Week 4 - Staking & Herinvesteringsreserve Flashcards

1
Q

In welke gevallen is er sprake van een (fictieve) staking van de onderneming?

A
  • Overdracht van de onderneming
  • Liquidatie van de onderneming
  • Overlijden van de ondernemer
  • Andere onderneming (geen verplaatsing)
  • Emigratie inclusief onderneming
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waaruit bestaat de stakingswinst?

A

Op grond van het totaalwinstbeginsel dient in geval de onderneming gestaakt wordt afgerekend te worden over de stakingswinst. Deze bedraagt uit:
1. Stille reserves
2. Goodwill
3. Fiscale reserves
4. Desinvesteringsbijtelling

Hier kunnen de stakingsaftrek in mindering op genomen worden. Ook is er een mogelijkheid tot het vormen van een stakingslijfrenteaftrek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer dient afgerekend te worden over de stakingswinst in het geval waarin de onderneming overgedragen wordt?

A

De ondernemer mag kiezen tussen afrekenen op het moment waarop de verkoopovereenkomst ondertekend is of het moment dat de onderneming geleverd is. Indien tussen deze twee momenten een nieuw kalenderjaar start, start er geen nieuw boekjaar voor de onderneming.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wanneer is het afrekenmoment wanneer een onderneming geliquideerd wordt?

A

Afrekening zal geleidelijk plaatsvinden bij overdracht of onttrekkingen naar privé van afzonderlijke vermogensbestanddelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Kan een vermogensbestanddeel ondernemingsvermogen blijven vormen nadat de onderneming geliquideerd is?

A

BNB 1979/56
Dit is mogelijk indien de belastingplichtige bij de staking van de onderneming het vermogensbestanddeel aanhoudt in afwachting van een geschikte gelegenheid tot vervreemding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Kan een vordering op een handelsdebiteur overgaan naar het privévermogen wanneer deze niet mee gaat in het geval waarin de onderneming overgedragen wordt?

A

BNB 1983/229
Een vordering op een debiteur die voortvloeit uit de eigenlijke ondernemingsactiviteit, blijft na staking verplicht ondernemingsvermogen. Indien het een vordering betreft welke is ontstaan uit de verkoop van inventaris bijvoorbeeld, blijft deze enkel ondernemingsvermogen voor zover het een dubieuze vordering is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wanneer dient stakingswinst in aanmerking genomen te worden in het geval waarin de onderneming overgedragen wordt tegen een vordering?

A

In dat geval dient direct winst genomen te worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe dient de vordering op de koper van de onderneming gekwalificeerd te worden?

A

BNB 2004/227
De vordering vormt verplicht privévermogen, tenzij
BNB 2006/34
Het gaat om een zelfstandig onderdeel van de onderneming welke verkocht wordt en de vordering zozeer met het voortgezette deel van de onderneming is verbonden dat bij toerekening aan ondernemingsvermogen niet de grenzen van redelijkheid overschreden worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke vereisten dient aan voldaan te zijn voordat er een herinvesteringsreserve gevormd kan worden?

A
  1. HIR voor ‘opbrengst bij vervreemding’;
  2. Herinvesteringsvoornemen vanaf einde boekjaar van vervreemding;
  3. Herinvesstering dient in beginsel binnen drie kalenderjaren na afloop van het jaar van vervreemding gedaan te zijn;
  4. Boekwaarde-eis. De boekwaarde van het nieuwe bedrijfsmiddel moet hoger zijn dan de boekwaarde van het vervreemde bedrijfsmiddel;
  5. Gebonden aan subjectieve onderneming.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarop moet de HIR afgeboekt worden?

A

Dit dient gedaan te worden op de eerstvolgende investering. Hier zijn twee uitzonderingen op:
1. Bij vervreemding duurzaam bedrijfsmiddel mag je wachten tot aanschaf bedrijfsmiddel met zelfde economische functie (lid 3)
2. Afboeking op ‘duurzaam’ bedrijfsmiddel’ mag alleen bij zelfde economische functie (lid 4).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Voor de afboeking van de HIR is het begrip ‘duurzaam bedrijfsmiddel’ van belang. Wat is een duurzaam bedrijfsmiddel?

