Week 3: Artikel - S. Rap Flashcards

1
Q

Wat blijft bestaan in het jeugdstrafrecht ondanks veel veranderingen?

A

De pedagogische aanpak gericht op gedragsverandering en preventie van terugval in misdaad.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

Waar komt sociaal werk vandaan?

A

Het stamt van private initiatieven om de armen te helpen, al vanaf de Middeleeuwen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe veranderde in de 19e eeuw het idee over armoede en misdaad?

A

Armoede werd gezien als gevolg van luiheid en onverantwoordelijkheid, wat leidde tot ‘beschavingscampagnes’.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer begon de professionalisering van sociaal werk?

A

Na de Tweede Wereldoorlog, met steeds meer studies vanaf 1980.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat was het doel van psychosociale interventies in de 18e en 19e eeuw?

A

Om kinderen voor te bereiden op volwassenheid en afwijkend gedrag te veranderen zonder lijfstraffen. Men geloofde dat
gedragsverandering moest worden bereikt door psychosociale interventies.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke visie had men op afwijkend gedrag in de 19e eeuw?

A

Dit gedrag kwam voort uit de omgeving waarin een kind opgroeit, zoals armoede en verwaarlozing.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat gebeurde er met mishandelde, verwaarloosde en delinquente kinderen in de 19e eeuw?

A

Er werden instellingen opgericht om deze kinderen te isoleren van hun criminele omgeving.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke kinderbeschermingsmaatregelen werden in 1901 opgericht?

A

Burgerlijke Kinderwet (Civil Child Act)
Kinderstrafwet (Penal Child Act)
Kinderkaderwet (Child (Framework) Act)

Bepaalde Kinderen Kijken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat waren belangrijke principes van de kinderbeschermingswetten?

A

o Gezag van ouders kon worden beperkt.
o Delinquente kinderen moesten worden heropgevoed, niet gestraft.
o Toekomst van het kind was leidend in de beslissing van de rechter, niet het strafbare
feit.
o De wet gold voor kinderen tot 18 jaar.
o Keuze voor de rechter werd geleid door behoeften van het kind. Hiertoe werd
vooronderzoek gedaan naar het kind en diens gezin door de voogdijorganisatie.
o Kinderen kregen rechten in de procedure: Bv. dat zittingen plaatsvonden achter
gesloten deuren, dat kinderen en ouders aanwezig waren en dat advocaat werd
aangewezen.
o Unus judex: Kinderen kwamen voor bij maar 1 rechter.
o Gespecialiseerde jeugdrechtbanken werden geïntroduceerd in 1921.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat werd geïntroduceerd in 1921 in het jeugdstrafrecht?

A

Gespecialiseerde jeugdrechtbanken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Door welke welzijnsbenadering worden verschillende principes gekenmerkt?

A
  • Parents patriae was dominant: Alle partijen handelen in het belang van het kind.
  • Evenredigheidsbeginsel werd verworpen: Het belang van het kind stond voorop in de
    besluitvorming.
  • Behandeling werd verkozen boven straf.
  • Procedures waren informeel en kinderen kregen minder procedurele beveiliging dan
    volwassenen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe veranderde de focus van de welzijnsbenadering in de jaren ‘60?

A

Er was weinig aandacht voor niet-vrijheidsbenemende alternatieven, waardoor de moeilijkste kinderen niet werden bereikt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat gebeurde er vanaf 1980 met het Nederlandse beleid van minimale interventie?

A

Dit beleid verdween, wat leidde tot een toename van detentiecapaciteit en aantal jongeren in detentie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waartoe heeft het verdwijnen van de minimale interventie geleid?

A

Heeft geleid tot een enorme groei aan interventies (zoals taakstraf) en nergens anders wordt
voorlopige hechtenis zo grootschalig toegepast als in Nederland.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat werd er in 1995 gewijzigd in het jeugdstrafrecht?

A

Er kwam meer nadruk op straffen en de verantwoordelijkheid van jongeren; het systeem begon meer op het volwassen systeem te lijken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn de voorwaarden voor een kind om aangeklaagd te worden in het jeugdrecht?

A

Het kind moet op het moment van het strafbare feit 12 jaar of ouder zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat gebeurd er bij een kind van 16 of 17 jaar als hij wordt verdacht van het plegen van een ernstige misdaad?

