Week 1 Flashcards

1
Q

Wat is de invloed van leeftijd op vruchtbaarheid?

A
  • kans op zwangerschap neemt af
  • meer complicaties
  • meer miskramen
  • meer afwijkingen
    Bij vrouwen ligt de piek rond 25, daarna afname en na 35 jaar erg laag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de invloed van levenstijlfactoren op vruchtbaarheid?

A
  • obesitas en ondergewicht hebben sterk negatief effect op kans
  • roken, alcohol en ongezond dieet ook
    Dus meenemen in counceling, interventies erg effectief in verbeteren vruchtbaarheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe werkt de regulatie van de menstruatiecyclus?

A

FSH -> follikelontwikkeling -> oestrogeen -> negatieve feedback -> FSH daalt -> selectie dominante follikel -> maturatie follikel -> oestrogeen hoog -> proliferatie endometrium -> postieve feedback -> LH piek -> ovulatie -> corpus luteum -> progesteron -> differentiatie endometrium -> negatieve feedback door progesteron -> daling LH -> degeneratie corpus luteum -> dalend progesteron -> afbrekend endometrium en geen negatieve feedback meer -> nieuwe follikel, menstruatie en stijgend FSH -> nieuwe cyclus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe werkt de productie van de hormonen in de menstruatiecyclus?

A
  • Hypothalamus: pulsatiele afgifte GnRH
    • Begin cyclus: kleine pieken → FSH
    • Einde foliculaire fase: snel en hoog → LH
  • Hypofyse voorkwab: FSH en LH
  • Ovaria: follikels bestaan uit primaire oöcyt met omheen
    • Thecacellen(buiten): maakt oiv LH uit cholesterol androgenen, testosteron en progesteron
    • Granuloscellen(binnen): oiv FSH aromatase dat androgenen in oestrogeen omzet, maakt progesteron
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de effecten van cyclusstoornissen?

A
  • Korte termijn: amenorroe(>6mnd geen meses), oligomenorroe(irregulair)
  • Lange termijn: libido verlies, dyspareunie, vaginale droogte, subfertiliteit
  • Late effecten: osteoporose, HVZ, geen hoger risico borstkanker
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe werkt de WHO classificatie van cyclusstoornissen?

A
  • WHO-I(10%): centraal probleem → alle hormonen laag
    Oorzaken:
    hypothalamus: trauma, tumor, Kallman syndroom, stress, eetstoornis, extreme fysieke belasting, idiopathisch
    hypofyse: tumor, aanleg probleem
  • WHO-II(80%, oa PCOS): endocriene disbalans → alles normaal
  • WHO-III(10%): eierstok probleem → FSH en LH hoog, oestrogeen laag
    Oorzaken: auto immuun, genetisch, iatrogeen of onbekend
  • Behandeling
    Hormoonsubstitutie: oestrogeen en progesteron(voorkomen endometriumcarcinoom)
    Kinderwens; ovulatie inductie en IVF, bij III oocyt donatie
    Ca suppletie en dieetadvies tegen osteoporose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is PCOS?

A

Meerdere kleine cysten op eierstokken waardoor onregelmatige cyclus, verstoorde glucose tolerantie, overgewicht
Rotterdam criteria: 2 v/d 3 waarbij bijnier probleem, acromegalie en hyperprolictineamie uitgesloten
- oligo- of amenorroe
- hyperandrogenisme: hisurtisme, acne, vette huid
- PCOM
Behandeling: cyclus herstellen niet als geen kinderwens, af en toe progesteron, kinderwens: aromatase remmer, metforminf, IVF, FSH
Dieet, levensstijladvies, afvallen, jaarlijkse controle

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een prolactinoom?

A
  • galactorroe, verhoogd prolactine, laag LH en FSH
  • meestal microadenoom, soms macroadenoom(visusklachten en hypofyse assen onderdrukt)
  • relatief vaak oorzaak cyclusstoornis
  • behandeling: niet per se, bij kinderwens dopamine agonisten, chirurgie/bestraling, substitutie hypofyse
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het verschil tussen primaire en secundaire amenorroe?