A

Dit is een bedrijfsmiddel dat in 10 jaar of meer wordt afgeschreven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe dient het begrip ‘zelfde economische functie’ bij een onroerende zaak te worden uitgelegd?

A

BNB 2002/98
Het is voldoende dat zowel de oude als de nieuwe onroerende zaken onderpand bieden aan de bedrijfsactiviteiten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Naast dat een volledige onderneming gestaakt kan worden, kan een ondernemer ook een gedeelte van de onderneming staken. Welke drie vormen kennen we?

A
  1. Staking zelfstandig gedeelte onderneming.
  2. Duurzame belangrijke inkrimping.
  3. Staking evenredig deel.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat gebeurt er wanneer een zelfstandig gedeelte van een onderneming gestaakt wordt?

A

Er is één subjectieve onderneming waarin meerdere activiteiten kunnen worden onderscheiden welke nauw verband houden met elkaar. Een van deze activiteiten wordt gestaakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat gebeurt er wanneer er een duurzame belangrijke inkrimping plaatsvindt?

A

Bijvoorbeeld wanneer een veehouder een stuk grond verkoopt en als gevolg hiervan minder vee gaat houden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Is er sprake van een gedeeltelijke staking wanneer een filiaal overgedragen wordt?

A

BNB 1984/169
In beginsel wel. Dit is anders wanneer gelijksoortige activiteiten worden gestart, waardoor de identiteit van de onderneming gelijk blijft.

17
Q

Onder voorwaarden kan een deel van de stakingswinst doorgeschoven worden naar een andere onderneming. Welke voorwaarden zijn dit?

A

Art. 3.64 Wet IB 2001
1. Er dient sprake te zijn van een volledige staking
2. Enkel stakingswinst welke ziet op stille reserves in bedrijfsmiddelen of vrijval HIR
3. Binnen 12 maanden herinvesteren. Hiervoor gelden dezelfde regels als voor toepassing van art. 3.54 Wet IB.

18
Q

Wanneer is het afrekenmoment wanneer een onderneming wordt overgedragen tegen een winstrecht in de onderneming?

A

BNB 2011/34
Goed koopmansgebruik staat toe dat de waarde van het winstrecht niet onmiddellijk voor de berekening van de overdrachtswinst in aanmerking genomen hoeft te worden, er mag gewacht worden tot de winstrechttermijnen ontvangen worden. Hij mag er ook voor kiezen om direct af te rekenen.

19
Q

Wanneer een ondernemer overlijdt is dit een fictieve staking van de onderneming. In welk geval kan de erfgenaam gebruik maken van een doorschuif faciliteit? Is dit verplicht of optioneel?

A

Art. 3.62 Wet IB 2001
Wanneer de erfgenaam besluit om de onderneming voort te zetten. De beginbalans van de erfgenaam ziet er hetzelfde uit als de slotbalans van de overleden ondernemer. Dit is optioneel.

20
Q

Noem drie situaties waarin art. 3.59 Wet IB 2001 van toepassing kan zijn.

A
  1. Echtgenote en ondernemer scheiden
  2. Echtgenote van de ondernemer overlijdt.
  3. Ondernemer en echtgenoot maken huwelijkse voorwaarden op.
21
Q

Wanneer een ondernemer overlijdt is dit een fictieve staking van de onderneming. In welk geval kan de erfgenaam gebruik maken van een doorschuif faciliteit? Is dit verplicht of optioneel?

A

Art. 3.59 lid 2 Wet IB
Wanneer de echtgenote besluit om de onderneming voort te zetten. De beginbalans van de erfgenaam ziet er hetzelfde uit als de slotbalans van de overleden ondernemer. Dit is verplicht.