Participium - onregelmatige vormen Flashcards
lezen
gelezen
brengen (to bring)
gebracht
leren
geleerd
schrijven
geschreven
doen
gedaan
zoeken
gezocht
koepen
gekocht
wegen (to weight)
gewogen
worden
geworden
vallen (to fall)
gevallen
verliezen (to lose)
verloren
vergeten
vergeten
ontmoeten (to meet)
ontmoeten
vertellen (to tell)
verteld
bezoeken (to visit)
bezocht
herkennen (to recognise, to know)
herkend
veranderen
veranderd
ontbijten
ontbijten
zijn
geweest
Vb: ik ben bij de directeur geweest
drinken
gedronken
kijken
gekeken
gaan
gegaan
Els is naar Parijs gegaan.
(Daar is ze nu nog).
geweest
Els is naar de supermarkt geweest.
(Ze is nu terug thuis).
opnemen (to take)
opgenomen
slapen
geslapen
beginnen
begonnen (is)
geven
gegeven
vragen
gevraagd
begrijpen
begrepen
hebben
gehad
komen
gekomen
weten
geweten
zwijgen (keep silent)
gezwegen
zingen
gezongen
zitten
gezeten
liggen
gelegen
helpen
geholpen
zwemmen
gezwommen
klimmen
geklommen
slapen
geslapen
gangen
gehangen
krijgen
gekregen
staan
gestaan
schijnen
geschenen
spreken
gesproken