Teams Flashcards

1
Q

Wat zijn 3 praktische regels om een team succesvol te maken?

A

Team: size & mix
Doel: gemeenschappelijk & duidelijk
Aanpak: gemeenschappelijk & aansprakelijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn succesfactoren van een team?

A
  • vat vol kennis
  • ontstaan van creatieve ideeën
  • elkaar ondersteunen
  • bevorderen van het leerproces
  • versterkt het zelfonderzoek

-> resultaten zijn meestal beter dan individuele resultaten
-> complexe problemen kunnen op een effectieve manier opgelost worden
‘the wisdom of crowds’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat bepaalt de effectiviteit van een team?

A

1) kleine omvang (<10)

2) aanvullende vaardigheden:
- technische expertise
- probleemoplossend denken
- beslissingsvaardigheden
- …
- > juiste mix is belangrijk

3) gemeenschappelijk doel
- targets
- kwaliteit
- gezamenlijke uitdaging

4) duidelijk doel
duidelijk maken door SMART principe:
- Specifiek
- Meetbaar
- Acceptabel
- Realistisch
- Tijdsgebonden
-> productiecyclus het komende jaar met 30% versnellen

5) duidelijke structuur/aanpak
- eenduidigheid over wie wat doet, planning, …
- gezamenlijke aanpak moet vastliggen

6) wederzijdse aansprakelijkheid
- zowel individuele als gezamenlijke aansprakelijkheid moet gerespecteerd worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de obstakels van team effectiviteit?

A
  • weinig richtingsbesef
  • onderlinge strijd
  • verantwoordelijkheden ontduiken
  • gebrek aan vertrouwen
  • gebrek aan cruciale vaardigheden
  • gebrek aan externe steun
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de praktische omgang van een team?

A

1) formuleer duidelijke doelen, deel ze op in kleine tussendoelen

2) bouw wederzijds vertrouwen door:
- klimaat van openheid
- toon respect
- wees rechtvaardig
- zet meningsverschillen opzij

3) beoordeel zowel individueel als groepsprestaties (geen ‘free riding’)

4) benodigde externe steun verlenen:
- werkruimte
- uitrusting
- opleiding

5) training in teambuilding aanbieden
6) samenstelling van het team wijzigen bij onderlinge strijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke 3 modellen/categorisaties zijn er?

A
  • Vormings stadia:
    x: tijd
    y: effectiviteit
  • De 5 samenwerkingsvormen
  • Performantiecruve
    x: effectiviteit
    y: impact
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het vorming-/ontwikkelingsstadia?

A

5 fases:

1) vormen:
- onzekerheden over het doel
- antwoorden zoeken op vragen (middelen, rollen, vaardigheden, …)
=> bewustzijn, betrokkenheid, acceptatie

2) stormen
- frustraties en conflicten bij beslissingen
- lage productiviteit
- verslechterde communicatie
=> progressie voorwaarden:
-> los conflicten op over macht en taakstructuur
-> acceptatie en samenhorigheid opbouwen

3) normen
- samenwerking staat centraal
- betrokkenheid bij doelstellingen is verbeterd
- denken als ‘wij’ ipv ‘ik’
- behoorlijk hoge productiviteit
=> progressie voorwaarden:
-> verdere integratie van rollen, doelstellingen en structuur
-> verder opbouwen van relaties en vertrouwen

4) presteren
- prestaties staan centraal
- productiviteit bereikt hoogtepunt
- wederzijds vertrouwen en respect

5) beëindigen
- niet bij permanente teams, wel bij tijdelijke taakgroepen
- variatie van productiviteit en sociale contacten
- feedback van leidinggevende

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waarom faalt een team in een ontwikkelingsstadia?

A

Vormen en/of stormen:

  • groep ontwikkelt zich niet
  • veel discussie over procedures
  • creatie van subgroepen
  • verborgen conflicten

Normen:

  • subgroepen blijven / conflictenvermijding
  • té vroege prestatietevredenheid

Algemeen:

  • nieuwe deelnemers
  • conflict over fundamenteel punt
  • té grote afhankelijkheid van de leider (geen ‘team’)
  • communiceren buiten de groep
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe stimuleer je teamontwikkeling?

A

Positieve zaken stimuleren:

  • belang van gemaakte prestaties benadrukken (kleine succesjes)
  • discipline
  • team gaat boven individu

Negatieve zaken voorkomen:

  • slechte arbeidsethos detecteren en ombuigen
  • gebrek aan overtuiging vermijden
  • de ‘lone wolf’ en de ‘nerd’
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de 5 samenwerkingsvormen?

A

1) groep
- > geen team en wordt het ook niet

2) pseudoteam
- > geen team, kan wel worden
- > er wordt intern structuur gevormd dus tijd verloren voor het doel maar effectiviteit omhoog door betere samenwerking

3) potentieel team
- > deelnemers zien belang in van teamvorming

4) echt team
- > voldoet aan de effectiviteitsvoorwaarden

5) uitstekend team
- > high performance team, zelfversterkende samenwerking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is het nut van de belbin teamrollen?

A
  • teams zijn succesvoller wanneer ze heterogeen zijn
  • logisch groeperen van taken en activiteiten op basis van teamrol
  • potentiele conflicterende rollen analyseren en vermijden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe bouw je een effectief team? (kort uitgelegd)

A

Overeenstemming bereiken over een gezamenlijke aanpak.

Onderling vertrouwen tussen de leden opbouwen.

Stimuleren dat iedereen de aansprakelijkheid aanvaardt voor zowel zijn eigen prestaties als die van de groep.

De vereiste training en middelen beschikbaar stellen.

Mogelijkheden voor kleine succesjes scheppen. (Zie “Change Management”.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly