Neurologie en Oogheelkunde Colleges I Flashcards

1
Q

Waaruit bestaat de uvea

A

Choroïdea
Iris
Corpus ciliare

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Uit welke 3 lagen is de choroïdea opgebouwd?

A

Membraan van Buch: basale membraan van pigmentblad van retina
Lamina choriocapillaris: fijne vaatjes aan binnenkant
Lamina vasculosa: grote vaten aan buitenkant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de functie van het corpus ciliare?

A

Produceren van kamervocht
Accomodatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waaruit bestaat de retina?

A

Binnenste neurale laag: via kegeltjes en staafjes naar n. opticus en hersenen
Buitenste pigmentlaag: absorberen van licht, vit. A-metabolisme, instandhouding van bloed-retina barrière, fagocytose van fotoreceptoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de functies van de uitwendige oogspieren?

A

Rectus medialis: adductie
Rectus lateralis: abductie
Rectus inferior: depressie, adductie, extorsie
Rectus superior: elevatie, adductie en intorsie
Obliquus superior: depressie, abductie en intorsie
Obliquus inferior: elevatie, abductie en extorsie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke zenuwen zijn betrokken bij het oog?

A

N. opticus (II): informatie van oog naar hersenen (afferent)
N. oculomotorius (III): beweging van pupillen en spieren van bovenste ooglid (efferent)
N. trochlearis (IV): schuine oogspier
N. abducens (VI): buitenste oogspier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het Marfan syndroom?

A

Autosomaal dominant
Mutaties in FBN1-gen
25-30% komt door de novo mutatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de kenmerken/symptomen van Marfan syndroom?

A

Skelet: lange lengte, arachnodactylie
Ogen: lensluxatie
Hart/aorta: dilatatie
Longen: pneumothorax

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn klachten in het oog die voorkomen bij Marfan?

A

Vlakke cornea, lange as
Myopie (40%)
Ectopia lentis (50-80%)
Miosis
Netvliesloslating
Glaucoom
Cataract
Strabismus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn kenmerken van Axenfeld Rieger syndroom?

A

Glaucoom
Voorste oogkamer afwijkingen
Hele lange uitstekende navel
Geen/weinig tanden hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn kenmerken van Alagille syndroom?

A
  • Uiterlijk: spitse kin, groot voorhoofd, diepgelegen ogen
  • Schade van lever
  • Heftige jeuk
  • Embryotoxon posterior in oog
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn kenmerken van het Waardenburg syndroom?

A

Grijze of witte haarlokjes (hypopigmentatie)
Slechthorendheid
Synophris heterochromie (verschillende iris kleur)
Witte vlekken op huid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn kenmerken van Leber congenitale amaurosis (LCA)?

A

Inactief netvlies
Ernstig slechtziend of blind
Netvlies is gedegenereerd bij geboorte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn kenmerken van retinitis pigmentosa?

A

Degeneratie van staafjes –> moeite met oriënteren en traplopen
Nachtblindheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn kenmerken van achromatopsie?

A

Degeneratie van kegeltjes –> geen kleuren kunnen zien, visus vaak maar 0.1

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn kenmerken van de ziekte van Stargardt?

A

Maculadegeneratie
Verlies van centraal zicht
Autosomaal recessief
Defect in ABCA4 gen
Treedt op bij 16-25 jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Stappen van kunnen zien

A
  1. Foton komt oog binnen en wordt opgevangen door fotoreceptoren
  2. 11-cis retinal wordt aangeslagen door foton
  3. Configuratie van 11-cis retinal naar all trans retinal
  4. Recycling via retinal pigmentepitheel (RPE)
  5. Neurotransmitters komen vrij uit fotoreceptoren en worden overgezet naar bipolaire cellen
  6. Er ontstaat een elektrisch signaal waaruit zicht ontstaat
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Waarin kunnen behandelingsopties voor oogaandoeningen onderverdeeld worden?

A

Genspecifieke benadering (bv. RPE65 gen) en gen-onafhankelijke benadering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat zijn gentherapeutische technieken voor oogaandoeningen?

A

AAV-gebaseerd gen augmentatie
CRISPR/Cas-gebaseerde correctie
AAV-gebaseerd vs. andere methoden
RNA therapie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Hoe werkt een CT?

A

Kijken in 2D
Signaal bestaat uit absorptie van röntgenstraling
Hoe meer absorptie, hoe hoger het signaal
Hoe hoger het signaal, hoe hoger de pixelwaarde
Contrast = verschil tussen signalen
Maat voor absorptie in Hounsfield Unit
Absortpiecoëfficient is 𝜇

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is de HU en absorptiecoëfficient van water en lucht?

A

𝜇 lucht = 0
HU water = 0
HU lucht = -1000

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Hoe werkt een MRI?

