Tegenstellingen Les 10: 101-110 Flashcards

Tegenstellingen Les 10: 101-110

1
Q

een drastische maatregel

A

een slappe maatregel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

een eenvoudig karwei

A

een ingewikkeld karwei

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

een effen weg

A

een hobbelige weg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

een gangbare uitdrukking

A

een abnormale uitdrukking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

een gematigd klimaat

A

een koud, warm klimaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

een gigantisch schip

A

een klein schip

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

een grondig onderzoek

A

een oppervlakkig onderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

een heldere hemel

A

een bewolkte hemel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

een heuvelachtig gebied

A

een vlak gebied

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

een hatelijke opmerking

A

een lovende opmerking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly