Scheikunde Flashcards
1
Q
Stofeigenschappen
A
een eigenschap waaraan je een stof herkent
2
Q
stofconstanten
A
een eigenschap die je met een getal kunt aangeven, gevolgd door een eenheid
3
Q
eenheden
A
de maat waarmee je een grootheid meet
4
Q
grootheden
A
een eigenschap die meetbaar is
5
Q
grenswaarde
A
geeft aan hoeveel mg van een stof in 1 m3 lucht aanwezig mag zijn
6
Q
H-zinnen
A
gezondheidsgevaren
7
Q
P-zinnen
A
Preventie, het voorkomen van ongelukken
8
Q
fasen
A
vloeistof, vaste stof en gas
9
Q
toestand aanduiding
A
s, l, g en aq
10
Q
zuivere stof
A
1 stof
11
Q
mengsel
A
twee of meerdere stoffen
12
Q
samenstelling
A
hierdoor weet je of het product uit 1 of meerdere stoffen bestaat
13
Q
smeltpunt
A
het punt waarbij de stof van vast naar vloeistof gaat
14
Q
kookpunt
A
het punt waarbij de stof van vast naar gas gaat