A

Echter, wanneer een 16- of 17-
jarige wordt verdacht van het plegen van een ernstige misdaad, kan hij/zij worden overgeplaatst
naar het volwassen rechtssysteem.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat gebeurde er met de leeftijdsgrens voor het jeugdstrafrecht in 2014?

A

De leeftijdsgrens werd opgehoogd van 18-21 jaar naar 21-23 jaar.W

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat gebeurd er als een zaak van 16 of 17 jarige wordt overgedragen naar het volwassen rechtssysteem?

A

Als een zaak wordt overgedragen, blijft deze onder het jeugdrechtsysteem en is de
jeugdrechter 1 van de 3 rechters die de zaak afhandelen. Er kan dan wel een volwassen straf
worden gegeven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat houdt de ophoging van de leeftijdsgrens naar 21-23 jaar in?

A

Dit houdt in dat een jongvolwassene een jeugdstraf kan krijgen wanneer dit passend is voor
diens persoonlijkheid of de omstandigheden van de misdaad.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Hoeveel is de jeugddelinquentie in Nederland gedaald sinds 2007?

A

Met 65%, wat leidde tot de sluiting van de helft van de jeugdgevangenissen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat gebeurt er met jongeren in voorlopige hechtenis als ze schuldig worden bevonden?

A

De tijd in voorlopige hechtenis wordt van hun straf afgetrokken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat zijn de mogelijkheden van de politie bij jongeren?

A
  • Politie kan bepalen zaak los te laten en jongere naar vrijwillige jeugdhulp of RvdK te sturen.
  • Politie kan een mondelinge waarschuwing geven en ouders op de hoogte stellen.
  • Politie kan jongeren die een licht strafbaar feit hebben begaan (Bv. Vandalisme, diefstal) naar
    Bureau Halt sturen.
  • Politie kan besluiten de aanklacht naar de officier van justitie te sturen voor verdere
    afhandeling.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Waar kan de aanklager om vragen en hoe verloopt dit dan verder?

A

De aanklager kan vragen om voorlopige hechtenis en een forensisch psychiatrisch onderzoek. Binnen 90 uur wordt de jongere voorgeleid aan een onderzoeksrechter, die de rechtmatigheid van de
aanhouding onderzoekt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat gebeurd er als de aanklager een voorwaardelijke schorsing van de voorlopige hechtenis aanvraagt?

A

Wanneer de aanklager een voorwaardelijke schorsing van de voorlopige hechtenis aanvraagt,
moet de rechter bepalen welke voorwaarden hiervoor nodig zijn, met hulp van de RvdK. De
rechter moet dus informatie hebben over de situatie van de jongere. De rechter ontvangt
een rapport, gebaseerd op een gesprek met de jongere en ouders. Deze rechter, die in het
vooronderzoek betrokken is bij de jongere, mag de zaak niet in de rechtbank behandelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Heeft iedereen recht op een advocaat?

A

Tot 2011 werd alleen een advocaat toegewezen aan een jongere wanneer deze in voorlopige
hechtenis ging. In 2017 werd dit aangepast en kreeg elke verdachte die gearresteerd werd het recht
op een gratis advocaat. Jongeren kunnen geen afstand doen van dit recht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Wanneer krijgt een jongeren automatisch gratis een adcovaat?

A

Als een jongere in bewaring wordt gesteld, in de rechtbank moet verschijnen of wanneer de
aanklager een straf eist van meer dan 20 uur taakstraf of een boete hoger dan 115 euro,
krijgt de jongere automatisch gratis een advocaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Wanneer krijgt de jongeren niet automatiscch een gratis advocaat aangesteld?

A

Als de jongere is gesanctioneerd door de politie of een mildere straf wordt uitgesproken,
wordt een advocaat niet gratis aangesteld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Wat zijn de mogelijkheden van de officier van justitie?

A
  • Kan gerechtelijke procedure starten tegen een verdachte of beslissen dit niet te doen.
  • Kan zaken waarbij sprake is van een misdrijf waarop een maximum straf van 6 jaar
    gevangenis staat, voorwaardelijk ontslaan.
  • Kan zaken met gedaagden afhandelen.
  • Sinds 2011 kan de officier van justitie de gedaagde schuldig verklaren en een sanctie
    opleggen: 60 uur taakstraf, een boete of 6 maanden cel.
  • Officier van justitie speelt dus grote rol in welke zaken voor de rechtbank verschijnen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Hoe worden jeugdzaken tegenwoordig behandeld?

