Moeder heeft voorrang
48
Wanneer beval je bij ernstige pre-eclampsie?
34 weken
49
Wanneer vindt de aanleg van de lichaamsassen plaats?
15-17 dagen
50
Waar zit de primitiefstreek?
Caudale zijde
51
Welke regio's zijn belangrijk voor de aanleg van de lichaamsassen?
Primitiefstreek en AVE (anterior visceral endoderm)
52
Waar ligt de AVE?
Craniaal (gespecialiseerd hypoblast)
53
Wat is een andere naam voor primitiefknoop en waar heeft deze een rol in?
Knoop van Hensen Belangrijke organiserende rol in vroege regio
54
Waar zorgt de AVE voor?
Hoofd en hersenontwikkeling
55
In welke 3 structuren differentieert een somiet?
Dermatomen Myotomen Sclerotomen
56
Waaruit worden somieten opgebouwd?
Paraxiaal mesoderm
57
In welke richting worden somieten aangelegd?
Craniaal -> caudaal
58
Hoelang duurt het voordat er een nieuwe somiet wordt aangelegd?
6-7 uur
59
Wat is een anterieure homeotische transformatie?
Rib op L1
60
Wat is een posterieure homeotische transformatie?
Rib op C7
61
Welk HOX-gen bepaalt het begin van de thoracale wervels?
HOX-6
62
Welk HOX-gen bepaalt het begin van de lumbale wervels?
HOX-10
63
Wat is de SOA top 5?
Chlamydia trachomatis Condylomata acuminata Herpes Gonorroe Syfilis
64
Noem 6 risicogroepen voor SOA's
MSM Sekswerkers en klanten Soa-endemisch gebied Veel wisselende contacten (>3 in 6 maanden) Partner uit vorige groepen Seksueel actief <25 heeft verhoogd risico op chlam
65
Wat is de incubatietijd van chlamydia?
1-3 weken
66
Welke serotypes van chlamydia veroorzaken urogenitale infecties en conjunctivis?
D tm J
67
Welke serotypes van chlamydia veroorzaken een trachoom?
A tm C
68
Welke serotypes van chlamydia veroorzaken een lymfogranuloom venereum?
L1 tm L3
69
Noem 2 symptomen van chlamydia bij de man
Uretritis Proctitis
70
Noem 3 symptomen van chlamydia bij de vrouw
Veranderde fluor Contactbloeding Buikpijn
71
Noem 3 complicaties van chlamydia bij de vrouw
PID Infertiliteit EUG
72
Noem een complicatie van chlamydia die zowel bij man als vrouw kunnen voorkomen
SARA (sexually acquired arthritis)
73
Noem een complicatie van chlamydia die bij mannen voorkomt
Epidydymitis
74
Wat is de diagnostiek voor chlamydia?
PCR
75
Welke 2 behandelingen zijn er voor chlamydia?
1e keuze: Azitromycine, 1000mg po, eenmalig 2e keuze: doxycycline 100mg po, 2dd, 7dagen
76
Wat is de incubatietijd voor gonorroe
2 dagen tot 3 weken
77
Wat is de diagnostiek bij gonorroe (maar wat gaat sneller bij mannen?)
PCR Grampreparaat bij mannen sneller
78
Wat is de behandeling van gonorroe?
Ceftriaxon 500mg im 1x
79
Welke HPV-virussen veroorzaken genitale wratten?
HPV 6 en 11
80
Wat is de incubatietijd voor genitale wratten?
1-8 maanden
81
Hoe wordt de diagnose genitale wratten gesteld?
Klinische diagnose
82
Wat is de behandeling voor genitale wratten?
Imiquimod creme
83
Door welke vorm van HSV wordt de meeste herpes veroorzaakt?
HSV II (80%)
84
Wat is de incubatietijd voor herpes?
2-12 dagen
85
Wat is de behandeling voor herpes? En bij immuungecompromeerde patienten
Valaciclovir 500mg 2dd 5-10 dagen Bij immuun: dosis en duur x2
86
Wat bepaal je bij verdenking op hepatitis B?
AntiHBc, als die positief is HBsAG
87
Waardoor wordt syfilis veroorzaakt?
Treponema pallidum
88
Hoelang duurt het voordat de eerste laesie bij syfilis ontstaat?
3 weken
89
Hoelang duurt het bij syfilis voordat het secundaire stadium bereikt wordt?
