week 2 hoofdstuk 11 Flashcards
seksuele disfunctie
aanhoudend onvermogen om normaal te functioneren op een bepaald gebied van de seksuele responscyclus (langer dan 6 maanden)
seksuele response cyclus
- verlangen fase
- opwindingsfase
- plateaufase (hoge niveau opwinding)
- orgasme fase
- resolutie fase (verminderde opwinding)
mannelijke hypoactieve seksuele verlangensstoornis/ vrouwelijke seksuele arousal stoornis
verminderde interesse in seks en weinig opwinding voelen
genito-pelvic pain/penetratie disorder twee types:
vaginisme: spieren van vagina trekken samen tijdens opwinding
dyspareunie: bekken op vaginale pijn bij vrijen veroorzaakt door letsel
toeschouwersrol
waarbij iemand zich zodanig op de seksuele prestatie concentreert dat prestatie en plezier verminderd
affectueel bewustzijn (behandeling van verlangen)
visualiseren van seksuele scenes om negatieve emoties of angstgevoelens te ontdekken
zelfinstructieve training (behandeling van verlangen)
negatieve gedachten en uitsrpaken vervangen door positieve
tease techniek (erectiestoornis)
vermindering van prestatie angst en verhoging stimulatie
parafilieën
het hebben van seksuele fantasieën of gedragingen gerelateerd aan objecten of situaties buiten de norm
parafiele stoornis
wanneer de parafillie belemmering veroorzaakt in het dagelijks leven (minstens 6 maanden)
fetisjistische stoornis
seksueel opgewonden worden door niet-levende voorwerpen of niet genitale lichaamsdelen
masturbatie verzadiging (fetisjistische behandeling)
de patiënt moet lange tijd mastruberen fantaserend over het object, tot dat diegene zich gaat vervelen.
orgasmische heoriëntatie (fetisjistische behandeling)
leert patiënten te reageren op nieuwe, meer geschikte bronnen voor seksuele stimulatie
travestiestoornis
seksueel opgewonden raken door zich te verkleding in kleding van het andere geslacht
exhibitionistische stoornis
seksueel opgewonden raken door je geslachtsdelen bloot te stellen aan iemand die niets vermoedt