A
  • Primaire amenorroe: AO als na 14e niet ongesteld en geen secundaire geslachtskenmerken of groei, als wel na 16e
  • Secundaire amenorroe: ooit ongesteld geweest → na 4-6mnd AO
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe werkt diagnostiek van cyclusstoornissen?

A
  • zwanger?
  • waar zit probleem?
  • lab: altijd LH, FSH, oestrogeen en prolactine
    Op indicatie: bijnier, schildklier, …
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is meiose?

A
  • Meiose I: paring en verdeling homologe chromosomen over dochtercellen -> 2 haploide cellen
    Chromosoomparing is afhv beweging chromosomen(boquet formation) en cross overs(maken en herstellen dsDNA breuken waardoor uitwisseling chromosoomarmen)
  • Meiose II: splitsing homologe chromatiden
  • Fout in splitsing: aneuploidie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe werkt de spermatogenese?

A
  • in tubuli seminiferi in testis
  • continu proces vanaf puberteit(duurt 70dg)
    Spermatogonia(stamcel) -> spermatocyten -> spermatiden(na meiose II) -> spermatozoa(rijpe zaadcel)
  • XY body vorming -> genen inactief -> autosomale testis-specifieke genen
  • spermiogenese: histon-naar-protamine transitie, geen translatie meer dus RNA gemaakt in spermatide stadium dat in RNP partikels opgeslagen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe werkt de oögenese?

A
  • alle oöcyten voor geboorte gevormd
  • diplotene arrest
  • ovulatie: meiose I afgemaakt(LH piek -> gap junctions weg -> cAMP daalt), metafase II arrest
  • bevruchting: meiose II afgemaakt(meer Ca)
    Ongelijke delingen -> vorming poollichaampjes
  • oocyt groei: vorming zona pellucida, corticale granula en gap-junctions; m/rRNA synthese
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is Mendeliaanse overerving?

A

1 ziekte allel op locus veroorzaakt ziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe kan een autosomaal dominante ziekte plots voorkomen?

A
  • de novo mutatie
  • mozaiek/somatische mutatie: fout na bevruchting, afhv wanneer wisselende ernst
  • verlaagde penetrantie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is mitochondriele overerving?

A

Alleen moeder op kind

17
Q

Waarom zijn vrouwen bij X-linked ziektes wisselend en milder dan mannen aangedaan?

A

Door X-inactivatie

18
Q

Wat zijn embryonale stamcellen?

A
  • pluripotent= kan tot elke celtype ontwikkelen
  • geïsoleerd uit blastocyst stadium(5-6dg embryo)
19
Q

Wat zijn iPSCs?

A
  • fibroblasten geherprogrammeerd tot pluripotente stamcellen
  • inbrengen genen voor transcriptiefactoren rol bij behoud pluripotentie
  • toepassingen: modelleren ziektes en testen medicijnen
  • morele status?
20
Q

Welke structuren ontstaan uit welk deel van het indifferente embryonale inwendige genitaalstelsel?

A
  • gonade: testis, ovaria
  • Primaire germinale cellen: spermatozoa, oocyten
  • Primaire geslachtsstrengen: tubuli seminiferi, deel follikels
  • Buis van Wolff: zaadleider, epididymis, vesica seminalis, epoophron, cyste van garter
  • Buis van Muller: appendix testis, eileider, uterus
  • Sinus urogenitalis: blaas, urethra, prostaat, bulbo-urethrale klieren, vagina
  • Tuberculum genitale: corpus cavernosum, corpus spongiosum, glans penis, clitorus, bulbus vestibuli
  • Urogenitale wallen: ventrale zijde penis, labia minora
  • Labioscrotale wallen: scrotum, labia majora
21
Q

Welke celtypen bevatten de tubuli seminiferi?