A

Door één rechter of in ernstige gevallen door drie rechters, met de jeugdrechter als een van hen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Wat is het recht van de jongere tijdens het proces?

A

De jongere kan zelfstandig antwoorden zonder tussenkomst van advocaat of ouders. De gedaagde heeft het recht om getuigen op te
roepen, net als de advocaat (Tot de jongere 16 jaar is).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Hebben jeugdrechters contact met de officier van justitie en kinderbescherming?

A

Jeugdrechters hadden voor 1995 contact met officier van justitie en Kinderbescherming.
Tegenwoordig is de jeugdrechter uitgesloten van deze bijeenkomsten.

32
Q

Wat is sinds 2011 verplicht jeugdzaken?

A

Het is verplicht voor ouders om de zittingen van hun kind bij te wonen. Als ouders niet aanwezig zijn, maar de jongere en diens advocaat wel, moet de zitting worden uitgesteld.

33
Q

Wanneer kan een zaak doorgaan zonder aanwezigheid van ouders?

A

Dit kan als het in het belang van het kind is, als ouders geen vast adres hebben, of wanneer de zaak al eerder is uitgesteld.

34
Q

Wat is de meest gegeven straf in het jeugdstrafrecht?

A

Taakstraf. Deze wordt vaak als eerste gegeven voordat er drastischere maatregelen worden genomen.

35
Q

Wat houdt een taakstraf van Bureau Halt in?

A

Het is een educatieve en restauratieve straf die maximaal 20 uur duurt.

36
Q

Wat is het verschil tussen een vonnis en een maatregel in de rechtbank?

A

Een vonnis vereist bewezen schuld van de dader, terwijl een maatregel kan worden opgelegd zonder bewezen schuld, met als doel de maatschappij te beschermen.

37
Q

Wat zijn mogelijke vonnissen voor jeugdige delinquenten?

A

Boetes tot 4100 euro, taakstraffen tot 240 uur, en jeugddetentie van maximaal 1 jaar voor 12-15 jarigen en 2 jaar voor 16-17-jarigen.

38
Q

Wat zijn gedragsinterventies en geef een voorbeeld?

A

Dit zijn interventies die door de rechter worden opgelegd, zoals multisysteemtherapie of functionele gezinstherapie.

39
Q

Wat zijn de meest gegeven vonnissen?

A

Meest gegeven vonnis is behandeling in een jeugdgevangenis, gedragsinterventies,
vrijheidsbeperking (Bv. contact- of locatieverbod) of een boete.

40
Q

Wat is het doel van een maatregel?

A

Maatschappij beschermen tegen nieuwe misdaden door de veroordeelde en
het compenseren van de schade tegenover de slachtoffers.

41
Q

Wat is het hoofddoel van het Nederlandse rechtssysteem voor jongeren?

A

Resocialisatie, heropvoeding en re-integratie in de maatschappij.

42
Q

Hoe wordt jeugdzorg ingeschakeld in het proces?

A

Jeugdzorg wordt ingeschakeld om jeugdige slachtoffers te beschermen en jeugddelinquentie te voorkomen, gebaseerd op de eigen capaciteiten en netwerken van kinderen en gezinnen.

43
Q

Wat is de rol van de Raad voor de Kinderbescherming (RvdK)?

A

De RvdK levert sociale rapporten aan de rechters over de situatie van het kind en adviseert over de best passende straf. De rechter moet een goed beeld krijgen van het kind en diens psychologische, sociale, emotionele, fysieke en cognitieve situatie. Hiervoor wordt gestreefd naar een multidisciplinaire aanpak.

44
Q

Wat voor zaken doen rechters die bij familierecht betrokken zijn?

A

Rechters die bij familierecht betrokken zijn, doen zowel jeugdcriminaliteit zaken als
kinderbeschermingszaken.

45
Q

Waar hebben jongeren recht op, en waarvoor dienst dit?

