Week 1 HC.7 Flashcards

1
Q

elektromechanische koppeling

A

omzetten van elektrisch signaal van actiepotentialen in mechanische contractie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

spiervezel opbouw

A

spiervezels bestaan uit myofibrillen, die bestaan uit sarcomeren en sarcomeren bestaan uit myosine en actinefilamenten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

desmosomen en gap junctions

A

hartspiercellen worden verbonden met elkaar hierdoor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

actinefilament

A

zit vast aan z-lijn en wordt stevig gehouden door nebuline. Het wordt omgeven door meerdere tropomyosine draden
troponine complex bestaat uit troponine C/I/T

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

myosinefilamenten

A

gevormd door bundeling van staaf gedeelten van myosine moleculen. Ze zitten vast aan M band en Z-lijn. Myosine zit door titine vast aan Z-lijn.
Titine zorgt ervoor dat tijdens relaxatie overlapping blijft tussen myosine en actine.
Om dikke gedeelte van myosine zitten hulp eiwitten die M-band vormen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

transmembraaneiwitten

A

kunnen spiercellen met extracellulaire matrix verbinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

desmines en pectines

A

myofirbillen zijn verbonden met Z-band met cel cortex hierdoor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

dystrophine

A

cel cortex verbinden met eiwitten zoals dystrophine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

hypertrofe cardiomyopathie

A

hartwand dik, volume verkleind

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

gedilateerde cardiomyopathie

A

hartwand verdund, volume vergroot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Ca-binding aan troponine-C

A
  • troponine C bindt calcium
  • troponine T is voor tropomyosine bindingsplek
  • Troponine I gaat binding aan met inhibitor
  • Als Ca troponine C bindt komt er conformatieverandering
  • verschuiving tropomyosine -> bindingsplekken vrij
  • Myosinekopjes binden plekken op actine
  • cross-bridge cycle tot stand
  • ATP nodig om dissociatie actine/myosinefilamenten te veroorzaken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Ca-afgifte

A

geregeld door depolarisatie.
Na-kanalen open, daarna Ca-kanalen. Ca stroomt vanuit t-tubuli cel in en bindt ryanodine receptoren. Ca vrijgemaakt uit SR. Na/Ca-exchanger zorgt voor doorgeven calcium uit T-tubuli

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

relaxatie

A

Ca uit cel gepompt door Na/Ca-exchanger en ATP afhankelijke kanalen in sarcolemma. ATP afhankelijke kanalen zorgen voor opname en opslag Ca in SR

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hartspiercellen en Ca

A

Ca stroomt veel direct de cel in. Het duurt langer voordat Ca ook vrijgemaakt wordt uit SR

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

hartspiercellen tijdens inspanning

A

HF en contractiekracht omhoog door activering sympathicus. Dit gebeurt door binding adrenaline aan bèta-adrenerge receptor. Via g-eiwitcomplexen wordt adenylyl cyclase geactiveerd en cAMP gemaakt. Dit zorgt voor activatie PKA welke zorgt voor verlaging drempel spanningsafhankelijke calciumkanalen door fosforylering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

digitalis

A

zorgt voor remming Na-K pomp met name in hartspier. Na/Ca-exchanger gestimuleerd voor influx calcium en geremd voor efflux calcium. Hogere Ca concentratie en meer opslag in SR