Week 6, H9, H15, H16 Flashcards
Stap 3 van bestuursrechtelijke rechtsbescherming is in hoger beroep gaan. Bij welke bestuursrechter moet men zijn? Hierbij zijn absolute competentie en relatieve competentie van toepassing. Wat is absolute competentie? art. 8:6 lid 1 Awb
Absolute competentie is welke bestuursrechter je moet zijn. Hoofdregel: de rechtbank, afdeling bestuursrecht is bevoegd, maar soms bijzondere beroepsprocedure, vaak beroep in eerste en enige aanleg bij bijzondere rechter (zie H2 van Bijlage 2 Awb)
Wat is relatieve competentie? art. 8:7 Awb
In welk gebied je bij de bestuursrechter moet zijn.
- Decentrale overheid (gemeenten en provincies): zetelcriterium. De rechtbank binnen het rechtsgebied waarvan het bestuursorgaan zijn zetel heeft, is bevoegd.
- Centrale overheid: ingezetenecriterium. De rechtbank binnen het rechtsgebied waarvan de indiener van het beroepschrift zijn woonplaats in Nederland heeft, is bevoegd.
Wat zijn de kenmerken van de beroepsprocedure?
- Beroepstermijn is 6 weken (art. 6:7 Awb)
- Beroepschrift –> verweerschrift –> zitting –> uitspraak
- De rechter toetst: het bestreden besluit. Dat is meestal de beslissing op bezwaar. Alleen getoetst op rechtmatigheid. Dit is op basis van de beroepsgronden (art. 8:69 lid 1 Awb), maar met aanvulling van de rechtsgronden en de feiten (art. 8:69 lid 2 en 3 Awb) (vorm van ongelijkheidscompensatie). De rechter toetst ambtshalve (uit zichzelf) aan bepalingen van openbare orde, zoals de bevoegdheid van het bestuursorgaan. Hij kijkt naar de feiten en omstandigheden ten tijde van de b.o.b., oftewel ex tunc.
Stap 4. Staat hoger beroep open tegen de uitspraak van de bestuursrechter in eerste aanleg?
Hoofdregel: tegen een uitspraak van de rechtbank staat hoger beroep open.
Uitzonderingen:
- Als een van de uitzonderingen van artikel 8:104 lid 2 Awb van toepassing is
- Als niet de rechtbank, maar een bijzondere bestuursrechter in eerste en enige instantie op het beroep heeft beslist
Bij welke hoger beroepsrechter moet ik zijn?
Hoofdregel: Afdeling bestuursrechtspraak van de RvS (art. 8:105 Awb)
Uitzonderingen:
- Centrale Raad van Beroep –> zij gaan over sociale zekerheidsrecht en ambtenarenrecht
- College van Beroep voor het bedrijfsleven –> zij gaan over economisch bestuursrecht
- Gerechtshof –> belastingsrecht
Wat zijn de drie functies van hoger beroep?
- Het biedt een herkansing aan partijen
- Het biedt een controlemogelijkheid op de rechtbanken
- Het waarborgt rechtseenheid
Stap 4. Wat doet de rechter als het beroep gegrond is?
- Kale vernietiging
- Finale geschillenbeslechting
Wat is kale vernietiging?
Het bestreden besluit (meestal de beslissing op bezwaar) wordt vernietigd. Het bestuursorgaan zal een nieuw besluit moeten nemen op het bezwaarschrift met inachtneming van de uitspraak.
Welke vormen van finale geschillenbeslechting zijn er en wat houdt het in?
- Passeren van gebreken (art. 6:22 Awb) Dit is een foutje, maar niemand merkt er iets van.
- In stand laten van de rechtsgevolgen (art. 8:72 lid 3 onder a Awb) –> Beroep gegrond, vernietig bestreden besluit, maar laat de rechtsgevolgen in stand.
- Zelf in de zaak voorzien (art. 8:72 lid 3 onder b Awb) –> Bestuursrechter kan zeggen, beroep gegrond, bestreden besluit vernietigd en de bestuursrechter bepaalt zelf waar de burger recht op heeft.
- Tussenuitspraak & bestuurlijke lus (art. 8:51a Awb e.v.) –> Bestuursrechter geeft een opdracht aan het bestuursorgaan, zal het gaan vernietigen, maar geeft het bestuursorgaan de kans om het nog te veranderen voordat er getoetst gaat worden.
Stap 5. Verzoek om een voorlopige voorziening (art. 8:81 Awb). Wat is een vovo?
Het indienen van bezwaar of (hoger) beroep heeft geen schorsende werking (art. 6:16 Awb).
Wat zijn de eisen aan de vovo?
- Spoedeisend belang
- Connexiteitsvereiste: er moet ook een bezwaar- of (hoger)beroepsprocedure lopen
Wat doet de voorzieningenrechter?
- Toetst of er sprake is van een spoedeisend belang
- Maakt een belangenafweging
- Geeft een voorlopig oordeel over de rechtmatigheid van het besluit
Uitspraak Voorzieningenrechter is meestal schorsing van een besluit.
Openbaarheid van overheidsinformatie –> Wet open overheid (Woo). Wat houdt recht op toegang in? art. 1.1 Woo
Een ieder heeft recht op toegang tot publieke informatie zonder daartoe een belang te hoeven stellen, behoudens bij deze wet gestelde beperkingen
Wat houdt belang van openbaarheid in? Art. 2.5 Woo
Bij de toepassing van deze wet wordt uitgegaan van het algemeen belang van openbaarheid van publieke informatie voor de democratische samenleving
Hoe werkt dit dan?
Eenieder kan een verzoek om publieke informatie richten tot een bestuursorgaan (art. 4.1 Woo). Binnen vier weken moet op een verzoek worden beslist (art. 4.4 Woo) Dit is een appellabel besluit.
Als er belangen van derden bij betrokken zijn, dan moeten deze derden door het bestuursorgaan in de procedure worden betrokken door ze om een zienswijze te vragen