Pijnstoornissen Flashcards
Wat kan je verstellen over dyspareunie en vaginisme die onder de noemer van seksuele pijnstoornissen geplaatst worden?
- pas aandacht voor in DSM-III (1980)
- gedefinieerd in termen van activiteit in plaats van locatie van pijn
- als de pijn specifiek zou zijn voor de seksuele activiteit, dan zou de pijn niet mogen optreden bij andere activiteiten zoals sporten
- voor sommige vrouwen is de pijn al aanwezig nog voor dat er geslachtsgemeenschap is geweest
Wat is de prevalentie van dyspareunie?
- tot 21% van de vrouwen heeft pijnlijke seks
- 60% zoekt een behandeling, waarvan 40% nooit formele diagnose krijgt
- grote overlap dyspareunie en vaginisme: vrouwen met vaginisme ervaren pijn tijdens de seks, vrouwen die pijnervaren gaan vaginistisch reageren
Wat is de standaard behandeling van dyspareunie?
- sekstherapie gericht op psychoseksuele en relatieproblemen met enige vaginale dilatatie
- naar de specifieke kenmerken van pijn werd zelden gevraagd: branderig, snijden, stekend of schurend
Wat is de nieuwe behandeling van dyspareunie?
- nog steeds vragen gesteld over seksualiteit, maar ook over pijn
- pijn management, fysiotherapie en gynaecologische chirurgie maken nu deel uit van de sekstherapie
Wat zijn de verschillende soorten dyspareunie?
Diepe dyspareunie.
- dof, scherp snijdende pijn
- in buikholte
- bij diep stoten in vagina
- twee hypothesen: door retroversie van de baarmoeder of door endometriose (menstruele slijmvlies komt in de buikholte terecht)
Oppervlakkige dyspareunie/uitgelokte vulvodynie.
- brandigere pijn
- door druk op vulvaire vestibulum
- of door poging tot penetratie
- geen bekende fysieke oorzaak
Mogelijke hypothese zou zijn dat deze vrouwen (laatsgenoemde) gevoeliger zijn voor aanrakingen in het algemeen. Bij de wattenstaaftest, waarbij het vestibulum kort wordt aangeraakt met een natte wattenstaaf, ervaren ze dezelfde pijn als wanneer ze seksueel actief zijn.
Wat is de pijncirkel?
- Spano
- seks = de ervaring van en de herinnering aan pijn
- angst bij initiëren volgende seksuele activiteit
- verlies of verminderen opwinding
- minder lubricatie
- penetratie lijdt tot vestibulair erytheem
- pijn bij het plassen
- pijn(herinnering) wordt versterkt
- cirkel wordt nogmaals doorlopen maar met meer angst
- minder opwinding, minder lubricatie
- spanning in bekkenbodemspieren
- penetratie zorgt voor versterking vestibulair erytheem
= vicieuze cirkel
De manier waarop de partner hiernaar kijkt heeft eveneens een invloed:
- aandringen: angst word versterkt
- volledig verwijderen van seksualiteit: terechtkomen in vermijdingscirkel
Hoe werd de pijncirkel van Spano uitgebreid?
- Pazmany en Ramaekers: het psychologisch-etiologisch model en neurobiologisch-etiologisch model
Psychologisch-etiologisch model
- (catastroferende gedachten bij) pijnervaring
- angst voor pijn en hypervigilantie
- lubricatie vermindert
- mechanische frictie
- gevoel van ‘abnormale vrouw’
- negatief seksueel zelfschema
- intimiteit en seksualiteit wordt vermeden
- als partner nog maar in de buurt komt, kan de gehele cirkel doorlopen worden
Neurobiologisch-etiologisch model
- perifere sensitisatie: pijn wordt verwerkt in de hersenen en deze zorgen dat de sympathische zenuwen een invloed gaan hebben
- perifere sensitisatie komt overeen met hypervigilantie
- de zenuwen zijn zo laagdrempelig afgestemd dat de minste aanraking wordt gevoeld
Wat zijn de gevolgen van dyspareunie?