A

Jongeren hebben het recht op een individueel assessment met een professional, met als doel om
diens belangen in beeld te brengen en te waarborgen. Hierin moet de situatie van het kind en diens
omgeving duidelijk worden. Dit moet zo snel mogelijk plaatsvinden, in elk geval voordat de zaak voor
de rechter komt.

46
Q

Wat houdt de ZSM-meeting in?

A

Dit is een procedure waarbij zaken binnen 9 uur na arrestatie worden besproken door politie, aanklager en RvdK om een passende straf te bepalen.

47
Q

Wat is een veiligheidshuis?

A
  • Een samenwerking tussen het rechts- en welzijnssysteem en andere lokale organisaties om de samenwerking tussen instanties te bevorderen.
  • Hier worden meetings houden over Serieuzere zaken, die niet binnen 7 dagen na arrestatie tot een beslissing hebben geleid via de ZSM-procedure,
48
Q

Wat gebeurt er als een jongere niet in hechtenis wordt genomen na arrestatie?

A

De jongere wordt uitgenodigd voor een gestandaardiseerd assessment bij de RvdK om de situatie te beoordelen en mogelijke interventies vast te stellen.

49
Q

Wat doet een sociaal werker?

A

Een sociaal werker voert het eerste gesprek uit met de jongere, om diens situatie in kaart te brengen
als deze in voorlopige hechtenis zit of in het weekend gearresteerd wordt. Deze stelt een rapport op,
waarin advies staat over mogelijk verlenging van de voorlopige hechtenis of niet, en of verder
onderzoek naar de persoonlijkheid van de jongere nodig is.

50
Q

Wat is het doel van jeugdreclassering?

A

Het gedrag van jongeren beïnvloeden om herhaling van misdaden te voorkomen en hen helpen hun leven op orde te krijgen.

51
Q

Wat is het doel van het Landelijk Instrumentarium Jeugdstrafrechtsketen?

A

Het vinden van een interventie die het risico op opnieuw delinquentie
vermindert.

52
Q

Wanneer wordt het Landelijk Instrumentarium Jeugdstrafrechtsketen gebruikt? en wat gebeurd er dan?

A

gestandaardiseerd assessment wordt uitgevoer als de jongere niet in hechtenis wordt genomen na de arrestatie.
Hiervoor wordt Landelijk Instrumentarium Jeugdstrafrechtsketen gebruikt. Informatie wordt
verzameld middels dossieranalyse, een gestructureerd interview met de jongere en diens
ouders en telefonisch contact met relevante anderen, zoals een leerkracht.

53
Q

Wanneer er verder forensisch psychiatrisch onderzoek nodig is, wie doet dit dan?

A

Wanneer verder forensisch psychiatrisch onderzoek nodig is, wordt dit uitgevoerd door Het
Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (NIFP), welke een
onafhankelijke psycholoog/psychiater zoekt om het onderzoek uit te voeren en de rechtbank
te adviseren.

54
Q

Wat zijn de criteria voor een jeugdstrafregel bij 18-23 jarige?

A

o De jongere woont nog thuis.
o De jongere gaat naar school.
o De jongere heeft hulp nodig voor een licht verstandelijke beperking.
o De jongere staat open voor hulp.

55
Q

Wanneer kan de aanklager vragen om een jeugdstrafmaatregel bij 18-23 jarige?

A

Wanneer een 18-23 jarige verdacht wordt van een misdaad, kan de aanklager vragen om een
jeugdstrafmaatregel, in overleg met het volwassen strafrecht en RvdK.

56
Q

Wie gaat in gesprek met slachtoffers jonger dan 12 jaar?

A

Gespecialiseerd politiepersoneel gaat in gesprek met slachtoffers jonger dan 12 jaar, in kindvriendelijke ruimtes.

57
Q

Hoe worden kinderen jonger dan 12 voorbereid op een gesprek met de politie?

A

Het kind wordt geïnformeerd en voorbereid door de agent tijdens een huisbezoek, een dag voor het gesprek.

58
Q

Wat gebeurt er tijdens het gesprek met een kind jonger dan 12?

A

Het gesprek wordt opgenomen en een andere agent houdt vanuit een andere ruimte het gesprek in de gaten.

59
Q

Zijn er speciale regelingen voor kinderen tussen 12 en 18 jaar bij gesprekken met de politie?

