Osteoarticulair Stelsel Flashcards

1
Q

Welke 3 aandoeningen worden besproken in het osteoarticulair stelsel?

A

Reumatoïde arthritis
Jicht
Osteoporose en ziekte van Paget

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is artritis?

A

Het is een aandoening waarbij er ontsteking en zwelling optreedt van verschillende in een of meerdere gewrichten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de meest voorkomende vorm van artritis?

A

Reumatoïde artritis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is reumatoïde artritis?

A

Een auto-immuun aandoening waarbij het immuunsysteem gezond weefsel van de gewichten aantast.
Dit resulteert in zwelling, pijn en misvormingen van de aangetaste gewichten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke vorm van artritis wordt gekenmerkt door een monoartritis? Wat wordt hiermee bedoeld?

A

Jicht: er is een acute ontsteking van maar 1 gewricht. Dit is meestal de grote teen of de knie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een kenmerk van RA?

A

Het is een polyartritis: de patiënten heeft meestal verschillende gewrichten die tegelijkertijd acuut geinflammeerd en vergroot zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke gewichten worden voornamelijk aangetast bij RA?

A

Kleine gewichten: vingers, pols en tenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke antilichamen circuleren in het bloed bij RA?

A

Reumafactor tegen gecitrulineerde eiwitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke factor heeft een grote impact op het ontwikkelen van RA?

A

Roken: risico van RA bij rokende mensen is hoger dan bij niet-rokende mensen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welk onderscheid wordt gemaakt voor de behandeling van RA?

A

Een acute symptomatische behandeling en een onderhoudsbehandeling tegen de inflammatie op lange termijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke geneesmiddelenklassen worden gebruikt voor een acute symptomatische behandeling van RA?

A

Combinatie van NSAIDs in hoge dosissen samen met corticoiden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke geneesmiddelenklassen worden gebruikt voor onderhoudstherapie bij RA?

A

DMARD’s en biologicals

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waarvoor staat DMARD?

A

Disease modifying anti-rheumatic drugs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke geneesmiddelen zijn onderdeel van DMARD?

A

Methotrexaat
Leflunomide
Hydroxychloroquine
Sulfazalazine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is het meest gebruikte DMARD?

A

Methotrexaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de 2 effecten van methotrexaat?

A

Cytotoxische en een immunosuppresieve activiteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Hoe wordt de dosis van methotrexaat uitgedrukt voor behandeling van RA?

A

In weekdosis: mg/week

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is de dosis methotrexaat dat per week toegediend wordt?

A

7,5 tot 25 mg/week

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Welke geneesmiddel/ stof moet samen met methotrexaat ingenomen worden? Waarom?

A

Foliumzuur: methotrexaat is een antifolaat geneesmiddel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat zijn de bijwerkingen van methotrexaat?

A

Leukopenie
Trombopenie
Teratogeen
Risico op leverfibrose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is leukopenie?

A

Aandoening waarbij het aantal witte bloedcellen abnormaal laag is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat is trombopenie?

A

Aandoening waarbij het aantal bloedplaatjes in circulatie abnormaal laag is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat is de eerste lijn medicatie voor de behandeling van RA?

A

Methotrexaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat is de 2de lijn medicatie voor de behandeling van RA?

A

Sulfazalazine en hydroxychloroquine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Wat zijn de bijwerkingen van Sulfazalazine?

A

Gastro-intestinale neveneffecten
Huidreacteis
Leukopenie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Met welk DMARD zal hydroxychloroquine combineert worden?

A

Met methotrexaat voor een maximaal effect

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Voor welke ziekte werd hydroxychloroquine eerst gebruikt?

A

Malaria

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Voor welke andere aandoening kan hydroxychloroquine nog gebruikt worden?

A

Lupus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Voor welke aandoening heeft hydroxychloquie een contra-indicatie en waarom?

A

Psoriasis: het zal zorgen voor een verbetering van de artritis maar voor een verslechtering van de huidletsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Welke vormen van artritis worden veroorzaakt door een sequel van virale infecties?

A

Lupus en jicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Op welke manier werkt leflunomide?

A

Ze werken vooral ter hoogte van de T-cellen. Ze zullen zorgen voor een inhibitie van de pyrimidinesynthese dat belangrijk is voor de celdeling van de T-cellen en voor de metabole activiteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Wanneer wordt leflunomide ingezet?

A

Bij patiënten waarbij methotrexaat niet werkt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Wat zijn we bijwerkingen van leflunomide?

A

Diarree
Alopecie = haarverlies
Leverschade

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Voor welke andere aandoening kan leflunomide nog gebruikt worden?

A

Artritis in het kader van psoriasis

35
Q

Wanneer worden biologicals ingezet voor de behandeling van RA?

A

Indien alle andere medicatie niet werkt!!!
—> wanneer er geen remissie of lage ziekteactiviteit is na 3 tot 6 maanden behandeling met DMARD

36
Q

Met welk geneesmiddelen worden biologicals gecombineerd? Waarom?

