Week 2 HC.2 Flashcards
anabole functies
groei en herstel weefsels
katabole functies
fight-or-flight response
drie subsystemen autonome zenuwstelsel
- parasympathisch systeem
- sympathisch systeem
- plexus entericus (zenuwstelsel van darmen)
reflexen via drie stappen
- input (sensorische prikkel)
- verwerking (integratie)
- output (spieractiviteit, secretie)
sympathische neuronen
komen uit thoracale en hoog lumbale wervels. preganglionaire neuron is kort en schakelt snel over op postganglionaire neuron. Vaak dichtbij ruggenmerg
parasympathische neuronen
komen uit hersenstam en sacrale wervels. Preganglionaire neuron is lang. Postganglionaire neuron is kort.
neurotransmitter parasympathisch zenuwstelsel
acetylcholine
gemaakt uit choline. Choline onder invloed van acetyl CoA door choline acetyltransferase omgezet in acetylcholine. Dit wordt vervoerd in vesicles die dit kunnen afgeven in synapsspleet. Dit kan binden aan nicotine en muscarine receptor
post/preganglionaire vezels binden aan…
post = muscarine receptor
pre = nicotine receptor
adrenaline
bindt aan alfa en bèta receptoren
wordt gemaakt door chromaffiene cellen in bijnier. Noradrenaline gevormd uit tyrosine. Eerst dopa en dopamine gevormd en deze kan door dopamine B-hydroxylase omgezet worden in noradrenaline en afgegeven in synapsspleet
ligand gestuurde ionkanalen
bij activatie gaat ionkanaal open en stroomt natrium naar binnen en depolariseert de cel
G-eiwit gekoppelde receptoren
second messenger die vervolgens kalium ionkanalen activeren en hyperpolarisatie in gang kunnen zetten
miose
pupilvernauwing verloopt via m. sphincter pupillae
accommodatie
voor goed zicht voor dichtbij gelegen voorwerpen. Door vernauwing via m. ciliaris
convergentie
beter zien van dichtbij
mydriase
pupilvernauwing voor meer licht opname, verwijding via m. dilatator pupillae