Vaardigheidsonderwijs Flashcards
Wat is het verschil tussen venen en arterien?
Arterien = kleinere diameter, dikkere wand, alleen endotheel geplooid, wand als geheel niet geplooid en veel elastine.
Venen = grotere diameter, dunnere wand die als geheel sterker geplooid is terwijl de endotheel-laag weinig geplooid is en weinig elastine.
Welke laag heeft een vene niet?
Geen duidelijke lamina elastica externa.
Wat is atherosclerose?
Een excentrische afwijking (maar een deel van de vaatwand is aangedaan), waarbij er een atherosclerotische plaque (ophoping van cholesterol en cholesterolesters in de subendotheliale laag omgeven door een fibreuze cap die bestaat uit gladde spiercellen die zijn gemigreerd vanuit de tunica media) ontstaat in een deel van de tunica intima die het lumen vernauwd.
Welke cellen hebben er in de holten in de wand gelegen?
Cholesterol, dit zijn cholesterolspleten.
Wat is het algemene bouwplan van bloedvaten?
- Tunica intima
- Lamina elastica interna
- Tunica media
- Lamina elastica externa
- Tunica adventitia
Wat is het tunica intima?
Een dunne bindweefsellaag bestaand uit platte endotheelcellen. Het endotheel ligt op basale lamina.
Hoe worden de tunica media en de tunica intima voorzien va zuurstof?
Vanuit het lumen via diffusie. Doordat endotheelcellen meer permeabel zijn dan epitheelcellen, kan zuurstof opgenomen worden uit het lumen.
Welke laag is niet te zien in preparaten?
De subendotheliale laag, deze bevat gladde spiercellen en vezels.
Hoe zijn endotheelcellen te zine in preparaten?
Als donkere kernen aan de binnenkant van de bloedvatwand, omdat het cytoplasma dun en afgeplat is.
Wat is het lamina elastica interne, waar bestaat het uit en hoe ziet het eruit in preparaten?
- De grens tussen tunica media en tunica intima.
- Het bestaat uit elastische vezels en is gepenetreerd (er zitten gaten in).
- Als een goed te volgen, kronkelig lijntje. Het is kronkelig omdat er geen druk meer op de vaten is.
Wat is de tunica media?
- Bestaat uit gladde spiercellen die circulair om het vat liggen, daartussen ligt collageen.
- Bevat geen fibroblasten; de extracellulaire matrix is afkomstig van gladde spiercellen.
- Hij is in alle typen bloedvaten aanwezig.
Hoe verschilt de tunica media in arterien en venen?
In arterien is de tunica media dikker dan bij de vene. De hoeveelheid elastische vezels verschilt.
Wat is de lamina elastica externa, waar bestaat het uit en hoe is het te zien in preparaten?
- De scheidingslaag tussen tunica media en tunica adventitia.
- Bestaat uit concentrische membranen die af en toe worden onderbroken.
- De kernen zijn te zien in preparaten en de lamina elastica externa ziet er net als interna uit als een kronkelig lijntje.
Wat is de tunica adventitia?
Buitenste laag van het vat, is een bindweefsellaag met collageen vezels die longitudinaal gerangschikt zijn.
- Zorgt voor overgang van bloedvat naar omringende bindweefsel.
Hoe verschilt de tunica adventitia in arterien en venen?
Is in de vene dikker dan in de arterie.
Wat zijn vasa vastrum en nervi vasculares?
Vasa vasorum = vaten die door de tunica adventitia lopen, zorgen voor vascularisatie van de buitenkant van vooral grote bloedvaten. Ze zijn nodig omdat de voedingstoffen die uit het hoofdvat komen, niet bij alle lagen kan komen via diffusie.
Nervi vasculares = betrokken bij bij vasoconstrictie en vasodilatatie.
Hoe zijn de structuren rondom bloedvaten te herkennen?
- Zenuweefsel = ligt in grote bundels, er liggen atonale verbindingen met myelineschedes eromheen.
- Skeletspieren = spier is dwarsgestreept en kern excentrisch.
- Glad spierweefsel = kern in het midden.
- Hartspier = spier dwarsgestreept en lern in het midden.
Waarom kunnen capillairen niet gereguleerd worden door hormonen?
Omdat capillairen alleen uit endotheelcellen bestaan en geen spiercellen bevat.
Waarom wordt littekenweefsel gevormd in de tunica media als gevolg van ischemie?
Omdat er te weinig bloed vanuit de bloedbaan kan diffunderen naar de tunica media.
