Probleem 1: The burden of being bullied Flashcards

1
Q

Wat zijn oorzaken van pesten ?

A
  • Sociale dominantie
  • Information Processing Bias
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waarom is sociale dominantie een oorzaak van pestgedrag?

A

pestkoppen gebruiken pesten om sociale dominantie/ hoge status te behouden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is information processing bias en waarom is het een oorzaak van pesten?

A

Ze zien onduidelijke situaties sneller als iets negatiefs en handhaven hun positieve/opgeblazen zelfbeeld door agressief te zijn/anderen de schuld te geven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat zijn risicofactoren die pestgedrag in stand houden?

A

alles wat iemand onderscheid van de ‘rest’ van de groep
- Vroegtijdige puberteit
- Beperking (lichamelijk/verstandelijk)
- Geaardheid
- Lagere sociale status
- Depressie
- Gebrek aan vrienden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

leg uit: ‘‘de lage mate van negatieve sociale feedback houdt pesten in stand’’

A

pestkoppen krijgen vrijwel nooit negatieve sociale feedback van anderen, ze worden zelfs bekrachtigt door (glim)lachen tijdens pestgedrag. Dit doen omstanders om hun sociale status, reputatie en veiligheid te beschermen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

er zijn twee type slachtoffers van pesten. Benoem deze en leg uit

A
  • Onderdanig:
    mensen die meer angstig, onzeker en gevoelig zijn, zijn vaak het slachtoffer van pesten.
  • Provocerend:
    Proberen dmv agressief gedrag het pesten tegen te gaan, maar vaak onsuccesvol. Dit zorgt voor een belonende reactie bij de pestkop. Provocerende slachtoffers hebben vaak emotionele regulatie- en aandachtsproblemen (komt veel voor bij kinderen met ADHD).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat houdt het aanpassingsprobleem van slachtsoffers op pestgedrag in?

A

Kinderen weten niet de juiste manier te vinden om met het pestgedrag om te gaan. Het is onbekend of dit een oorzaak of gevolg is van/voor het pestgedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat zijn risicofactoren voor kinderen om een pestkop te worden

A
  • Kill
  • Een gebrek aan emphatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat zijn de contextuele factoren die pestgedrag in stand houden?
Leg de verschillende factoren uit

A
  • Schoolklimaat = niet geaccepteerd worden = meer kan op gepest worden.
  • Diversiteit in ras/etniciteit = minder pestgedrag, meer verdeelde machtsverhouding
  • Weinig werkdruk op school = meer pestgedrag
  • Het hebben van vrienden (1 is al helpend) kan een beschermende factor zijn voor de gevolgen van pesten. Slachtoffers gaan het pestgedrag minder intern attribueren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

benoem de twee vormen van pesten en leg uit

A

Direct: Fysieke agressie, bedreigingen, scheldpartijen. Vaak bedoeld om iemand direct te intimideren

Indirect: verspreiden van roddels, uitsluiting. Bedoelt om iemand zijn sociale reputatie/status te beschadigen, zonder zelf als dader gezien te worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat zijn de genderverschillen bij direct en indirect pesten?

A

Mannen zijn vaak agressiever dan vrouwen. Direct pesten komt meer voor bij mannen

Geen genderverschillen in indirect pesten (alhoewel dit wel vaak gedacht wordt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe verandert pesten naarmate kinderen ouder worden ?

A

Hoe ouder kinderen worden, hoe minder geaccepteerd het is om fysieke agressie te gebruiken. De directe vorm van pesten verandert in een indirecte vorm.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is cyberbullying?

A

Het online pesten; verspreiden van genante fotos of directe berichtjes sturen. Hangt nou samen met normaal pesten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat zijn factoren die cyberbullying toegankelijker maken?

A

Anonimiteit en gebrek aan sociale controle maakt het gemakkelijk om cyberbullying te gebruiken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat zijn de lange termijn gevolgen van pesten voor het kind dat gepest wordt?

A
  • sociale afwijzing
  • isolatie
  • meer schoolverzuim → lager presteren op school
  • lagere sociale status
  • meer depressieve gevoelens
  • meer kans op psychiatrische problemen (suïcidale gedachten komen voor bij beide types slachtoffers, maar vooral bij agressieve slachtoffers)/
  • hoofdpijn/ buikpijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat zijn lange termijn gevolgen voor de pestkop?

A
  • middelenmisbruik
  • criminele activiteiten
  • werkloos/ stoppen met school
17
Q

welke rol spelen omstanders in pestincidenten?

A

vaak kant kiezen van de pestkoppen (lachen, kijken) → ze weten niet wat ze moeten doen en wilde sociale status hoog houden

18
Q

welke rol spelen provocerende slachtoffers in pestincidenten?

A

gedrag in stand houden omdat ze het steeds niet winnen van de meer dominante pestkoppen → mislukte agressieve gedrag beloning voor pestkop omdat er überhaupt een reactie uit komt → versterkt pesten

19
Q

welke rol spelen onderdanige slachtoffers in pestgedrag?

