thema 6 deel 2 Flashcards
waarom spreken we over een elektrisch geladen celmembraan
de celmembraan is elektrisch geladen door aanwezigheid van ionen aan de weerzijde van het celmembraan, deze deeltjes kunnen zich via kanalen door het celmembraan verplaatsen, door de ongelijke verdeling van ionen bunnen en buiten de cel is er binnen en buiten een verschillende lading, hier hebben wij dan een ladingsverschil en dus ook een elektrisch geladen celmembraan
rustpotentiaal
een rustpotentiaal is een ladingsverschil wanneer een neuron in rustfase is en geen impuls doorstuurt, dan is de binnenzijde negatief geladen ten opzichte van de buitenzijde.
neuron in actiefase
wanneer een sterke prikkel een neuron activeert, gaan er bepaalde kanalen open waardoor er positief geladen deeltjes naar binnen kunnen, de binnenzijde wordt hierdoor positief geladen. als de ladingsverandering groot genoeg is wordt de drempelwaarde overschreden hierdoor ontstaat er een zenuwimpuls. Het ladingsverschil dat de impuls veroorzaakt is de actiepotentiaal.
depolarisatie
depolarisatie is het veranderen van rustpotentiaal
wat is impulsgeleiding
is de plaatselijke ladingsverandering dat wordt voortgeleid over de hele axon naar de eindknopjes
neuron in herstelfase
na een actiefase gaan de ionen zich weer verplaatsen waardoor de binnenkant opnieuw negatief wordt en de buitenkant positief dit fase noemen we de herstelfase
aan wat hangt de snelheid van een impuls af
het snelheid van een impuls is afhankelijk aan de dikte van een axon en het myelineschede.
wat is sprongsgewijze impulsgeleiding
door de isolerende functie van de myelineschede, kunnen ionen alleen bewegen ter hoogte van de knoop van ranvier. De impuls springt dus eigenlijk van knoop tot knoop waardoor de impulsgeleiding sneller gaat
wat is het verband tussen ms en myelineafbraak
Door myeline dat gaat afbreken wordt u impulsgeleiding trager.
leg neurotransmissie uit
neurotransmissie is de impulsoverdracht dat gebeurd bij de eindknopjes van ene neuron en de dendrieten van een andere neuron,. De impuls berijkt de eindknopjes, daarna gaan de blaasjes met neurotransmitters versmelten met het presynaptische membraan, dan komt de neurotransmitter vrij en gaat via de synaptische spleet zich binden aan een membraanreceptor in het membraan van dendrieten, dit binding is een chemische signaal die dan een ladingsverandering veroorzaakt die leidt tot een nieuw impuls
wat is de invloed van drugs op neurotransmissie
drugs beïnvloeden neurotransmissie door bv te stimuleren zoals bv meer dopamine als normaal afgeven of het heropname van neurotransmitters verhinderen deze drugs hebben een stimulerrende functie, anderer drugs kunnen een hallucinogene of verdovende functies hebben.
impulsoverdracht van receptor naar sensorisch neuron
de receptor wordt geprikkeld die prikkel gaat ervoor zorgen dat er een ladingsverandering in het receptro waardoor er een impuls ontstaat, de neuro transmitter wordt dan vrijgegeven en gaat danbinden aan de membraanreceptor van de dendriet van een sensorisch neuron, hierdoor ontstaat er een chemisch signaal die gaat verandert in een elektrisch signaal
impulsoverdracht van motorisch neuron naar spier
de synaps tussen een axon van een motorisch neuron en een spiervezel wordt een motorisch eindplaat genoemd in deze synaps gaat de neurotransmitter zich binden om het membraanreceptor, er gaat een ladingsverandering ontstaan, deze elektrische signaal zorgt voor een spiercontractie
bouw van de hersenen
onze hersenen liggen beschermd in de hersenschedel en ook door onze hersenvliezen. Ons hersenen heeft een bleekroze kleur als er bloed doorstroomt.
grote hersenen
aan de buitenkant zijn er veel groeven
, de 4 grootste groeven verdelen de hersenen
hersenbalk
aan de basis van de overlangse groef ligt de hersenbalk, het is een strook dat de linker en de rechterhemisfeer verbindt
tussenhersenen
de tussenhersenen bevinden zich tussen de grote hersenen en de hersenstam, het bestaaat uit de thalamus en de hypothalamus, onderaan de tussenhersenen bevindt zich ook de hypofyse
hersenstam
de hersenstam bevindt zich tussen de tussenhersenen en de ruggenmerg, het is samengesteld uit de middenhersenen, de brug van varol en het verlengde merg. het vormt de overgang naar de ruggenmerg
kleine hersenen
ze liggen aan de achterzijde van de hersenstam, de kleien hersenen zijn door een overlangse groef verdeeld in twee hemisferen die met elkaar verbonden zijn door de brug van varol
hersenvliezen
de hersenen wordt ook beschermd door de hersenvliezen met hersenvocht ertussen,het vlies dat tegen de hersenen ligt voorziet het zenuwstelsel van voedingstoffen en zuurstofgas, het buitsenste vlies is verbonden met de schedel
hersenholten of ventrikels
de hersenholten staan met elkaar in verbinding, de wand van de ventrikels is rijk aan bloedvaten. Dat vaatrijk weefsel geeft hersenvocht af, waarmee de ventrikels gevuld zijn.
wat zijn de functies van hersenvocht
- schokken opvangen
- zorgen voor een extracellulair milieu voor de neuronen
- de inwendige druk in de hersenen constant houden
wat is waterhoofd
waterhoofd krijg je als je teveel hersenvocht hebt, hierdoor worden de ventrikels groter en de hersenweefsel samengedrukt, maar het kan met operatie behandeld worden.
bouw van het ruggenmerg
de ruggenmerg is een buissvormige streng gelegen in het wervelkanaal die ontstaan is door de wervelgaten van een op elkaar gelegen wervels. tussen wervellichamen liggen tussenwervelschijven die zorgen dat je u wervelkolom kunt bewegen en schokken opvangen. Tussen wervels ligt er ook nog een tussenwervelgat, hierdoor gaan de ruggenmerg zenuwen ontspringen. Het ruggenmerg bestaat uit grijze stof omgeven door witte stof, deze stoffen vormen een figuur met 4 hoornen 2 dorsale en 2 ventrale hoornen. In het midden van het grijze stof is er een ruggenmergkanaal dat met ruggenmergvocht gevuld is. Je hebt ook nog de ruggenmergvliezen die voor bescherming zorgen en voor voedingsstoffen en zuurstofgas