Week 3 Flashcards

1
Q

Wat zijn de ideale eisen aan anticonceptie?

A
  • 100% betrouwbaar
  • Geen neg effecten op gezondheid
  • Fool-proof
  • Goedkoop
  • Toegankelijk
  • Direct toepasbaar
  • Reversibel
  • Geen effect op seks beleving
  • Toepasbaar door man & vrouw
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waarin is de betrouwbaarheid van anti conceptie uitgedrukt?

A

De pearl index (aantal failures per 100 gebruiksjaren)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het doel van hormonale anticonceptie?

A

Geen gameet om te bevruchten:

Ovulatie onderdrukking en follikel ontwikkeling (oestrogeen en progesteron) door onderdrukken LH piek (progesteron)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de neven werking van progestagenen bij OAC?

A
  • tansformatie van endometrium
  • veranderingen in cervicaal slijmproductie
  • beinvloeding tuba- motoriek/ -peristaltiek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wie zijn bij mannen en bij vrouwen de risicogroep op seksuele problemen?

A

Mannen: > 70 jr
Vrouwen: < 25 jr

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is gezonde seksualiteit?

A

Seksueel gedrag dat als egosyntoon en bevredigend wordt ervaren en waardoor geen schade wordt berokkend aan zelf of anderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat houdt het biopsychosociaal model in?

A

Seks wordt beinvloedt door:
Biologisch: leeftijd, gezondheid, med.
Psychologisch: persoonlijkhied, psych prob., omgang, verwachtingen, normen en waarden.
Sociaal: cultuur, religie, relatie en opvoeding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Uit welke 3 fases bestaat de seksuele responscyclus?

A

Verlangen/opwinding -> orgasme -> herstel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de voorwaarden voor zin en opwinding volgens het incentive motivation model?

A
  1. intact seksueel systeem
  2. stimuli met een seksuele betekenis
  3. Geschikte omstandigheden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat gebeurt er in de eerste levensfase voor seksuele ontwikkeling?

A

0-25 jr
* lichamelijke ontwikkeling
* ontdekken lichaam
* eerste seksuele ervaring v.a. 12 jr

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de voorwaarden voor een gezonde seksuele ontwikkeling?

A
  1. intacte seksuele anatomie
  2. Intact brein
  3. Overeenkomst fenotypisch geslacht en gender identiteit
  4. Affectrijk pedagogisch klimaat
  5. positief voorbeeldgedrag
  6. positieve boodschappen
  7. Mogelijkheid tot leefstijdsspecifiek consensueel rehearsal play
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de eigenschappen van seksueel gedrag in de tweede levensfase?

A

25-55 jr
* aangaan langerdurende relatie, daling freq seks
* werk en carriere
* zwangerschap of kinderloosheid
* veranderingen in de partnerrelatie-> meeste scheidingen tussen 40-55 jr

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe ziet de zin in seks eruit door de zwangerschap heen?

A

1e trim: daalt (fys ongemak)
2e trim: normaliseert
3e trim: daalt
Na de partus: opwinding daalt door prolactine verhoging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke rol hebben androgenen bij seks?

A

Een faciliterende rol. Maakt brein en genitalia klaar voor seks. Maar het is geen absolute factor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welk model gebruik je om seksuele disfunties te bespreken?

A

Het PLISSIT model:
1. Permission
2. Limited information
3. Specific Suggestion
4. Intensive therapy

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke metingen kan je doen om de seksuele responscyclus in kaart te brengen?

A

Lichamelijke metingen: NPT: nachtelijke erecties
Vragenlijksten: IIEF & FSFI

17
Q

Wat is morbus peyronie?

A

kromstand van de benis door verharding van gedeelte penis (zelfde principe als m. dupuytren)
Behandelijng: phosphodiesterase5 remmers. Vacuumpomp, kromstand correctie.

18
Q

Wie zijn hoge risicogroep voor SOA?

A

*16-25
* MSM
* Prostitues
* mensen uit hoog endemische gebieden
* personen met veel wisselende seksuele contacten (>3 in de afgelopen 6 mnd)

19
Q

Wat zijn de 5 meest voorkomend SOA’s in NL?

A
  1. Chlamydia
  2. Genitale wratten
  3. Herpes
  4. Gonorrhoea
  5. Syphillis
20
Q

Chlamydia:
1. Wie is de verwekker?
2. Tot welke groep behoort deze?
3. Hoelang is de incubatie tijd?
4. Wat zijn de klachten?
5. Wat veroorzaken serotypen A, B en C?
6. Welke diagnostiek voer je uit?
7. Wat is de eerste keus behandeling?

A
  1. chlamydia trachomatis
  2. bacterieel
  3. 1-3 weken
  4. cervicits en conjunctivitis.
    vrouw: asymp. fluor, contactbloedingen, buikpijn.
    Man: uretritits, proctitis
  5. trachoom
  6. NAAT/PCR urine vs vaginale swab.
  7. Azitromycine
21
Q

Wie is de verwekker van gonorroe en onder welke groep valt deze?

A

neisseria gonorrhoeae (bacterieel)

22
Q

Wat is de gem. incubatie tijd van gonorroe?

A

2 dagen tot 3 weken

23
Q

Welke combinatie SOA’s komen vaak voor?

A

gonorroe met chlamydia

24
Q

Welke diagnostiek voer je uit bij gonorroe?

A

NAAT/PCR

25
Q

Wat is de behandeling van gonorroe?

A

Ceftriacon 500 mg

26
Q

Wat is de verwekker van condylomata acuminata? En onder welke groep hoort deze?
Wat is de gem. incubatie tijd?

A

humaan papilloma virus nr 6 en 11 (viraal)
Incubatietijd: 1-8 maanden (gem 3)

26
Q

Wat is de verwekker van condylomata acuminata? En onder welke groep hoort deze?
Wat is de gem. incubatie tijd?

A

humaan papilloma virus nr 6 en 11 (viraal)
Incubatietijd: 1-8 maanden (gem 3)

27
Q

Hoe stel je de diagnose condylomata acuminata?

A

Het is een klinische diagnose. Zeer zelden een biopt.

28
Q

Wat is de behandeling van condylomata acuminata?

A

Weg branden of imiquimod

29
Q

Wat is de verwekker van herpes genitalis? Onder welke groep hoort deze? Wat is de incubatietijd?

A

herpes simplex virus type 1 en type II (80%).
Incubatietijd: 2 tot 12 dagen

30
Q

Wat is het basis symptoom van herpes genitalis?

A

erosies, blaasjes met helder vocht wat kan jeuken en pijn doen.

31
Q

Wat is de diagnostiek van herpes genitalis?

A

NAAT HSV1/2 uit blaasje met korst

32
Q

Hoe behandel je herpes genitalis?

A

Valaciclovir

33
Q

Wie is de verwekker van hep B? Onder welke familie valt deze? Wat is de incubatie tijd?

A

Viraal van de hepadnavirdae familie.
incubatietijd: 4 weken tot 6 mnd

34
Q

Wat zijn symptomen van Hep B?

A

Vaak asymp -> 90% spontane genezing.
Acute hepatitis -> moeheid, malaise, koorts, icterus

35
Q

Welke diagnostiek voor je uit bij Hep B?

A

Anti HBc -> + -> HBsAG

36
Q

Wie is de verwekker van Syfilis? Onder welke groep valt deze? Wat is de incubatietijd?

A

Treponema pallidum (bacterieel (spirocheet)).
Incubatietijd: gem 3 weken tot leasie.

37
Q

Wat zijn de 3 stadia van syfilis?

A

Stadium 1: pijnloos ulcus, lymfklierzwelling
Stad 2: roseolen, exantheem, wratten
Stad. 3: gummata, neurosyfilis, vasculaire syfilis

38
Q

Wat is bij mannen de meest voorkomende seksuele disfunctie?

A

Erectiestoornis