A

Onderdanige slachtoffers: zullen van zichzelf meer terughoudend/vermijdend zijn. Wanneer ze gepest worden komen ze ogenschijnlijk in een vicieuze cirkel terecht die ervoor zorgt dat ze gepest blijven worden.

20
Q

welke soorten schoolinterventies zijn er om pestgedrag tegen te gaan?

A
  • Whole school approach
  • curriculum Interventie
  • Interventies gericht op de pestkop/gepeste
21
Q

Wat stellen Vreeman en Caroll over de whole school intervention?

A

Deze auteurs zijn positief over de effecten.

22
Q

Wat stelen Barbero et al over de whole school intervention ?

A

Vinden matige voordelen in hun analyse, zijn terughoudend.

23
Q

wat is de whole school approach?

A

Een school-breed interventie-programma. Positieve schoolcultuur wordt bevorderd, pesten wordt ontmoedigd en iedereen wordt betrokken (ouders, leraren, leerlingen, pesters en gepeste kinderen). Zorgt voor bewustwording van pestgedrag, monitoren van incidenten en zorgen voor consistente reacties op pestincidenten.

24
Q

wat zijn curriculum interventies?

A

les geven/educatieve informatie verschaffen over pesten en de gevolgen daarvan om zo pesten te verminderen

25
Q

wat stellen Vreeman en Caroll over de Curriculum interventies ?

A

6/10 geanalyseerde studies vindt geen significant effect, de rest vindt een minimaal effect (auteurs zijn geen voorstander van deze vorm van interventie)

26
Q

wat stellen Barbero et al van de curriculum interventie ?

A

klein deel gaf matige verbetering aan → niet erg effectief.

Net als Vreeman en Caroll zijn deze auteurs geen voorstander van de curriculum intervention approach

27
Q

wat stelt van der Ploeg over curriculum interventions?

Side note: KiVa is een vorm van een curriculum interventie programma

A

Ze vinden op korte termijn positieve effecten van de support groep approach die gebruikt wordt in KiVa. Op lange termijn vinden ze geen significante veranderen, behalve dat ze gepeste kinderen meer hulp van bijstanders krijgen bij pestincidenten.

28
Q

Wat stellen Vreeman en Caroll over de interventies die gericht zijn op enkele personen die betrokken zijn bij pestincidenten? (de pestkop of gepeste)

A

vinden in hun analyse dat interventies gericht op gedrag van enkele personen enkel op jonge leeftijd effectief is. Echter, de resultaten zijn niet te generaliseren + onduidelijke verbeteringen omdat het net als bij curriculum maar op 1 gebied focussed

29
Q

wat is een monograph?

A

Een artikel dat een overzicht geeft over alle beschikbare informatie over een specifiek onderwerp.

30
Q

Wat voor soort artikel schreven Vreeman & Caroll?

A

Een systematic review

31
Q

Wat is een systematic review?

A

literatuurreview, eigen interpretatie geven na resultaten van andere onderzoeken te bekijken → kan subjectief zijn

32
Q

wat voor studie schreven Barbero et al?

A

een meta analyse

33
Q

wat is een meta-analyse?

A

focust op resultaten van de studies en kijkt naar de effect sizes die gevonden zijn. Hiervan nemen ze het gemiddelde → objectiever dan een systematic review

34
Q

welke van de twee onderzoeksmethode is objectiever?
1) een meta-analyse
2) een systematische review

A

Een meta-analyse is objectiever omdat hier meer naar de statistieken wordt gekeken en geen eigen interpretatie van de studies wordt gegeven.

35
Q

wat is het verschil tussen de artikelen van Barbero et al vs. Vreeman & Caroll?

Hiermee geef je gelijk antwoord op de vraag: Hoe kan het verschil in conclusies over de effectiviteit van pestinterventieprogramma’s verklaard worden

A

1) Onderzoeksontwerp verschilt (meta-analyse vs systematic review)
2) De tijdslijn waaruit de artikelen geselecteerd zijn (Barbero et al is veel recenter)
3) Barbero et al. hebben een strengere inclusion criteria.

36
Q

wat is het verschil in onderzoeksvraag tussen Barbero et al vs. Vreeman & Caroll?

A

Barbero et al focussen zich op de effectiviteit van interventieprogramma’s op verschillende uitkomstmaten.

Vreeman & Caroll kijken naar de effectiviteit in het algemeen, en kijken niet naar specifieke uitkomstmaten.

37
Q

Wat is de main conclusion van Van der Ploeg over het KiVa programma?

A
  • Programma heeft positieve effecten op korte termijn, niet op lange termijn.
  • Op lange termijn houdt een gepest kind er meer bijstanders aan over (dit is het enige significante, positieve verschil van het programma)
38
Q

Hoe generaliseerbaar is het onderzoek van Van der Ploeg en waarom?

A

Niet goed te generaliseren.

  • Kleine steekproef
  • Hoe specifieker een onderzoek is, hoe minder generaliseerbaar het wordt. Het onderzoek van Van der Ploeg is erg specifiek.
  • Er is geen gebruik gemaakt van een controlegroep, waardoor er alleen gekeken wordt naar de effectiviteit van de support groep, maar niet van KiVa in zijn algemeen.