Week 6 Flashcards
Welke doelstellingen zijn er bij de behandeling van kanker?
- palliatief: klachten verlichten(geen genezing)
- curatief: genezen, alles weg
- preventie: beperkte rol
Wat is een adjuvante behandeling? Wat is het verschil tussen neoadjuvante en inductie behandeling?
- adjuvante behandeling: systemische nabehandeling na curatieve operatie
- bij neoadjuvante behandeling word er voorbehandeld met systemische therapie waarna in opzet curatieve chirurgie(operatie staat vast, primair resectabel), respons niet nodig
- bij inductie behandeling word er systemische behandeling gegeven om de tumor te verkleinen zodat deze resectabel word(operatie afhv respons), zo hoog mogelijke dosis
Wat zijn operabiliteit en resectabiliteit?
Operabilliteit= is conditie pt goed genoeg om te opereren?
Resectabiliteit= kun je primaire tumor en lymfekliermetastasen veilig en compleet verwijderen?
Bepaald voor start van neoadjuvante behandeling
Wat is multimodaliteit behandeling? Waneer is een behandeling concomitant of sequentieel?
- verschillende soorten systeemtherapie combineren of systeemtherapieen(hormonaal, chemo en immunotherapie) en bestraling combineren
Hormonale therapie duurt langer voordat werkt
Concomitant= naast elkaar
Sequentieel= achter elkaar
Hoe kun je ioniserende straling opwekken?
- Lineaire versneller → uitwendig
- Spanning over EM-veld, elektroden bewegen naar anode(-), botsen op trefplaat → fotonen en elektronen vrij
- Verval radioactieve stoffen: inwendig → bracytherapie(fotonen)
- Lokalisatie!
- Cyclotron: elektronen versneld → protonen
- Lokale afgifte energie
Welke soorten straling zijn er? Hoe zit het met ioniserend en doordringend vermogen?
- a: helium
- b: elektronen
- y: fotonen
Doordringend: a < b < y
Ioniserend: y < b < a
Wat is het effect van straling op moleculair niveau?
- indirecte DNA schade(meest): straling schiet elektron uit baan(ionisering) → radicalen zijn erg reactief → dsDNA breuk
- Directe schade: straling geeft dsDNA breuk
Wat is de lineair energy transfer(LET)?
=dichtheid energie-afgifte langs spoor ioniseren deeltje
- Laag: chaotisch patroon, niet efficient, indirecte DNA schade → laag energie deeltje(y-straling)
- Klinisch toegepast: goedkoper
- Hoog: recht pad, efficiënt, directe DNA schade → hoog energie(a-straling)
Wat is het effect van straling op cellulair niveau? Hoe werkt fractioneren?
Celoverlevingscirve: specifiek voor cel
- gevoelig: lineair en steil
- Niet gevoelig: begin schouder, bij oplopende dosis lineair
- ssDNA breuken kunnen hersteld worden
Fractioneren= straling in kleine porties toedienen -> gezonde cellen herstellen
- Dosis en interval verschilt per tumor
- >2 Gy: hypofractioneren; <2 Gy: hyperfractioneren
Waarvan is de radiogevoeligheid van een tumor afhankelijk?
- DNA repair: ssDNA breuken kunnen hersteld worden in normale cellen
- reoxygenatie
- radiosensitiviteit
- hypoxie: angiogenese kan tumorgroei niet bijhouden → necrotisch centrum -> minder radiosensitief omdat minder vrije radicalen gemaakt
- redistributie celcylcus
- repopulatie
Wat is de therapeutische breedte/ratio?
Verschil in dosis-effect curve voor tumor controle(TCP, rood) en weefselschade(NTCP, groen)
- Groot ratio: radiosensitieve tumor(M. Hodgkins) → lage dosis, weinig late weefselschade
- Klein ratio: glioblastoom, sarcoom
- Curves uit elkaar: fractionering(weefsel naar rechts), combi systemische therapie(tumorcurve naar links)
Wat zijn acute/late bijwerkingen van radio- en chemotherapie?
- afhv locatie en weefsel
- acuut: snel delend weefsel, schade meteen zichtbaar -> reversibel
- erytheem, haaruitval, passageklachten, moeheid
- laat(>3-6 mnd na behandeling): traag/niet delende stamcellen, schade pas later zichtbaar(cummulatieve toxiciteit), fibrose en vaatschade
- long, hart, nieren, zenuwen, lever
Hoe werken radiofarmaca?
= geneesmiddelen die radioactief zijn gemaakt worden ingespoten en verdelen over lichaam
- Isotoop: detectie(y, b+) of therapie(a, b-)
- Tracer(farmacon): specifieke kinetiek, brengt radioactivteit naar plek, heel kleine hvlh → geen werking
Hoe werkt PET? Wat is het verschil met een CT scanner?
- PET(positron emissie tomografie): positron bij verval uitgezonden → botst op elektron → annhileren → mass omgezet in energie → 2 fotonen gaan in hoek 180 graden weg → gedecteerd door ring → hit berekenen
- Verschil CT: PET kijkt naar verdeling tracer → functie(sensitiever), CT kijkt naar lokalisatie
Hoe werken een gammacamera en SPECT?
- farmacon zend y-straling uit → collimator laat alleen fotonen door die loodrecht binnen vallen → detector(2D)
- SPECT: 3D plaatje omdat detector om pt draait → sensitiever