Paradigma's basisassumpties Flashcards
Objectieve werkelijkheid, buiten ons bestaan. Deze werkelijkheid is onderhevig aan natuurwetten.
Positivisme (post-positivmse)
Afstand tussen kenner (subject) en gekende (object)
Positivisme (post-positivmse)
Controleerbare methodes
Positivisme (post-positivmse)
Onderzoek is objectief, rationeel en neutraal
Positivisme (post-positivmse)
De werkelijkheid hoe die zich werkelijk aandient en niet hoe die door de wetenschapper wordt bekeken.
Fenomenologie
Subjectieve ervaring (zintuigelijk, pre-reflexief)
Fenomenologie
Betekenisgeving vanuit “stock of knowlegde”
Fenomenologie
Betekenisgeving is niet individueel, maar wordt van generatie op generatie doorgegeven
Fenomenologie
Wetenschappelijke kennis wordt niet ontdekt, maar geconstrueerd of geproduceert tijdens het onderzoek
Sociaal constructivisme
Kenner en gekende zijn met elkaar verbonden, kennis ontstaat door interactie
Sociaal constructivisme
De kennis is afhankelijk van politieke, sociale en historische context waarin die kennis gemaakt wordt
Sociaal constructivisme
Kijkt naar de manier waarop sociale structuren (klasse, ras, gender) een invloed uitoefenen op objectieve ervaringen
Kritische theorie
Het zijn historische gevromde en reeël gemaakte structuren
Kritische theorie
Normatief: daagt historisch gevormde structuren uit door ze te construeren
Kritische theorie
Justice oriented, aandacht voor privilege en marginalisatie. Aandacht voor maatschappelijke ongelijkheid( intersectionaliteit)
Kritische theorie