Week 2B Flashcards

1
Q

Wat is het uitgangspunt bij het wijzigen/intrekken van algemene regels? (dus wetgeving en beleid).

A

Een wet hoort gewijzigd te worden met een besluit op hetzelfde niveau en door hetzelfde orgaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe zou je een vaste gedragslijn het beste kunnen wijzigen?

A

Het beste zou je een vaste gedragslijn kunnen wijzigen middels beleid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarom wettelijke grondslag nodig voor intrekken van een besluit?

A

Intrekking levert weer een nieuw besluit op. Legaliteitsvereiste noodzakelijk. Geeft een specifieke bevoegdheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat als er geen expliciete/specifieke bevoegdheid in de wet is te vinden voor intrekking? Is intrekking dan mogelijk.

A

Intrekking is dan zonder meer mogelijk. Geïmpliceerde bevoegdheid. Wil zeggen dat de bevoegdheid tot het intrekken van een besluit geacht wordt opgesloten te liggen in de bevoegdheid om ditzelfde besluit te weigeren/of bij een discretionaire bevoegdheid.

Voor een bestraffende sanctie altijd een explicite bevoegdheid/grondslag nodig.

NB!! Impliciete bevoegdheid herken je aan ‘kan’- bepalingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Ne bis in idem - arrest (art. 4:6 Awb)

A

Er wordt afstand gedaan van het oude ne bis in idem - beoordelingskader. De ‘kan’-formulering in artikel 4:6 lid 2 Awb wordt in het vervolg dus anders uitgelegd.

  1. Eerste smaak: het uitgangspunt is dat een bestuursorgaan bevoegd is om een herhaalde aanvraag inhoudelijk te behandelen. Er is dan sprake van een volledige heroverweging van het eerdere besluit.
    Gevolg: bij een afwijzing van het besluit op inhoudelijke gronden toetst de Afdeling het besluit als ware het een eerste besluit.
  2. Tweede smaak: het bestuursorgaan kan er ook voor kiezen om artikel 4:6 lid 2 Awb toe te passen en de herhaalde aanvraag af te wijzen indien er geen sprake is van nieuwe feiten of veranderende omstandigheden.

Gevolg: de Afdeling onderzoekt of het bestuursorgaan zich terecht op het standpunt stelt dat er geen sprake zou zijn van nieuw gebleken feiten of veranderende omstandigheden. Daarin worden meegenomen de eisen inzake een zorgvuldige voorbereiding en deugdelijke motivering.

Daarnaast:
Er was sprake van nova. Bo had afgewezen, want hij vond dat er geen sprake was van nova. Maar volgens de Afdeling was er dus wel nova en afwijzing was onredelijk omdat het niet duidelijk was of er nova was, bo had dit beter moeten onderzoeken.
Afwijzen, tenzij het evident onredelijk (heel duidelijk onredelijk) is voor de betreffende burger. Ook al is er dus geen nova, dan alsnog behandelen!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat wordt in het bestuursrechtelijke besluitvormingsrecht bedoeld met ne bis in idem?

A

Na behandelen aanvraag is bo niet gehouden om opnieuw de aanvraag te behandelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat wordt bedoeld met rechtens onaantastbare besluiten en het begrip formele rechtskracht?

A

Een besluit heeft formele rechtskracht als het rechtens onaantastbaar is geworden, dat wil zeggen dat er geen normale rechtsmiddelen meer tegen openstaan. Er wordt dan geacht dat het besluit rechtmatig is. Ook al deugt het besluit niet, als je niet in bezwaar/beroep gaat, krijgt het besluit formele rechtskracht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat wordt bedoeld met rechtens onaantastbare besluiten en het begrip formele rechtskracht?

A

Een besluit heeft formele rechtskracht als het rechtens onaantastbaar is geworden, dat wil zeggen dat er geen normale rechtsmiddelen meer tegen openstaan. Er wordt dan geacht dat het besluit rechtmatig is. Ook al deugt het besluit niet, als je niet in bezwaar/beroep gaat, krijgt het besluit formele rechtskracht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat wordt bedoeld met “nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden” (art. 4:6 lid 1 Awb)?

A

Met nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden wordt gedoeld op feiten en omstandigheden ten tijde van het besluit waarvan heroverweging wordt gevraagd, die informatie bevatten die relevant was voor de oorspronkelijke besluitvorming, maar toen nog niet bekend waren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Stel dat het bestuursorgaan een herhaalde aanvraag of verzoek om terug te komen van een besluit inhoudelijk heeft behandeld. Aan welke eisen dient deze inhoudelijke behandeling dan te voldoen?

A

Hij dient het oorspronkelijke besluit in dat geval in volle omvang te heroverwegen. Ambtshalve beroepsgronden toetsen. Moet op zelfde manier worden behandeld zoals het eerdere oorspronkelijke besluit. De rechter zou het dus behandelen als ware het eerste besluit. Zie ook uitspraak van Ne bis in idem.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat als er herstelbeleid is (uitspraak ne bis in idem)? Hoe is de beoordeling dan om terug te komen bij rechtens onaantastbare besluiten?

A

Het bestuursorgaan dient dus een standpunt in te nemen in het besluit op grond van het beleid. In casu is er sprake geweest van herstelbeleid. Als er herstelbeleid is kan een bestuursorgaan niet verkort afwijzen, maar moet het bo de aanvraag opnieuw beoordelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Is een wijziging van een wet; een wijziging van een beleidsregel of ander beleid; nieuwe jurisprudentie, nova?

A

Nee.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Noem de 4 typen overgangsrechten en leg ze uit.

A
  • eerbiedigende werking: een nieuwe regeling heeft alleen betrekking op nieuwe gevallen, op rechtsfeiten, die plaatsvinden na de inwerkingtreding van de nieuwe rechtsregel.
  • onmiddellijk werking: wordt ook wel exclusieve werking of rechtstreekse werking genoemd, en is de hoofdregel in het overgangsrecht.
  • terugwerkende kracht: een nieuwe regeling wordt van toepassing op bestaande situaties en rechtsposities, met ingang van een in het verleden gelegen tijdstip (dus voor het tijdstip van inwerkingtreding van de rechtsregel); zij wijzigt rechtsgevolgen over een reeds verstreken periode.
  • uitgestelde werking: Een nieuwe regeling treed op een later tijdstip, tegelijkertijd voor alle gevallen, dus ook de nieuwe gevallen, in werking. Dit middel kan desgewenst gecombineerd worden met de hierboven genoemde typen overgangsrecht.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly