nieren- en urineweg Flashcards

1
Q

functies nieren en urineweg

A
  • Filteren van afvalstoffen
  • Vochtregulatie: je nieren berekenen hoeveel vocht je lichaam nodig heeft.
  • Bloeddrukregulatie: de nieren spelen een rol bij het reguleren van je bloeddruk.
  • Verkalking van botten: ook spelen de nieren een belangrijke rol bij de verkalking van je botten.
  • Aanmaak van rode bloedcellen:
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

nierinsufficiëntie

A

Wanneer de nieren stoppen met functioneren
kan acuut (gevolgen urine) of chronisch (gevolg bloed)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

acute nierinsufficiëntie

A
  • de oligurische fase = enkele uren tot enkele dagen na de nierbeschadiging en duurt niet langer dan 3-4 weken. In deze periode oligurie of anurie, urine bevat veel eiwit en erytrocyten. als oligurie te lang duurt ontstaat uremie met daarbij de behorende klachten.
  • de diuretische fase = enkele dagen tot ongeveer een week. Diurese neemt geleidelijk weer toe, daarom ook wel de polyurische fase. De glomerulusfiltratie en nierfunctie blijven echter laag.
  • de herstelfase = periode van enkele maanden. De glomerulusfiltratie en de functies van tubulus systeem herstellen weer geleidelijk. Uiteindelijk blijven geringe
    restverschijnselen achter indien beschadiging niet te ernstig.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

behandeling acute nierinsufficiëntie

A
  • behandelen oorzaak
  • soms tijdelijke dialyse
    doel: normale water-zout huishouding, minimaliseren weefselafbraak en voorkomen ontstekingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

chronische nierinsufficiëntie

A
  • gevolg van een groot aantal aandoeningen van het nierweefsel of van obstructie van de lagere urinewegen.
  • De nierfunctie daalt geleidelijk en aanvankelijk kan het lichaam zich op verschillende manieren nog aanpassen totdat de functie toch te slecht is geworden. Tot die laatste fase heeft de patiënt relatief weinig klachten.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

behandeling

A
  • behandelen van de hypertensie en decompensatio cordis en dieetmaatregelen.
  • In de terminale fase is dialyse enkele malen per week noodzakelijk. De patiënt komt vanaf dat moment in aanmerking voor een niertransplantatie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

grawitz-tumor

A

andere naam niercarcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

prerenaal nierfalen

A

afname filtratie door afname doorbloeding nier.
- hypovolemie (bloedverlies, overgeven, diarree, diuretica);
- afname hartminuutvolume (hartinfarct, klepgebrek, cardiomyopathie, harttamponade, bètablokkers), waardoor ook minder bloedvoorziening van de nieren;
- aandoeningen van de vaten (atherosclerose in arterie nieren).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

renaal nierfalen

A

ziekte van nier door:
- schade van haarvaten kluwen nierkanaaltjes en vaten
- geneesmiddelen en infecties
- als het acuut renaal nierfalen in het ziekenhuis ontstaat is de oorzaak meestal toxisch of ischemisch;
- diabetes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

postrenaal nierfalen

A

belemmering van de afvoer van urine, waardoor de druk in de nierkanaaltjes stijgt en de filtratie daalt.
- belemmering in de ureter (vesico-ureterale reflux, stenen, pyelonefritis, tumoren, vernauwing ureter etc);
- belemmeringen in de urethra (strictuur van de urethra, prostaathypertrofie, trauma, bloedstolsels, stenen etc).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

symptomen

A
  • pre-renaal falen: tekenen van hypovolemie
  • postrenaal falen: koliekpijn, hematurie etc.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

oligurie

A

Sterk verminderde urineproductie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

anurie

A

verdwenen urineproductie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

lichamelijk onderzoek

A
  • let op tekenen van ondervulling: lage tensie, hoge pols, verminderde huidturgor, droge slijmvliezen;
  • let op tekenen van infectie;
  • let op tekenen van verhoogd ureum en ammoniak: jeuk huid en bewustzijnsverlies.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Urolithiasis

A

urinewegstenen of nierstenen
- Urineweginfecties kunnen het gevolg zijn van urolithiasis
- eerste klacht koliekpijn
- Aanvankelijk zal het lichaam door de bloeddruk te verhogen een normale nierfunctie handhaven. Hierdoor kunnen klachten van hoofdpijn, moeheid, neusbloedingen enz voorkomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hydronefrose

A

nierstuwing
- Ontstaat meestal door verstopping in urinewegen -> druk nieren loopt op ->nierschade

17
Q

Pyonefrose

A

nier uitgezet door met pus gemengde urine

18
Q

diabetische nefropathie.

A

beschadiging nier door diabetes.
- Langdurige verhoogde glucosewaarden beschadigen een belangrijk vlies in het filter van de nier, de glomerulaire membraan. Daardoor lekken er abnormale hoeveelheden eiwitten uit het bloed in de urine.

19
Q

glomerulosclerose.

A

verhoogde bloedsuikerspiegel door diabetes kan er voor zorgen dat sommige eiwitten in de glomeruli samenklonteren, wat littekens veroorzaakt -> nierfalen