Topic 1: Introductie + methoden Flashcards
Wat is de smalle visie op ontwikkeling?
- Sequentieel: verschillende stadia/niveaus/fases
- Unidirectioneel: eerdere veranderingen zijn een voorwaarde voor latere
- End state (eindstaat): hogere waarde dan de oorspronkelijke staat
- Onomkeerbaar in de vooruitgang
- Biologische groei: onafhankelijk van cultuur
- Universeel: hetzelfde voor iedereen
Wat is de brede visie op ontwikkeling?
- Niet noodzakelijk gebaseerd op fases die elkaar opvolgen
- Heeft niet altijd een eindstaat die een hogere waarde heeft (bijv. persoonlijkheid)
- Is zowel kwalitatief als kwantitatief (bijv. taal – aantal woorden)
- Kan universeel zijn, maar ook verschillen tussen personen
- Wordt beïnvloed door cultuur en biologie
- Kan binnen personen in positieve zin maar ook negatieve zin, afhankelijk van de omstandigheden (plastisch)
Cross-sectioneel design
Groepen van individuen van verschillende leeftijden bestuderen op hetzelfde tijdsmoment
- Verschillen tussen personen
Longitudinaal design
Één groep van individuen over een langere tijdsperiode bestuderen
- Verschillen binnen personen
Variabiliteit
Kortetermijn veranderingen die min of meer onomkeerbaar zijn
Verandering
Min of meer blijvend
Cohort
Iedere groep uit dezelfde culturele omgeving en dezelfde tijdsinterval
Cohorteffecten
Verschillen in variabelen die relevant zijn voor de ontwikkeling, die voortkomen uit (niet-leeftijdsgerelateerde) factoren waaraan iedere geboortecohort is blootgesteld
- Bijv. oorlog en onderwijsplicht
Waar focussen we op in onderzoek naar ontwikkeling?
Leeftijdsgroepen die van jongere volwassenen kunnen verschillen in:
* Receptie en productie van spraak
* Sensomotorische vaardigheden
* Suggestibiliteit
* Aandachtsspanne/vermoeidheid
* Subjectieve betekenis van concepten
* Ongediagnosticeerde klinische beperkingen (problemen met gehoor heeft invloed op spraak/begrip; geheugenproblemen veroorzaakt door dementie en niet door leeftijd)
Ontwikkeling is:
- Levenslang
- Multidisciplinair: meerdere disciplines komen erbij kijken
- Multidirectioneel: ontwikkeling is niet een universeel proces dat maar één richting op gaat (inter-individuele verschillen)
- Gains and losses: ontwikkeling gebeurt door een samenkomst van toename (groei) en verlies (achteruitgang)
- Plastisch
- Ingebed in de geschiedenis: het verloop van leeftijd gerelateerde ontwikkeling is sterk gevormd door de socio-culturele condities van een historische periode –> cohort effecten
- Gecontextualiseerd: contextuele invloeden op ontwikkeling (biologisch, omgeving en interactie hiertussen)