Puis-je- Souhaits Flashcards
1
Q
Puis-je avoir…?
A
Mag ik…hebben? Kan “
2
Q
Pouvez-vous m’indiquer…?
A
Kunt U me/mij…wijzen?
3
Q
Pouvez-vous me dire si…?
A
Kunt U me/mij zeggen of…?
4
Q
Puis-je (vous) demander…?
A
Mag Ik (U)…vragen?
5
Q
Pouvez-vous m’aider svp?
A
Kunt U me/mij helpen a.u.b.?
6
Q
Désolé, je ne peux pas!
A
Sorry, dat is mij onmogelijk!Sorry, ik kan niet
7
Q
Je voudrais…
A
Ik zou graag…/Graag zou ik…
8
Q
Pouvez-vous me donner ceci?
A
Wilt U/Kunt U me/mij dit geven?
9
Q
Apportez-moi…
A
Bring me…
10
Q
Montrez-moi…
A
Laat me/mij…zien
11
Q
Je cherche…
A
Ik zoek (naar)…
12
Q
J’ai besoin de…
A
Ik heb…nodig