Week 6: Communicatietechnologie Flashcards

1
Q

Wat zijn voordelen van ICT voor organisaties?

A
  • Sneller: en makkelijker om te doen.
  • Mobiel: mogelijk om op iedere plek te communiceren met elkaar binnen een organisatie.
  • Asychone werken: zender en ontvanger hoeven niet tegelijkertijd communiceren met elkaar, je kunt later reageren.

> > > efficienter.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke twee theorieen heb je over de reden waarom we technologie gebruiken/hebben geadopteerd?

A
  • critical mass theory= het gaat om wie de technologie gebruikt. Het hangt af van het publiek, veel media of media platvormen worden pas gebruikt wanneer veel mensen het gebruiken, dan pas wordt het aantrekkelijk. (snapchat 10 mensen, niemand doet het). Dus technologie hangt af van wie het nog meer gebruikt.
  • Mediarijkheid theorie: De rijkheid van het medium moet passen bij de taak die dat medium moet uitvoeren. Communicatie is belangrijk, zeker wanneer je ambigue (dubbelzinnige: meerdere betekenissen) of emotionele/gevoelige onderwerpen moet bespreken, bijvoorbeeld door gebruik van sociale cues als lichaamstaal, liever ftf. Andere media is niet rijk genoeg om gevoelige informatie te communiceren . Voor eenvoudige of ondubbelzinnige taken is een arme taak wel geschikt.
    > Channel expansion theory: hangt af van hoe mensen het medium ervaren. Wanneer mensen weten hoe ze het moeten gebruiken en hebben daarbij goede ervaringen, dan gebruiken ze het weer. Uiteindelijk vinden ze het medium arm. Meer ervaarrijkheid dan objectieve rijkheid (zoals medium rijk zijn zoals bij mediarijkheid). Het ervaren van de rijkheid van een medium. Bijv. voor het alleen bellen, kun je beter een nokia kopen dan ene iphone. Benut je het medium optimaal?
  • Social information processing (sip): Sociale systemen zijn die communiceren over dat medium. De betekenissen geven aan of een medium gebruikt wordt of niet > interpretatieve benadering. Dat wordt ook toegepast op technologie, wanneer mensen technologie niet kennen, dan weten menen niet zo vaak waarvoor ze het moeten gebruiken.
    > zo’n betekenis kan leiden tot adoptie of negeren van het medium.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke soorten sociale media heb je volgens Kaplan & Hanlein (2000)?
Bespreek de media en sociaal domein en beschrijf welke vormen van sociale media hoge of lage mate van heeft.

A

= refereert naar kenmerken van een medium op basis van theorieen in de media en massa communicatie onderzoek (social presence and media richness), en de onderscheid tussen twee primaire sociale processen (selfpresentation and self-disclosure) waarbij individuen mee bezig houden wanneer ze sociale media gebruiken. >Combinatie van deze twee dimensies kan een schema van worden gemaakt voor sociale media.

Media domein:
• Social presence= omgevingsvol, visuele en fysieke contact dat individuen met elkaar kunnen hebben wanneer ze met elkaar communiceren. > ingeschakeld door intimiteit, dringendheid van een medium. LAAG bij digitale vormen van communicatie (mail en telefoon) dan bij directe interpersoonlijke communicatie (ftf). Wanneer de social presence HOOG is dan is er meer betrokkenheid in de interactie. Zelfde ruimte met diegene, betrokkenheid
• Media richness= media verschilt in haar rijkheid wanneer mensen aan het communiceren zijn, rijkheid: de hoeveelheid informatie en cues die uit worden gewisseld tussen individuen. ‘rijke’ media: bijv. FTF, heb je de mogelijkheid om feedback te geven en update van informatie, terwijl ‘arme’ media: bijv. email, je kan het alleen krijgen en niet op reageren.
> is er directe communicatie beschikbaar?

Social domein richt zich op de intentie en doelen van mensen wanneer ze sociale media gebruiken:
• Selfpresentation= medium gebruiken om een beeld te creeren van zichzelf dat in lijn is met hun gewenste persoonlijkheid. Van jezelf laten zien: via blogs, vlogs via youtube.
• Self-disclosure (onthulling)= het vrijgeven (release) van persoonlijke informatie om denkbeelden uit te wisselen en relaties op te bouwen op sociale media. Bijv. post op Facebook over dat je naar de Efteling bent gegaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke drie media soorten bepalen de macht over een medium van organisaties voor marketing doeleinden?

A

De manier hoe een organisatie een bepaalde macht heeft over een medium, voor marketing doeleinden:

  • Owned media > bezit van medium. Zelf als organisatie media owned en inricht, bijv. corporate website. Dat financieer je zelf en je hebt zelf de controle over de content.
  • Paid media > Pay per click. Het inkopen van advertentieruimte bij youtubers bijv als organisatie om jouw product te promoten. Gaat om allerlei vormen van reclame, die de organisatie zelf heeft besloten te publiceren, dus enige mate van controle (meer indirect).
  • Earned media > inkopen van media, adverteren. Mediaruimte kopen. Aandacht van de media moet je verdienen. PR gaat in contact met youtubers om het product van de organisatie aan te prijzen. Electronic word of mouth= via sociale media soort van review geven. Hierbij hebben organisaties totaal geen controle over wat youtubers of sociale media gebruikers zeggen over hun product.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bespreek de agendabuilding van de twee vormen van earned media: de traditionele en sociale media weg.

A

(Owned/paid media: Organisatie produceert en construeert een bepaalde boodschap)

  • Via traditionele massa-media (earned): media-inhoud wordt gecontroleerd door journalisten (professionals), de organisatie kan invloed uitoefenen op journalisten, om de nieuwsproductie te beinvloeden. Wie of wat de media maakt kan je nog controle hebben. De organisatie kan indirecte invloed hebben op wat voor een informatie journalisten via het medium verzenden (geen directe controle).
  • Via sociale media (earned): publiek is veel kritischer over de boodschappen. Zowel publiek als gebruiker bepaalt de media inhoud. De media inhoud is door en voor de gebruikers, er is dus geen grens meer tussen consument en producent. Earned wordt steeds belangrijker. Medium prosumer die rollen zijn vervaagt. Er is niet meer een onafhankelijk publiek, het zijn gebruikers. Elke stakeholder kan sociale media gebruiken. Organisaties kunnen bloggers bereiken, zodat bloggers reclame maken op hun blogs.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
  1. Leg uit wat het nieuwe werken is ‘new ways of working’.

2. Beschrijf de voor- en nadelen van het nieuwe werken.

A
  1. Het nieuwe werken is een flexibele manier van omgaan met je werknemers : invloed op wanneer, waar en hoe ze en welke media ze gebruiken/werken. Door het nieuwe werken hebben werknemers meer autonomie gekregen.
    »> door de opkomst van technologie is het nieuwe werken mogelijk: bijv. thuis op laptop werken.
  2. Voordelen:
    - het flexibele werken zorgt voor minder kantoorruimte (want je kan thuis werken)
    - meer autonomie, technologie vergroot autonomie en vergoot de mogelijkheden om werk en prive te balanseren.
    - Minder file als mensen thuis werken
    - leidt tot betere toegang van informatie, vroeger info opgeslagen in stoffen archives.

Nadelen:

  • Je hebt dan wel technologie, maar werknemers moeten dan wel weten hoe ze er mee om moeten gaan
  • meer stress, medewerkers krijgen het gevoel dat werk nooit klaar is. Wanneer je meer flexibiliteit hebt, kan je meer werken op een dag, en dan maak je overuren. en de organisatie verwacht dat je binnen een uur reageert.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly