Week 4: Verlichting en Wetenschappelijke revolutie Flashcards
Wat was de verlichting?
Intellectuele beweging die plaatsvond vanaf 1650. Het was een verschuiving in het denken die de natuur als maatstaf nam. Traditionele bronnen van kennis werden niet meer als vanzelfsprekend gezien
Wat waren de oorzaken van de verlichting?
Religieuze oorlogen ondermijnde de autoriteit van de kerk. Contact met andere volkeren relativeerde eigen gewoontes en gebruiken. Verspreiding van kennis door de boekdrukkunst. Wetenschappelijke revolutie riep op tot vragen over de natuur en maatschappij die beantwoord werden mbv methodologieën en experimenten.
Wat is de theorie van Hobbes in ‘leviathan’?
De mens is van nature egoïstisch en zal zonder autoriteit en sterke staat in een toestand van constante oorlog verkeren. De staat is een noodzakelijke macht die de vrede en stabiliteit van het volk moet waarborgen.
Wat is de theorie van Immanuel Kant in ‘wat is verlichting?’?
Sapere oude –> durf te weten. Roept mensen op om eigen intellectuele vermogens te gebruiken om zich te bevrijden van onwetendheid en onrechtvaardige autoriteiten .
Wat is de theorie van Steven Pinker in ‘Enlightment now”?
De verlichting is de bron van alles wat goed is aan onze hedendaagse maatschappij. Het is de basis van moderniteit. Hij zet zich af tegen mensen die beweren dat onze wereld in verval is en terug moet naar een vermeend beter verleden. Alles wat er nu mis is met de wereld moet worden opgelost met meer verlichting (wetenschappelijk denken).
Welke nieuwe vormen van ongelijkheid ontstonden door de verlichting?
Positie van vrouwen (waren volgens de natuur niet gelijk aan mannen). Raciale ongelijkheid en ongelijkheid van beschavingen (inferieur of superieur). Dit werd gebruikt voor het legitimeren van kolonialisme en slavernij.
Waarom vond de wetenschappelijke revolutie plaats in Europa?
De renaissance zorgde in Europa voor een interesse naar het vergaren van kennis. De interesse in klassieke oudheid zorgde voor de oprichting van universiteiten waar vakken zoals wiskunde en astronomie werden gegeven. De Europese expansie was een katalysator voor gedachtes over de natuur en zorgde voor nieuwe uitvindingen op navigatievlak.
Hypothese van copernicus:
Hypothese dat de zon het middelpunt van het universum was en niet de aarde.
Law of inertia
Wet geformuleerd door Galileo die stelt dat beweging de natuurlijke staat van een object is en dat een object altijd beweegt tenzij het gestopt wordt door een externe kracht.
Wat is de connectie tussen Europese expansie en de Wetenschappelijke Revolutie?
De ontwikkelingen op astronomisch en natuurkundig gebied vonden rond de zelfde tijd als de expansie plaats. De verkregen overzeese gebieden zorgde voor het vergaren van nieuwe natuurkennis zoals over planten en dieren. De expansie bracht ook technische problemen met zich mee die konden worden opgelost door nieuwe technologische uitvindingen en kennis over de astronomie.
Welke intellectuele en sociale veranderingen waren het gevolg van de Wetenschappelijke revolutie?
De vorming van een intellectuele gemeenschap waar vrouwen geen deel van mochten uitmaken. Religie en wetenschap stonden niet los van elkaar, veel wetenschappers waren christelijk tot dat het concept van heliocentrisme ontkracht werd en de kerk zich tegen wetenschappelijke ontwikkelingen keerde. Het succes van wetenschappers zorgde voor een competitie onderling.
Konden vrouwen ook deelnemen aan de wetenschappelijke revolutie?
Nee, de gemeenschappen die opgericht werden door intellectuele en wetenschappers waren niet toegankelijk voor vrouwen. Hoewel dit niet overal in Europa was, op italiaanse universiteiten waren vrouwen wel welkom. Vrouwen in Europa waren wel aanwezig in de informele wetenschappelijke sfeer zoals in salons.
Wat was het belang van filosofen in de verlichting?
Filosofen begonnen als een groep Franse intellectuelen die beweerde de verlichting van kennis te brengen. Ze schreven veel boeken en voorstellingen om hun boodschap te verspreiden. Hun aantallen en dedicatie aan het vak zorgde voor succes in de verlichting.
Deisme:
Het geloof waarbij God wel de wereld heeft geschapen maar zich hier daarna niet meer mee bemoeit heeft en niet ingrijpt in het proces van de natuurwetten.
General will:
Concept geassocieerd met Rousseau, de algemene wil is wat het volk eenstemmig zou doen als zij algemene wetten konden kiezen of stemmen met volledige kennis van zaken, heldere redenering, een rationeel oordeelsvermogen en een ingesteldheid die het gemene goed nastreeft.