(colon)tumoren Flashcards

1
Q

waar ontstaat het vaakst darmkanker

A

in de laatste delen van de dikke darm en de endeldarm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat zijn poliepen

A
  • hieruit ontstaat darmkanker
  • vooral bij mensen >50
  • meestal goedaardig maar kan kwaadaardig uitgroeien
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

symptomen darmkanker (4)

A
  • afhankelijk plaats;
  • bloed of slijm bij ontlasting
  • veranderende stoelgang
  • buikpijn en gewichtsverlies
  • obstipatie en diarree
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

diagnose darmkanker

A
  • endoscopie, kijkonderzoek
  • anamnese
  • vervolgonderzoeken: CT, echografie lever, X-thorax
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

behandeling

A
  • begin: operatie tumor verwijderen
  • tumor door wand heen uitgezaaid: tumor en bijliggende lymfeklieren verwijderen (+korte chemo)
  • fase 3: tumor en bijliggende lymfeklieren verwijderen +aanvullende chemo
  • laatste stadium: vaak uitzaaiingen naar lever en longen, persoonlijke wensen bij behandeling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

aanvullende behandelingen:

A

bestraling, chemotherapie of een combinatie en immuuntherapie. geen genezing = symptoomgerichte behandeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Familiaire polyposis coli

A

erfelijke aandoening waarbij vanaf de puberteit honderden poliepen in de dikke darm voorkomen door een APC-mutatie in het DNA. iedereen met onbehandelde poliepen krijgt darmkanker. aangedane deel verwijderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly