Obsterisch Flashcards
Gedurende zwangerschap neemt de SVR … waardoor de HF en SV …. zodat de CO en MAP hetzelfde blijven
af, toenemen
Bloedflow in uterus
Lineair afhankelijk
Verdunningsanemie door
50% meer plasma
Ht daalt
Toename van factor VII, X en fibrinogeen zorgt voor
procoagulatie
Urogenitaal
Hydronephrose
Renale flow, GFR en renale excretie nemen toe
Verminderde sensitiviteit RAAS
RF pre-eclampsie
> 35 jaar Nullipariteit, meerling pariteit Chronische hypertensie of nierziekte DM Familiair voorkomen Afro-Amerikaans VG met pre-eclampsie
Behandeling pre-eclampsie
Terminatie zwangerschap
Remifentanil / Ultiva
Snelle klaring, onafhankelijk van nierfunctie
Afbraak door plasma-esterase
Snelle placentapassage
Epidurale prik om baarmoeder te verdoven
T10-12 en L1
Epidurale prik om baarmoedermond te verdoven
S2-4
Neuraxiale anesthesie bij
Semi-spoed
Niet vorderende uitdrijving/ontsluiting
Manuele placentaverwijdering
Algehele anesthesie bij
Spoed
Uithangende navelstreng, niet herstellende bradycardie
Solutio- of aburptio placentae
Uterusruptuur
Fluxus postpartum
> 1000 ml na sectio, > 500 ml vaginale partus
herhalingsrisico 20%
Oorzaken: Tonus (90%), Trauma, Tissue, Thrombin
Inversio uteri
Vaginaal bloedverlies, buikpijn en shock