Wat zijn intramurale arterie aftakken en hoe lopen ze en waarom?
- Grote vaatstructuren die ontspringen uit de coronairarteriën en de hartspieren van bloed voorzien.
- Ze lopen van epicard naar endcard omdat de coronairarteriën over het eicard lopen en het hiervan aftakkingen zijn.
Welke typen cellen zijn vlak na een ischemie in het hartweefsel te vinden?
Neutrofiele granulocyten, ze zijn als donkerblauwe stipjes te herkennen en ze veroorzaken een ontstekingsreactie.
Na een aantal maanden zijn deze niet meer te vinden.
Uit welke vezels bestaat de aortaklep?
- Lozmazig bindweefsel met elastische vezels; aan de kant van het lumen.
- Collagene vezels; aan de buitenkant van de aorta.
- Endotheel; aan beide zijden, omdat het daar in contact met bloed staat.
Wat is een hartvector?
Een dipool op een vaste plaats die in grootte en richting in de ruimte verandert.
Wat zijn die drie afleidingen van Einthoven?
- Afleiding I = +Vb-Va
- Afleiding II = +Vc-Va
- Afleiding III = +Vc-Vb
Wat is de meet-as?
De verbindingslijn/verbindingsas tussen de elektroden.
Waar hangt het potentiaalverschil tussen twee elektroden op gelijke afstand van de hartvector vanaf?
De hoek (⍬) tussen de hartvector en de verbindingslijn van 2 elektroden en de afstand (r) tot de hartvector.
Wat betekent het als de hartvector bij afleiding I naar links wijst?
Dan is de uitkomst negatief, dit komt doordat de vector naar negatief wijst.
Wat is de nuldoorgang?
Een gemeten potentiaalverschil van 0 dat je krijgt door een vector die precies in het midden en loodrecht op de afleiding staat.
-> Er zijn twee nuldoorgangen per volledige rotatie van de hartvector en er kan maar op 1 afleiding tegelijk een potentiaalverschil van 0 zijn, want de pijl kan maar op 1 afleiding loodrecht staan in de driehoek.
Welke afleiding heeft een S-top?
Afleiding I.
Noem een muscarine receptor antagonist?
Atropine
Een lagere dosis is meer geschikt om de muscarine blokkerende effecten van het nieuwe anticholinergicum te onderzoeken.
Door toevoegen van nicotine receptor antagonist hexamehtonium dalen de bloeddruk en de hartslag sterker.
Vagus stimulatie zorgt voor een sterkere daling in de HR, terwijl acetylcholine voor een sterkere daling in de BP zorgt.
Neostigmine remt achetylcholinesterase waardoor BP en HR lager worden bij vagus stimulatie en toevoeging van acetylcholine.
Phenylephrine = stijging BP en en kleine stijging HR
Isoprenaline = daling BP en stijging HR
Noradrenaline = Stijging BP en stijging HR
Adrenaline = Stijging gevolgd door daling BP en stijging HR
Phenylephrine - ∂1, ∂2
Isoprenaline - ß1, ß2
Noradrenaline - ∂1, ∂2, ß1, ß2
Adrenaline - ∂1, ∂2, ß1, ß2
Welke receptoren zorgen voor hartfrequentiestijging?
Welke receptoren zorgen voor bloeddrukstijging?
Welke receptoren zorgen voor bloeddrukdaling?
Wat zijn de gevolgen van geblokkeerde re-uptake van noradrenaline?
Op welke twee manieren kan atropine de HF en BD verhogen?
- Blokkeren van muscarinereceptor, waardoor parasympaticus minder goed gaat werken en sympaticus even goed blijft werken.
- SA-knoop meer pulsen laten afvuren en geleiding van AV-knoop verbeteren. Als er meer impulsen bij de hartspier aankomen, zal er meer bloed rondgepompt worden en zullen HF en BD stijgen.
Wat gebeurt en bij het toedienen van lage hoeveelheid ach en waarom?
HF en BD dalen. Ach bindt aan muscarinereceptor en parasympaticus wordt geactiveerd.
Wat gebeurt er bij het toedienen van een hoge dosis ach?
Eerst een grote daling in HF en BD en dan een kleine piek, dit komt omdat ach aan nicotine receptoren in de ganglia bindt.
Wat gebeurt er bij toedienen van hexamethonium?
Dit is een nicotinerge receptor antagonist, alle nicotine receptoren zijn dan geblokkeerd en alleen parasympatishce muscarinerecptoren blijven over. Er is dan een verlaging van HF en BD.