WDD3 - week 4 Flashcards
persoonlijkheidsstoornissen clusters:
- cluster A: zonderling (paranoïde, schizoïde, schizotypisch);
- cluster B: dramatisch (antisociaal, borderline, histrionisch, narcistisch);
- cluster C: angstig (vermijdend, afhankelijk, dwangmatig).
korte neuropsychiatrische screeningstesten
Direct herhalen van een telefoonnummer - aandachtsstoornis
Oriëntatie in tijd en plaats - desorientatie
Enkele minuten onthouden van drie woorden - kortetermijngeheugen
Overeenkomst tussen roos en tulp, fiets en trein/betekenis spreekwoorden - abstractievermogen
Opsommen van meer dan tien dieren in één minuut - stoornis in executieve functies
Schrijven van een zin - dysgrafie
Tekenen van een klok - stoornis visuospatieel/constructieve apraxie
Somnolent
Doezelt weg maar antwoordt wel op krachtig aanspreken
Soporeus
Antwoordt niet maar voert wel eenvoudige opdrachten uit
vernauwd bewustzijn
Is geconcentreerd op een bepaalde ervaring en is afgeslo
ten voor prikkels van buitenaf
hypovigliteit
Reageert niet, of traag en kort
hypervigliteit
Is overmatig oplettend, reageert snel op nieuwe prikkels
hypotenaciteit
Raakt de draad kwijt bij langere antwoorden; cijferreeks
van vijf à zeven cijfers direct herhalen mislukt
ideomotorische apraxie
Kan niet net doen alsof hij wuift, salueert, een lucifer
afstrijkt of een kam of sleutel gebruikt
confabulaties
Verzint onbewust feiten over situaties of gebeurtenissen die hij zich niet kan herinneren vanwege een amnesie
Vergeet vroegere gebeurtenissen
Dissociatieve amnesie
Kan zich belangrijke persoonlijke ervaringen van psychotraumatische aard niet herinneren
Decorumverlies
Houdt zich niet aan de sociale gedragsregels die gebruikelijk zijn voor de situatie en voor hemzelf
Verminderd abstractievermogen
ziet geen overeenkomst tussen woorden
circumlocutie
Gebruikt vage en omslachtige omschrijvingen
afasie
Kan niet goed spreken of gesproken taal begrijpen
beperking in theory of mind
Kan het gedrag van een ander niet begrijpen in relatie tot
gedachten , gevoelens en motieven van die ander
derealisatie
Heeft een gevoel alsof de omgeving niet echt is
neologismen
Gebruikt zelfbedachte woorden met een eigen betekenis
alogie
Zegt weinig, of zegt weinig met veel woorden
tangentialiteit
Antwoordt langs de vragen heen
Ontsporing
Onderbreekt eigen verhaal met irrelevante, onbegrijpelijke opmerkingen
overwaardige denkbeelden
Heeft allesbeheersende irrationele ideeën
preoccupatie
Kan een overtuiging ofkrachtig verlangen niet loslaten
rumineren
Overpeinst , wikt en weegt voortdurend een al dan niet
reëel probleem, zonder dat een constructieve oplossing
wordt bereikt
dysfore stemming
Voelt zich ontstemd, wantrouwig, prikkelbaar, boos
sociaalfobisch
Heeft de vrees zichzelf belachelijk te maken
labiel
Toont snel afwisselende emoties zonder externe aanleiding
copropraxie
Maakt obscene gebaren als motorisc he tics
stupor
Is bewegingsloos en spreekt niet bij helder bewustzijn
motorische manierismen
Maakt vreemde, overdreven karikaturen van norma le
bewegingen
motorische stereotypieen
Maakt repeterende, abnormaal frequente, niet-doelgerichte bewegingen
katalepsie
Houdt door de onderzoeker aangebrachte ongewone
lichaamshouding langdurig en tegen de zwaartekracht in
vol
flexibilitas cerea
Heeft lichte, gelijkblijvende weerstand tegen het in een
andere houding plaatsen van ledematen
Echopraxie, echom imie , echolalie
doet bewegingen, spraak mimiek na
grimasserenn
Maakt gemaniëreerde, bizarre, overdreven bewegingen gelaat
coprolalie
Roept obscene woorden of zinnen als vocale tics
palilalie
Herhaalt op explosieve wijze eigen woorden of zinnen
Paranoïde-persoonlijkheidstrekken
Achterdochtig, prikkelbaar, snel gekwetst, rancuneus
Paranoïde-persoonlijkheidstrekken
Achterdochtig, prikkelbaar, snel gekwetst, rancuneus
Schizoïde-persoonlijkheidstrekken
Afstandelijk, gesloten , weinig emotioneel, solitair
Schizotypische-persoonlijkheidstrekken
Excentriek, zonderling, met vreemde spraak, met eigenaardige denkbeelden
Antisociale-persoonlijkheidstrekken
Onbetrouwbaar, leugenachtig, impulsief, agressief, roekeloos, geweten loos
Antisociale persoonlijkheidsstoornis – overtreden wet, agressie, impulsief, liegen zonder spijt, gebrek nemen verantwoordelijkheid.