A

Nee, voor kinderen tussen 12 en 18 jaar zijn deze speciale regelingen er niet.

60
Q

Wat kan jeugdreclassering opleggen naast korte supervisietrajecten?

A

Jeugdreclassering kan ook intensieve supervisie opleggen van 3-6 maanden, met een strikte dagelijkse routine en soms elektronische monitoring.

61
Q

Wat gebeurt er als een jongere uit detentie wordt vrijgelaten?

A

Jeugdreclassering is verantwoordelijk voor supervisie en nazorg nadat een jongere uit detentie is vrijgelaten.

62
Q

Wat bevat het supervisieplan dat in detentie wordt gemaakt?

A

Het supervisieplan bevat afspraken voor nazorg en een programma gericht op re-integratie.

63
Q

Waaruit bestaat het re-integratieprogramma in detentie?

A

Het programma bestaat uit educatie, werk, vrije tijd, trainingen of therapieën, en duurt minimaal 26 uur per week.

64
Q

Wie voert het re-integratieprogramma in detentie uit?

A

De jeugdgevangenis ontwerpt het programma, maar de jeugdreclassering voert het uit.

65
Q

Wat gebeurt er als een jongere zich niet houdt aan de afspraken van jeugdreclassering?

A

De jongere wordt aangesproken door de reclasseringsambtenaar. Als dat niet helpt, wordt het aan de aanklager gemeld.

66
Q

Wat is het doel van jeugdreclassering?

A

Het doel van jeugdreclassering is het gedrag van jongeren beïnvloeden om misdaden te voorkomen en hen helpen hun leven op orde te krijgen.

67
Q

Welke methode zorgt voor een meer uniforme werkwijze binnen de jeugdreclassering?

A

Het Handboek Methode Jeugdreclassering zorgt voor meer uniformiteit in de werkwijze van jeugdreclassering.

68
Q

Sinds wanneer moeten jeugdzorgorganisaties gecertificeerd zijn?

A

Sinds 2015 moeten jeugdzorgorganisaties gecertificeerd zijn om jeugdzorg te mogen bieden.

69
Q

Wat is de Database Effectieve Jeugdinterventies?

A

Het is een database waarin interventies worden onderzocht door experts die de kwaliteit beoordelen.

70
Q

Welke sociaal werkers zijn betrokken in elke fase van een jeugdrechtzaak?

A

Sociaal werkers zijn in elke fase betrokken: adviseren de rechter of houden de jongere en diens ouders in de gaten.

71
Q

Wat is het doel van preventieprogramma’s?

A

Het doel is persistente jeugddelinquentie te voorkomen, mits ze gedragsgeoriënteerd zijn en afgestemd op het risiconiveau van de jongere.

72
Q

Wat is het doel van gedragsinterventie na voorlopige hechtenis?

A

Gedragsinterventie is gericht op pedagogische en educatieve aanpak en preventie van herhaalde misdaad, niet op straf.

73
Q

Wat vereist procedurele bescherming voor een eerlijk proces?

A

Dat autoriteiten terughoudend zijn bij het ingrijpen in het leven van een verdachte totdat het proces en het definitieve oordeel zijn afgerond. De verdachte wordt als onschuldig gezien, tot het tegendeel is bewezen.

74
Q

Wat is een structureel verschil tussen een welzijnsgerichte en gerechtigheidsgerichte benadering in jeugdrecht?

A

Bij een welzijnsgerichte benadering worden vroege interventies toegepast, waarbij jongeren hulp kunnen krijgen voordat er een uitspraak is gedaan.

75
Q

Wat is een kleinschalige voorziening in het jeugdrecht?

A

Het is een centrum met lage beveiligingsgraad waar mannen tussen 14 en 23 jaar in voorarrest kunnen worden geplaatst, vaak in hun eigen omgeving.

76
Q

Wat is het doel van kleinschalige voorzieningen?

A

Het doel is om zorg en educatie voort te zetten in de eigen omgeving van de jongere, in plaats van in een instelling ver van huis.

77
Q

Wat doen jongeren overdag en ‘s nachts in kleinschalige voorzieningen?

A

Overdag gaan ze naar hun eigen school, en ’s nachts zijn ze opgesloten in hun kamer zonder telefoon of andere apparaten.