Probleem 7: Life turned upside down

Question 1

Wat zijn typische problemen die komen kijken bij de midlife? (Lachman-2004)

Answer 1

Fysieke en psychologische veranderingen
Privé/werk balans
Geheugen gebrek (paradox: wel intelligenter, wijzer)
Lager energieniveau
Problemen op gebied van werk en slaap

Question 2

Wat stelt eric sons theorie? (Lachman-2004)

Answer 2

Taak van middelbare leeftijd is het succesvol oplossen van eerdere problemen. Bezig met normen en waarden over te dragen aan de nakomelingen. Heeft vooral te maken met 8 fases van de levensloop

Question 2

Waarom kan een midlife crisis ontwikkelen? (Lachman-2004)

Answer 2

Kan ontstaan door grote levensgebeurtenissen (ziekte, verliezen baan).

Sommigen hebben meer kans op het ontwikkelen van een midlife crisis. Bijvoorbeeld neurotische mensen kunnen een heftigere reactie hebben hierop. Ook twijfel over wat je allemaal nog wilt doen.

Question 2

Wat stelt Yung’s theorie? (Lachman-2004)

Answer 2

individuatie: omgaan met psychologische en fysieke veranderingen. Het is niet op winsten maar op behouden van.

Question 3

Welke leeftijdsgroep is middelbare leeftijd? (Lachman-2004)

Answer 3

Grenzen van middelbare leeftijd niet duidelijk: 30-75 jaar. Maar normaal tussen 40-65 jaar dat je midlife crisis kan ervaren.

Question 4

Welke veranderingen vinden er plaats in persoonlijkheid? –> big 5 (Lachman-2004)

Answer 4

Sommige aspecten kunnen veranderen. Alles wordt wat meer stabiel, rustiger, minder stress.

Neuroticisme: lager, leven wordt stabieler

Openness: Minder open voor nieuwe ervaringen

Agreeableness: Meer, minder ruzie en minder argumenteren.

Question 4

Hoe is cognitief functioneren betrokken bij middelbare leeftijd? (Lachman-2004)

Answer 4

Vermindering van intelligentie. Maar pragmatische aspecten worden wel beter, zoals bijvoorbeeld ervaring.

Question 5

Sommige mensen kijken positief en andere negatief op deze leeftijd. Wat zijn verklaringen hiervoor? (Lachman-2004)

Answer 5

Spectrum verklaring: sommigen meer aan crisis kant, sommigen aan positieve kant, anderen ertussen

Individuele verschillen: Hoe iemand naar zichzelf en situatie kijkt

Sequentiële relatie: midlife crisis wordt gevolgd door groeiperiode. Eerst dieptepunt om dan omhoog te komen

Levensdomeinen: bv - op gebied van werk wel dieptepunt, maar sociaal gaat het juist heel goed. Niet op elk domein een crisis.

Question 5

Welke emotionele veranderingen kunnen er plaats vinden? (Lachman-2004)

Answer 5

Lijken meer op jong volwassenen dan oud volwassenen. Meer bronnen die ze kunnen gebruiken in het omgaan met uitdagingen.

Question 6

Welke veranderingen vinden er plaats op sociaal gebied?(Lachman-2004)

Answer 6

Worden geherstructureerd, vooral in werk en familie. Ouders verliezen, kinderen groeien op…
Aan ene kant kunnen ze sociale steun goed gebruiken, maar aan andere kant moeten ze ook veel sociale steun bieden aan anderen. Kan zorgen voor stress.

Question 7

Welke veranderingen vinden er plaats op gebied van werk? (Lachman-2004)

Answer 7

Cruciale rol. Piek in salaris, maar ook in uitgaven. Geld kan grote stressor zijn. Bij mannen vaker aanleiding voor depressie, bij vrouwen vaker gezondheid en relaties wat kan zorgen voor depressie.

Question 8

Welke veranderingen vinden er plaats op gebied van gezondheid?(Lachman-2004)

Answer 8

Gaat meest achteruit bij mensen met lage SES. Vrouwen komen in menopauze.

Question 9

Klopt het dat de midlife crisis ontstaat door angst voor de dood?(Lachman-2004)

Answer 9

Nee dit klopt niet. Mensen gaan ervan uit dat de midlife crisis hierdoor komt, maar komt juist door belangrijke levensgebeurtenissen.

Question 10

Geef een korte samenvatting van het artikel van Lachman.

Answer 10

Niet iedereen heeft midlife crisis. Hangt af van bepaalde dingen (zie hierboven, zoals gezondheid)

Vaker last van midlife crisis: Mannen, want bij financiële problemen meer stress.

Vrouwen reflecteren vaker, dus denken niet plots “wat heb ik afgelopen tijd gedaan”.

Grote verschillen tussen twee groepen (emerging adults en midlife): maken dezelfde grote veranderingen mee, bij midlife misschien meer uitgespreid over langere periode. Veel variabiliteit EA, maar ML meer stabiel in werk, familie, relatie

Question 11

Waar gaat het artikel van Freund - 2009 over?

Answer 11

Gaat over de midlife crisis en geeft empirische bewijzen met voor- en nadelen.

Question 12

Welke definities zijn er van de midlife crisis?(Freund - 2009)

Answer 12

Verschillende definities midlife crisis: Strenge, middelmaat en losse definitie.