Borderline persoonlijkheidstrekken
Onbeheerst , impulsief, zich leeg voelend, overmatig idealiserend of afwijzend
Histrionische-persoonlijkheidstrekken
Theatraal , aandacht vragend, hyperemotioneel , oppervlakkig , suggestibel
Narcistische persoonIijkheidstrekken en stoornis
Arrogant, hooghartig , met grootheidsgedachten
Narcistische stoornis = Idee recht te hebben op dingen, geen rekening houden met gevoelens anderen, alleen met bijzondere mensen omgaan, exploiteren, fantasieen over macht en succes, overmatige behoefte aan bewondering, innerlijke wereld roept schaamte op
Vermijdende-persoonIijkheidstrekken
Terughoudend, sociaal onhandig, geremd, contactenvermijdend, met gevoel tekort te schieten
Afhankelijke persoonlijkheidstrekken
Onderdanig , afhankelijk, besluiteloos, passief, hulpeloos met minderwaardigheidsgevoel
dwangmatige persoonlijkheidstrekken
Dwangmatig, detaillistisch, beheerst, contro lerend, koppig, star, perfectionistisch
ALLE HC EN ELEARNINGS HIER
JO
depressie DSM5
somber/verlies plezier en
> 5 symptomen, twee weken:
Sombere grootste deel dag en bijna elke dag,
Verminderd (e) interesse of plezier in alles ish grootste deel dag en bijna elke dag
Gewichtsverlies of toename/verandering eetlust
Insomnia of hypersomnia
Psychomotorische agitatie of vertraging elke dag ish
Vermoeidheid bijna elke dag
Waardeloosheid/schuld bijna elke dag
Concentratieprobleem/besluiteloosheid bijna elke dag
Suïcidegedachten/plan
bij persisterend ook nog >2
- slechte eetlust of te veel eten;
- insomnia of hypersomnia;
- weinig energie of vermoeidheid;
- gering gevoel van eigenwaarde;
- slechte concentratie of moeite met beslissingen nemen;
- gevoelens van hopeloosheid
en niet meer dan 2 maanden niet aanwezig symptomen in afgelopen 2 jaar
depressie behandeling
-Voorlichting meerdere factoren, 60% na een half jaar hersteld, actieve houding en levenswijze nodig, geen alcohol- en drugs
-dagprogramma
-Psychotherapie
Antidepressiva bij matig-ernstig (SSRI of TCA, 6mnd dan afbouwen, langer bij meer dan 3 episoden/langdurig)
Combinatie psychotherapie en antidepressiva als monotherapie niet goed genoeg is
Persoonlijkheidsstoornissen betekenis en kans
langdurig diepgaande starre patronen van disadaptief gedrag
wat je mee hebt gekregen van huis (resilience/vulnerability) en stress
waardoor wordt bepaald wat normaal gedrag is?
statistische norm (rekenkundig)
populatie norm (norm binnen sociaal culturele context)
individuele norm (net zijn als anderen, functioneren, perceptie werkelijkheid, stemming, interpersoonlijke relaties)
verschil temperament – karakter – persoonlijkheid – persoon
temperament als baby aangeboren, karakter is de laag er omheen die de laag karakter zou kunnen balanceren (basaler), persoonlijkheid is niet meer alleen in relatie met ouders maar ook met anderen
freud ideeen
superego is door maatschappij bepaald (het geweten), id (driften die ons maken tot we zijn)
is altijd een strijd tussen. We moeten proberen Id te onderdrukken met afweermechanismen (meer naar minder adaptief; humor, anticiperen, verdringen, rationaliseren, devalueren, externaliseren)
Adaptieve afweermechanismen
Beheersen
Anticiperen = nadenken over komende moeilijkheden en oplossingen
Sublimeren = onacceptabele impuls omzettin in acceptabel
Humor