A

Met methotrexaat voor een maximaal effect

37
Q

Wat is de pathofysiologie van jicht?

A

Jicht is een erg pijnlijk vorm van artritis dat voornamelijk de grote teen aantast. Het wordt veroorzaakt door een neerslag van urinezuurkristallen.
Deze gaan leiden tot de aantrek van inflammatoire monocyten, macrofagen en neutrofielen wat zal leiden tot een lokale ontstekingsreactie.

38
Q

Welke factor bevorderd de vorming van de urinezuurkristellen bij jicht?

A

Temperatuur

39
Q

Wat is het verband tussen de temperatuur en de oplosbaarheid van de urinezuurkristallen?

A

Hoe hoger de temperatuur, hoe lager de oplosbaarheid van de urinezuurkristallen.

40
Q

Waarom is de voet het meest aangetaste lichaamsdeel bij de jicht?

A

De temperatuur van de voet is kouder dan meer proximaal in het lichaam waardoor de urinezuurkristallen makkelijker kunnen neerslaan.

41
Q

Bij welke patiënten kan jicht het vaakste voorkomen? Maw bij welke onderliggende aandoening?

A

Hyperuricimie = verhoogde urinezuurspiegels in het bloed.

42
Q

Wat is een typisch klinisch beeld bij jicht patiënten die geen behandeling krijgen?

A

Subcutaan opstapeling van urinezuurdepots = tophi

43
Q

Welk onderscheid kan gemaakt worden in de behandeling van jicht?

A

Acute behandeling voor de symptomen te verlichten door in te grijpen op de acute inflammatie
Onderhoudstherapie om nieuwe aanvallen te voorkomen

44
Q

Welke 3 geneesmiddelenklassen worden gebruikt als acute behandeling voor jicht?

A

NSAIDs
Colchicine
Corticosteroïden

45
Q

Wat is de belangrijkste geneesmiddelenklassen voor de acute behandeling van jicht?

A

NSAIDs

46
Q

Welke geneesmiddelenklasse kan gebruikt worden als diagnostische bevestiging van jicht? Waarom?

A

NSAIDs: na het innemen van NSAIDS zelf nog voor de diagnose gesteld is, zie je een spectaculaire verbetering de klachten na een aantal uren.

47
Q

Welke geneesmiddelenklassen worden minder gebruikt voor de behandeling van jicht? Waarom?

A

Corticosteroïden omdat het effect langer opzich laat wachten.

48
Q

Wanneer wordt colchicine gebruikt?

A

Voor de behandeling van jicht bij patiënten met een contra-indicatie met NSAIDs

49
Q

Hoe werkt colchicine?

A

Ze interfereren met de vorming van microtubuli in de leukocyten. Op die manieren zorgen ze ervoor dat leukocyten minder kunnen invaderen en migreren in het geinflammeerde gewicht.
Het zal ook interferen met de pro-inflammatoire activatie van de leukocyten: er zal minder productie zijn van cytokines

50
Q

Wat zijn de bijwerkingen van colchinine?

A

Misselijk, vergeven en diarree
Alopecie = haaruitval
Uitslag
Beenmergdepressie

51
Q

Welk onderscheid wordt er gemaakt bij de onderhoudsbehandeling van jicht?

A

Inhibitoren van de urinezuur synthese = xanthine oxidase inhibitoren
Uricosurische middelen

52
Q

Welke geneesmiddellen valt onder de klasse van de xanthine oxidase inhibitoren?

A

Alopurinol
Rasburicase

53
Q

Welk geneesmiddel valt onder de klasse van uricosurische middelen?

A

Probenecid

54
Q

Wat is het doel van de onderhoudsbehandeling van jicht?

A

De behandeling is erop gericht om de urinezuurspiegels te verlagen

55
Q

Wat is het effect van alopurinol?

A

Een verminderde aanmaak van urinezuur door een inhibitie van de urinezuur pathway.

56
Q

Wat is de meets gebruikte onderhoudstherapie bij jicht?

A

Alopurinol

57
Q

Wat is het effect van rasburicase?

A

Het zal de afbraak van urinezuur versnellen

58
Q

Welk enzym is verantwoordelijk voor de verdere omzetting van urinezuur tot allantoine?

A

Uraat oxidase

59
Q

Wat is het rasburicase?

A

Het is een recombinate vorm van het enzym uraat oxidase

60
Q

Wat is de transmissieroute van Rasburicase?

A

Intraveneus

61
Q

Wat is de indicatie van Rasburicase?

A

Patiënten met een hematologisch maligniteit bij de start van de behandeling.

62
Q

Wat is een synoniem voor hematologisch malignitiet?

A

Bloedkanker

63
Q

Wat is het nadeel aan Probenecid?

