Week 1 HC.10 Flashcards
1
Q
geneesmiddelen gebruikt voor:
A
- genezen of voorkomen van ziekte
- stellen van geneeskundige diagnose
- herstellen, verbeteren of wijzigen fysiologische functies bij mens
2
Q
antibioticum
A
therapeutische werking
3
Q
preventieve werking
A
profylactisch
4
Q
number needed to treat
A
aantal mensen dat je moet behandelen om event/ziekte te voorkomen