Question 13

Wat stelt de strikte definitie? (Freund - 2009)

Answer 13

3 eisen voor midlife crisis
normatief (meerderheid van mensen ervaart het)
gebonden aan specifieke leeftijd (40-60)
kenmerken onderscheiden zich van andere transities

Question 14

Wat zijn argumenten tegen de strikte definitie? (Freund - 2009)

Answer 14

Normatief. Als er mensen zijn die het niet mee maken, zou het gelijk niet meer normatief zijn.

Vaste leeftijdsgrenzen: of het gebeurd hierin, of helemaal niet.

Stellen dat er nieuwe doelen moeten gesteld worden, tegenbewijs: doelen stellen is niet uniek aan deze situatie.

Limitatie/nuancering: Empirisch niet bewezen, veel correlationeel onderzoek

Question 15

Wat stelt de moderate definitie? (Freund - 2009)

Answer 15

Lijkt op strenge, maar anders in het derde punt (eis). Nog steeds normatief en leeftijdsgebonden.

Factoren die bepalen of je wel of geen crisis doormaakt:
- Neuroticisme
- Reflecteren op leven, kijken naar wat je nog wil bereiken (periode van reflectie op doelen)

Question 16

Wat zijn argumenten tegen de moderate definitie? (Freund - 2009)

Answer 16

Alleen negatieve gebeurtenissen staan centraal, is niet waar.

Het grootste deel van mensen lijken geen crisis te ervaren.

Nieuwe doelen maken kan ook juist positief uitpakken/ervaren worden.

Meeste mensen kijken positief op de periode van midlife.

Deze definitie loopt nog steeds vast op het normatieve deel.

Question 17

Wat stelt de losse definitie? (Freund - 2009)

Answer 17

Niet normatief
Niet perse verschillend van andere periodes
Problematische transitiefase die voor sommige mensen geldt, maar niet voor iedereen. Er kan crisis plaatsvinden, maar niet bij iedereen.

Question 18

Wat is volgens de auteurs de beste definitie? (Freund - 2009)

Answer 18

De losse definitie houdt wel stand: omdat het overeenkomt met de realiteit, dat sommigen wel crisis ervaren en anderen niet. Is ook het meest justified/meeste bewijs.

Question 19

Waar doet Blanchflower - 2017 onderzoek naar?

Answer 19

Onderzoekt het patroon van psychologisch welzijn
met 1,3 miljoen participanten tussen de 20 - 90 jaar uit 51 landen.

Question 20

Welke 2 methodes worden er gebruikt? (Blanchflower - 2017)

Answer 20

Descriptive approach: totale effect onderzoeken (ruwe data) van het effect van leeftijd op welzijn

Analytical approach: hier controleer je voor andere sociaal-economische factoren/invloeden als SES, getrouwd of niet.

Question 21

Wat zijn de resultaten? (Blanchflower - 2017)

Answer 21

Kijken naar U-vormige relatie tussen leeftijd en welzijn. Significante midlife dip. Welzijn daalt licht rond midlife (eind 40).

Ondanks dat het klein is, heeft het evenveel impact als een grote, impactvolle levenservaring.

Descriptieve aanpak gaf 5 vd 7 bewijs voor de dip.

Analytisch gaven alle 7 bewijs voor de dip.

Nog geen wetenschappelijke verklaring waarom de dip voorkomt.

Question 22

Wat is de reden van onderzoek voor Galambos - 2020?

Answer 22

Niet eens met hoe er gekeken wordt naar midlife dip door Blanchflower.

Geeft reactie op artikel van Blanchflower.

Gaat ook over U-vormige relatie tussen genoemde factoren.

Question 23

Wat is kritiek op Blanchflower? (Galambos - 2020)

Answer 23

bewijs voor de U-shape gebaseerd op
cross-sectioneel onderzoek –> niet heel betrouwbaar

selectie effect: kans dat mensen
stoppen met studies, waardoor de
resultaten biased zijn

Question 24

Wat zijn argumenten dat het onderzoek van blanchflower niet generaliseerbaar is? (Galambos - 2020)

Answer 24

Cross-sectioneel onderzoek is niet voldoende om intra-persoonlijke veranderingen te meten van geluk gedurende het hele leven van iemand. Daarvoor is longitudinaal onderzoek nodig.

Bewijs van cross-sectionele U-shape happiness levels is erg gemengd. Longitudinal echter ook gemengde resultaten. Dus in het algemeen niet duidelijk bewijs voor de U-shape.

Longitudinaal onderzoek dat andere factoren van welzijn (ipv algemene welzijn) laat geen u-shape zien

Mensen van oudere leeftijd kijken terug op de midlife als een positieve/gelukkige periode

Als je alleen maar kijkt naar een manier van welzijn kan niet de diversiteit in verschillende soorten welzijn aantonen.

Cohort effecten kunnen de dip verklaren

Question 25

Wat is de oplossing? (Galambos - 2020)

Answer 25

Ze pleiten voor een multidisciplinaire, bredere, longitudinale aanpak nodig om welzijn te meten binnen verschillende leeftijdscategorieën.

Question 26

Is er een mid-life dip?

Answer 26

Dip is klein, niet voor iedereen. Of er een dip is hangt af van studie, en wat je vind van de data.

Question 27

Waarom is het niet zeker of er een midlife dip is?

Answer 27

Alleen crossectionele data in verschillende landen met andere interpretaties van geluk en welzijn.

Hele grote dataset.

Niet meenemen van bepaalde factoren die sommige cohorts hebben.

Veel gemiddelde, wat beïnvloed kan worden door extremen.