A

Het is niet meer beschikbaar onder pilvorm, enkel onder magistrale bereiding

64
Q

Hoe werkt probenecid?

A

Het is een uricozuricum dat de exceptie van urinezuur promoot.
Het zal de uraat Transporter in de proximale niertubulus inhiberen waardoor urinezuur minder geabsorbeerd wordt en dus meer uitgescheiden wordt via de urine.

65
Q

Wat is osteoporose?

A

Een aandoening waarbij het bot steeds minder dens wordt

66
Q

Geef een kenmerk van de metabole activiteit van het bot:

A

Het is bij gezonde patiënten in evenwicht: er is continue afbraak en opnieuw aanmaak van het bot

67
Q

Wat zijn typische fracturen dat optreden bij patiënten met osteoporose?

A

Wervelindeukingsfracturen
Heupfracturen
Polsfracturen

68
Q

Wat is de ziekte van Paget?

A

= het is een chronische aandoening die het botweefsel beïnvloedt: er is een abnormale botremodellering wat zal leiden tot botverdikking en vervorming. Er is een sterk toegenomen afbraak van botweefsel wat gecompenseerd wordt door een toegenomen botaanmaak.
—> er is dus netto gezien geen verlies van botweefsel, maar de afbraak en aanmaak bevinden zich op totaal andere plaatsen in het bot, nl.op plaatsen in het bot waar er veel stress aanwezig is.

69
Q

Hoe wordt de ziekte van Paget nog genoemd?

A

Ostitis deformans

70
Q

Wat zijn klachten van patiënten met de ziekte van Paget ?

A

Meer voorovergebogen lopen
Uitgesproken bot pijn

71
Q

Welk hormoon zorgt voor een daling van absorptie van calcium uit de darm en de nier?

A

Calcitonine

72
Q

Leg de vorming van vitamine D uit:

A

Vitamine D wordt aangemaakt door contact van de huid via UV straling. Eerst zal vitamine D opgenomen worden via de voeding en in de lever gestockeerd worden onder de vorm van 25-hydroxyvitamine D.
Dan wordt dit verder omgezet in de nier tot 1,25-dihydroxyvitamine D = metabool actieve vitamine D.

73
Q

Wat is de fysiologische functie van vitamine D?

A

Zal zorgen voor een absorptie van calcium uit de darm en de urine.
Het zal ook zorgen voor een toegenomen reabsorptie van caclium uit het bot.
=> calcium is nodig voor de botaanmaak en kan dus gebruikt worden voor de behandeling van osteoporose.

74
Q

Door welk hormoon zal de vitamine D synthese gestimuleerd worden?

A

Door het parathyroidhormoon (PTH)

75
Q

Wat is het verband tussen de secretie van PTH en de calciumspiegels?

A

Hoe lager de calciumspiegel, hoe meer PTH er geproduceerd zal worden en hoe meer vitamine D er dus geproduceerd zal worden.
—> hoe meer vitamine D, hoe meer calcium dat geresorbeerd zal worden uit het bot, darmen en nieren.

76
Q

Wat is de eerste lijn behandeling voor osteoporose?

A

Bifosfonaten in combinatie met calcium en vitamine D

77
Q

Welke 6 behandelingen kunnen ingezet worden voor osteoporose?

A
  1. Calcium en vitamine D inname
  2. Bifosfonaten
  3. SERM: selectieve oestrogeen receptor modulatoren
  4. Denosumab
  5. Recombinante parathyroid hormoon: teriparatide
  6. Calcitonine
78
Q

Geef een voorbeeld van een geneesmiddel dat valt onder de bifosfonaten voor de behandeling van osteoporose?

A

Risedronaat

79
Q

Geef een metabool kenmerk van bifsofonaten:

A

Ze zijn enzym resistent

80
Q

Wat zijn bifosfonaten?

A

Het zijn enzym resistente analogen van pyrofosfaat die geleidelijk aan ingebouwd worden in het bot.

81
Q

Hoe werken bifosfonaten voor de behandeling van osteoporose?

A

Ze zullen ingebouwd worden in het bot. Osteoclasten zijn multikernige macrofagen die het bot zullen resorberen.
Indien de osteoclasten in contact komen met de bifosfonaten zullen deze opgenomen worden waardoor het gehalte aan bifosfonaten stijgt in de osteoclasten.
=> activiteit van de osteoclasten zal op die manier stilgelegd worden

Ze zijn dus in bepaalde mate toxisch voor osteoclasten.

82
Q

Wat zijn de bijwerkingen van bifosfonaten?

A

Oesofagitis
Maagulcera
Botpijn
Atypische fracturen: femurhals en verlengde van de femur.
Osteonecrose van het kraakbeen: hoge IV dosissen

83
Q

Wanneer worden de bifosfonaten het best ingenomen?

A

Op een lege maag met een kleine hoeveelheid water omdat ze oraal niet goed opgenomen worden.
—> liefst inname een haf uur tot een uur voor het ontbijt