6weken tot 12maanden
90
Noem 2 symptomen bij stadium I lues
Pijnloos ulcus, lymfeklierzwelling
91
Noem 2 symptomen bij stadium II lues
Roseolen, exantheem
92
Noem 2 symptomen bij stadium III lues
Neurosyfilis, vasculaire syfilis
93
Wat is de behandeling voor syfilis?
penidural Doxycycline 2 weken
94
Wat voor thyreoidie is fysiologisch tijdens zwangerschap?
Hyperthyreoïdie
95
Hoe ontstaat een hyperthyreoïdie in de zwangerschap?
Er is minder T4 beschikbaar voor ma, want kiddo heeft ook nodig hCG lijkt op TSH en verhoogt dus het T4
96
Wat moet je doen bij een zwangere met een pre-existente hypothyreoidie?
Levothyroxine ophogen
97
Wanneer heeft de foetus een eigen werkende schildklier?
18 weken
98
Waar kan je TPO voor gebruiken?
Als marker voor hashimoto
99
Waar kan je TgAbs voor gebruiken?
Hashimoto en Graves
100
Waar kan je TSH receptor antistoffen voor gebruiken?
Graves
101
Waarom is foetale graves een ding?
TSH antistoffen zijn functionele antistoffen die de placenta kunnen passeren
102
Wat is de gouden standaard voor het diagnosticeren van diabetes gravidarum?
OGTT
103
Noem 4 behandelingen voor diabetes gravidarum
Dieet Insuline Metformine Sulfonylurea
104
Wat is een streef glucose voor zwangeren met diabetes gravidarum?
<5,3 nuchter
105
Wat voor diabetes is diabetes gravidarum?
Combinatie insuline resistentie en/of insuline tekort
106
Wat is perinatale sterfte?
Per 1000 dood- en levendgeborenen 22wk-7dagen postpartus
107
Wat is foetale sterfte?
Doodgeborenen
108
Wat is vroege neonatale sterfte?
Sterfte in 1e week
109
Wat is maternale sterfte?
Door (in)directe oorzaken tijdens zwangerschap, bevalling <43 dagen postpartus
110
Waarom blijft de maternale sterfte ongeveer gelijk?
Door directe oorzaken minder, maar door indirecte oorzaken meer (ongezondheid)
111
Wat is een secundaire villus, en een tertiaire villus?
Villus+bindweefsel=secundair Secundair+bloedvaten=tertiair
112
Hoe krijgt de foetus O2 in de eerste 8 weken? En daarna?
Diffusie Daarna placenta
113
Wat voor cellen zitten aan het maternale deel van de placenta? En welke aan de foetale zijde?
Syncytiotrofoblast maternaal Cytotrofoblast foetaal
114
Waar komen syncytiotrofoblasten vandaan?
Gedifferentieerd vanuit cytotrofoblasten
115
Wat zijn EVTs? Waar zorgen ze voor? Wat gebeurt er bij fouten hierin?
Cytotrofoblasten die extravilleus voorkomen en een plug vormen in spiraalarteriën Zorgen voor modulatie spiraalarterieën Bij fouten: pre-eclampsie
116
Waar zit het maternale bloed in de placenta?
Interchondrale ruimte
117
Welke cel heeft een belangrijke functie in de bloed-placenta barrière?
Syncytiotrofoblasten
118
Wat is decidua?
Deel endometrium dat deel uitmaakt van de placenta en na geboorte wordt afgestoten
119
Wat zijn cotyledomen?
Compartimenten in de placenta die door septa gescheiden worden, te zien vanaf maternale zijde
120
Door welke cel wordt hCG gemaakt?
Syncytiotrofoblast
121
Hoe werkt de afweer van de placenta?
In decidua zitten gespecialiseerde EVTs die HLA tot expressie brengen
122
Wat is een funiculitis?
Ontstoken navelstreng
123
Hoeveel venen en arterieën zitten er in de navelstreng?
2 arterieën zuurstofarm 1 vene
124
Waar worden de handgrepen van Leopold voor gebruikt?
Uitwendig onderzoek bij een naderende bevalling
125
Waar let je op tijdens vaginaal toucher bij een bevalling?
POVIAS: Portio Ontsluiting Vliezen Indaling Aard voorliggend deel Stand voorliggend deel
126
Waar staat de Apgar score voor?
Ademhaling Pols Spierspanning Huidskleur Reflexen
127