week 13 + 14 Flashcards
Wat is hyperalgesie?
verhoogde pijnperceptie op een pijnlijke prikkel
Wat is allodynie?
Pijnlijke perceptie van een normaliter niet-pijnlijke prikkel
Wat zijn de kenmerken van sensitisatie?
- sensitisatie is een vorm van plasticiteit
- inductie door langdurige prikkeling, maar alleen door C-vezels
- betrokkenheid van de NMDA receptoren (glutamaat), neuropeptiden (substance P, CGRP) en groeifactoren (BDNF, GDNF: glia)
- blijft veel langer bestaan dan de prikkeling waardoor het werd geïnduceerd
- leidt niet tot permanente veranderingen
- sensitisatie ligt ten grondslag aan hyperalgesie en allodynie
Wat is neuropathische pijn?
Dit is het gevolg van spontane activiteit van beschadigde vezels en moet worden onderscheiden van nociceptieve = “normale” pijn door prikkeling van nociceptoren
Wat voor type pijn zit er in het achterste deel van de insula?
cooling, C-vezels, thermische pijn, chronische pijn, dynamische exercise, respiratoire of isometrische exercise, jeuk, cold allodynia
Wat voor type pijn zit er in het voorste deel van de insula?
boosheid, koele temperatuur, walging in gezichtsuitdrukking, betrouwbaarheid van gezichtsuitdrukking
Hoe werkt perifere en hoe centrale pijninhibitie?
Perifeer: je gaat wrijven over de plek waar je pijn hebt -> Abeta vezels worden geactiveerd. Deze vezels remmen echter via interneuronen de nociceptieve vezels.
Centraal: Er zijn afdalende inhiberende systemen die dit doen via interneuronen of direct via de C-vezels. Dit gaat via de raphe nucleus, locus coeruleus en descending input.
Welke stoffen kunnen het pijnsignaal versterken via sensitisatie?
Dit gaat via Abeta vezels.
fosfolipiden -> arachidonzuur -> PGE2 of PGI2
PLA en COX zorgen vgm voor de omzetting
Welke aangrijpingspunten voor opioïden zijn er?
Amygdala, insula, hypothalamus, PAG (periaquaductale grijs), RVM (rostroventrale medulla)
Welke soorten pijn zijn er bij kanker?
Gerelateerd aan tumor en/of metastasen:
- nociceptieve pijn (somatisch/visceraal-gerefereerde pijn)
- tumor-geassocieerde neuropathische pijn
Gerelateerd aan behandeling:
- nociceptieve pijn (mucositis, hand-voet syndroom)
- neuropathische pijn (post-radiatie neuropathie, chemotherapie geïnduceerde polyneuropathie)
Beschrijf de WHO pijnladder.
Stap 1. Niet-opioïde pijnstilling, zoals paracetamol of NSAID. Met of zonder adjuvant.
Stap 2. Zwakwerkende opioïd met/zonder adjuvant en altijd met nog een medicament van stap 1.
Stap 3. Sterkwerkende opioïd met of zonder adjuvant en altijd met nog een medicament uit stap 1.
Bij kankerpatiënten wordt stap 2 overgeslagen.
Wat zijn oorzaken voor een polyneuropathie?
Metabool: diabetes, schildklier, nierinsufficëntie
Deficiënties: B1, B6, B12, alcohol
Infecties: Lyme, HIV
Auto-immuun: CIPD, GBS, vasculitis, paraproteïne
Hereditair: HMSN 1 en 2
Toxisch en iatrogeen: geneesmiddelen wo cytostatica
Idiopathisch: CIAP
Wat zijn contra-indicaties voor ECT?
Recent MI of CVA, cerebraal ruimte innemend proces, feochromocytoom
Bij welke mensen is een ECT geïndiceerd?
Ernstige depressie
- medicatieresistentie
- levensbedreigende situatie
- contra-indicatie medicatie
- eerder goed effect op ect
Wat zijn bijwerkingen van ECT?
Acuut: misselijkheid, hoofdpijn, spierpijn, kortdurende verwardheid
Chronisch: antegrade en retrograde amnesie