- verminderde QoL
- beïnvloeding van alle fasen van de seksuele respons cyclus
- vermindert zelfrespect
- twijfels over aantrekkingskracht
Er zijn subtypes naargelang het ervaren van lichamelijke symptomen:
- geen fysieke symptomen, meer psychologische problemen, meer relationele onenigheid, geen verschil in seksueel functioneren
- PVD zorgt voor beïnvloeding van alle fasen van seksuele respons cyclus
Pijn tijdens geslachtsgemeenschap bestaat al heel lang. Waarom komen ze nu pas af met innovatie?
- Veel controverse, en weinig communicatie, tussen de verschillende disciplines: gynaecologen, geestelijke gezondheidswerkers en pijnspecialisten
- Is pijn tijdens seksuele activiteit een symptoom of syndroom?
- Geen grote zorg voor clinici en onderzoekers
Er is veel controverse tussen de verschillende disciplines mbt theorieën en behandelopties van dyspareunie. Leg uit.
Gynaecologen:
- Dualistische benadering die op zoek gaat naar een fysieke oorzaak. Als je fysieke pathologie gaat behandelen, verdwijnt de pijn. Als de pijn niet kan worden verlicht, heeft het waarschijnlijk een psychogene oorzaak en moet je naar de geestelijke gezondheidszorg
- Biopsychosociale benadering die stelt dat bekkenbodempijn meervoudig gedetermineerd is. Met als uitzondering vaginisme: psychosomatische aandoening met doorverwijzing naar sekstherapie
Professionals in geestelijke gezondheidszorg:
- Dualistische benadering waarbij van een psychogene oorzaak uitgegaan wordt (foutieve interactie tussen koppels of slechte seksuele techniek), wordt er geen psychogene oorzaak gevonden, dan zal het gaan om vaginale atrofie wat een kenmerk van de menopauze is
Pijnspecialisten:
- het gaat om pijnstoornissen die chronisch kunnen worden zoals bekkenpijn, dyspareunie en vaginisme.
- complexe interacties van biopsychosociale determinanten
Hoe behandelen gynaecologen dyspareunie?
- topische crèmes voorschrijven (antifugal, corticosteroïde, oestrogeen), na verloop van tijd krijg je echter zelfmedicatie
- systemisch behandeling
- (kleine) chirurgische ingreep: hoefijzerressectie
Hoe wordt dyspareunie behandeld adhv gedragsinterventies?
- Sekstherapie probeert verlangen en opwinding te verhogen en de vaginale spiercontracties te verminderen.
- Bekkenbodemfysiotherapie en biofeedback: sonde wordt ingebracht in de vagina waardoor vrouwen kunnen leren wat te veel en wat te weinig spanning is
- Fysiotherapie: musculatuur wordt manueel aangeraakt, zou zorgen voor minder pijn tijdens gynaecologisch onderzoek en geslachtgemeenschap. Op deze manier zou het dus ook zorgen voor meer geslachtsgemeenschap, verlangen en opwinding
- Cognitieve gedragsinterventie op groepsniveau
Wat is vulvodynie?
- Uitgelokte vulvodynie PVD / oppervlakkige dyspareunie
- vaginistische kramp waardoor elke penetratie moeilijk wordt
- Gevolgen: weinig zin in seks, moeilijker opgewonden raken, weinig tot orgasme kunnen komen, wanhoop, schuld en angst
- er moet een focus zijn op pijnmanagement en niet enkel op seks
Welke modellen horen bij PVD?
- Psychologisch-etiologisch model (Ramaekers, Ter Kuile en Pazmany)
- Neurobiologisch-etiologisch model (Ramaekers, Ter Kuile en Pazmany)
- Het vijf sporen beleid (Ramaekers en Jacobs)
Leg het psychologisch-etiologisch model van PVD uit.
Psychologisch-etiologisch model
- (catastroferende gedachten bij) pijnervaring
- angst voor pijn en hypervigilantie
- lubricatie vermindert
- mechanische frictie (spanning bekkenbodemspier + minder lubricatie)
- negatief seksueel zelfschema
- intimiteit en seksualiteit wordt vermeden
- gepaard met pijn en seksuele stress
- als partner nog maar in de buurt komt, kan de gehele cirkel doorlopen worden