A

Ronde buizen met bindweefsel ertussen en rondom
- cellen van Leydig: epitheloide cellen in intersitium, maken testosteron oiv LH
- spermatogonia: op basaalmembraan, ronde grijze kern
- Spermatocyten: rond lumen, losse chromosoomarmpjes
- Spematiden: klein, donkere en ronde kern
- Meer naar lumen: kern compacter, flagel
- Spermatozoen: centraal; kleine, ovale kern, flagel richting lumen
- Sertoli cel: grote cellen met grote, peerachtige lichte kern en prominente nucleolus
- uitloper van basaalmembraan naar lumen
- Functies: hormoonproductie(ABP, oestradiol, inhibine en MIS), fagocytose restanten, vorming bloed-testis barrière en voedingsstoffen voorzien

22
Q

Wat zijn oorzaken van azoöspermie?

A

Azoöspermie= geen spermatozoën in sperma
- Obstructieve stoornis: cellen wel gevormd maar buizen niet doorgankelijk
- Aanlegstoornis, ontsteking(chlamydia), trauma
- Niet-obstructieve stoornis: buissysteem doorgankelijk maar spermatogenese niet goed -> meer Leydigcellen, alleen Sertolli cellen in lumen
- genetisch, chemo, medicatie, alcoholabuse, virale infectie

23
Q

Hoe is de opbouw van de prostaat?

A

= klier rondom urethra prostatica, bestaande uit fibromusculair bindweefsel waarin klierbuizen
- Klierbuizen: golvend lumen
- Kubocylindrische luminale cellen: maken secreet met eiwit
- Platte basale cellen: voorlopers luminale epitheel, lijken erg op fibroblasten
- Zones
- Centraal: bindweefsel en afvoerbuizen rondom urethra prostatica(urotheel)
- Transitie: bindweefsel en klierbuizen met nodulaire bouw
- Perifeer: buitenzijde urethra prostatica, geen nodulaire bouw
Ductus ejaculatorius loopt door prostaat, fuseert met ductus deferens

24
Q

Waarom geeft prostaatkanker geen klachten en benigne prostaathyperplasie wel?

A

Prostaatkanker(luminale epitheelcellen): mn perifere zone, ver van urethra → weinig klachten
Benigne prostaat hyperplasie: mn transitie zone, rond urethra → plasklachten

25
Q

Hoe is de opbouw van de epididymis?

A
  • Ductuli efferentes: golvend, 1-lagig epitheel, trilharen, rondom gladde spiercellen
    • Lumen bevat secreet en spermatozoen
    • Laatste rijping
  • Ductuli epididymis: caudaal deel reservoir, meerlagig glad cilindrisch epitheel met stereocilia
    • Stereocilia vergorten oppervlak, nemen afgebroken cellen op en minderen vloeistof
  • Ejaculatie: gladde spiercellen onder basaalmembraan contraheren → zaadcellen naar ductus deferens
26
Q

Hoe verschilt het bekken van man en vrouw?

A
  • Man heeft hartvormiger, vrouw rond
    • Vrouw: promontorium verder naar achteren
  • Vrouw heeft grotere hoek symphysis pubica
  • Man: spina ischiadica steken verder uit
  • Os coxae vrouw is flexibeler
  • Dichtheid en massa bij mannen hoger
27
Q

Wat is torsio testis?

A
  • Funiculus draait
  • Binnen 6 uur behandelen ivm ischemie
  • Jonge kinder en jongvolwassenen
  • Behandeling: terugdraaien en beide testis vastzetten, als geen revascularisatie orchidectomie
28
Q

Wat is priapisme?

A

= aanhoudende(>4h), pijnlijke erectie
- Intracaverneuze injecties
- Onderliggende ziekte: sikkelcelanmie, malaria, leukemie, spinnenbeet
- Alcohol, drugs en seks
- Corpus carvernosum gezwollen, corpus spongiosum niet
- Behandeling
- Koelen
- Beweging
- Bloed afzuigen
- Fenylephrine
- Shunt
- Goede prognose bij adequate behandeling

29
Q

Wat is een penisfractuur?

A

Scheur tunica albuginea, knap hoorbaar
Behandeling: operatie of koelen, 6-8wk seksuele onthouding