Topic 8: Morele ontwikkeling Flashcards
Kohlberg’s morele stadia
Preconventioneel:
1. Straf en gehoorzaamheid
2. Kosten-baten analyse
Conventioneel:
3. Sociale verwachtingen
4. Sociaal systeem en geweten
Postconventioneel:
5. Sociaal contract en individuele rechten
6. Universele principes
Preconventioneel
Persoon werkt volgens een “zal ik gestraft of beloond worden-mentaliteit”
Conventioneel
Iemands moraal draait om de noodzaak de regels van de maatschappij te gehoorzamen
Postconventioneel
Persoon heeft een persoonlijke morele code die de regels van de maatschappij overstijgt
Vanaf hoeveel jaar is het begrip dat mensen andere wensen kunnen hebben dan jij al ver ontwikkeld?
Vanaf het 2e jaar
Theory of Mind
Vermogen om ideeën te vormen over de mentale wereld van jezelf en van anderen en om gedrag te verklaren in termen van mentale toestanden
–> Eerste cognitieve begrip van kinderen verschijnt rond de leeftijd van 4 jaar
Klassieke Theory of Mind test
False belief test (Sally Anne test)
–> Kinderen met theory of mind zullen weten dat Sally niet gelijk in de doos zal kijken, omdat zij niet weet dat deze hier ligt
* Kinderen van 15 maanden vertonen zelfs impliciete theory of mind
Complexe second-order belief statements
–> Tegen einde basisschool
Mensen hebben gedachten/meningen over de gedachten van anderen. Ze gaan zelf ook meer nadenken over de gedachten van anderen
- Ook leren begrijpen van sarcasme
Sociaal-cognitieve vaardigheden op oudere leeftijd
Vermogen neemt toe, meerdere perspectieven kunnen nemen en compromissen kunnen sluiten
- Ondanks achteruitgang in fluid intelligence
Empathie
Affectief (compassie etc.) en cognitief (ToM)
Ontwikkeling van empathie bij pasgeborenen
Emotionele besmetting: als een baby huilt, gaat de ander vaak ook huilen
–> Geen duidelijk onderscheid tussen de eigen emotionele toestand en die van anderen
Prosociaal gedrag
- Instrumenteel helpen (12-14 maanden): doelgericht helpen
- Empathisch helpen (18-24 maanden): pro-sociale reactie op verdriet of pijn van een ander
Wat is de basis van vroeg prosociaal gedrag?
- Vroege belangstelling voor mensen (sociale motivatie)
- Ontwikkeling van het vermogen om eigen emoties en die van anderen te onderscheiden
- Aangeboren biologische basis voor empathie en prosociaal gedrag
Reactieve agressie
Directe reactie op dreiging/frustratie, niet goed doordacht
Proactieve (instrumentele) agressie
Met de bedoeling een doel te bereiken