A

Komt tot stand door waterstofkernen
Hoe meer signalen, hoe hoger de pixelwaarde
Goed te zien bij zachte weefsels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat is T1 weging bij MRI?

A

T1 = waterstofkernen richten zich richting magneetveld, bij water duurt dit lang (5 sec) en voor andere weefsels kort (1 sec)
Een weefsel met een korte T1 geeft een hoog signaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat is T2 weging bij MRI?

A

T2 = uitgezonden signaal dooft uit
Een weefsel met een lange T2 geeft een hoog signaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Wat is een artefact?

A

Aanduiding voor iets wat zichtbaar is op beeld, dat er in werkelijkheid niet was, maar veroorzaakt wordt door de afbeeldingstechniek zelf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Hoe werkt een SPECT?

A

Signaal is radioactief verval van tracer die gammastraling (fotonen) uitzendt
Bij hoog signaal is er veel binding/opname van tracer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Wat is glaucoom?

A

Chronisch progressieve neuropathie van anterieure n. opticus
Treedt op bij ouderen
Cupping (uitholling van papil van n. opticus): cupgrootte wordt te groot t.o.v. neuroretinale rim
Beloop is sluipend en ongemerkt
Modificeerbare oorzaak: verhoogde oogdruk
Irreversibel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Wat is karakteristiek voor glaucoom?

A

Vezelbundel scotomen in de vorm van boog scotomen met nasale stelp
Temporale gezichtsveld gaat typisch als laatst verloren
Excavatie van papil
Risicofactor verhoogde oogdruk door afvoerprobleem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Wat is open kamerhoek glaucoom?

A

Gemiddelde druk in oog is te hoog
Secundair: glaucoom t.g.v. oculaire/systemische afwijking met verhoogde weerstand voor kamerwater

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Waarbij komt secundair open kamerhoek glaucoom voor?

A

Pigmentdispersie syndroom
Pseudo-exfoliatie
Steroïde gebruik
Trauma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Wat zijn symptomen van open kamerhoek glaucoom?

A

Vaak asymptomatisch, symptomen treden pas op in vergevorderd stadium
Ongemerkte gezichtsvelduitval
Wazige stukjes
Gemiste stukjes
Wazige tunnel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Wat is gesloten kamerhoek glaucoom?

A

Drukpieken in het oog
Voorste oogkamerhoek is vernauwd of afgesloten
3 vormen: acuut, chronisch/intermitterend en secundair

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Wat zijn symptomen van acuut glaucoom?

A

Pijn in en rondom oog
Verminderde visus
Zien van gekleurde ringen rond lichtbronnen (halo’s)
Lichtstijve pupil
Misselijkheid en braken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Wat zijn risicofactoren van acuut glaucoom?

A

Hypermetropie
Cataract
Inuit of Aziatische bevolkingsgroep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Welke diagnostiek verricht je bij glaucoom?

A

Oogdrukmeting
Spiegelen, foto’s, imaging
Dikte van zenuwvezellaag met OCT
Gezichtsveldonderzoek: semi-automatische perimetrie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

Wat is de behandeling van glaucoom?

A

Doel = verlagen van oogdruk
Oogdruppels (soms onvoldoende werkzaam, 30%), laserbehandeling
Trabeculectomie/Baerveldt operatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

Welke aandoeningen horen bij de verticale mediaan van gezichtsvelduitval en welke bij horizontale mediaan?

A

Verticaal: neurologische problemen
Horizontaal: glaucoom, vasculaire afwijkingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

Wat zijn de verschillen in aangeboren en verworven stoornissen in kleurenzien?

A

Aangeboren: meestal rood/groen, beide ogen, visus en gezichtsveld in orde, mannen > vrouwen
Verworven: meestal blauw/geel, 1 of 2 ogen, vaak gepaard met afwijkende visus of gezichtsveld, mannen = vrouwen, typische oorzaak is neuritis optica (desaturatie van rood)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

Wat gebeurt er bij de ziekte van Horner?

A

Verwijdingsdefect van pupil

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
40
Q

Wat gebeurt er bij een Adie-pupil (stoornis in autonome innervatie), n. III parese of farmacologische oorzaak?

A

Vernauwingsdefect van pupil

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
41
Q

Wat gebeurt er bij fysiologische anisocorie?

A

Grootteverschil van pupil in licht is gelijk aan grootteverschil in donker
Geen sprake van vernauwings- of verwijdingsdefect

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
42
Q

Wat doe je bij testen van de efferente banen?

A

Onder 3 condities: normaal licht, fel licht, halfduister
Onderscheiden bij anisocorie welke pupil afwijkend is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
43
Q

Wat doe je bij testen van afferente banen?

A

Pupilreactie op licht
RAPD-test/swinging flashlight test: in de verte kijken en lampje komt van beneden
Accomodatie leidt tot pupilconstrictie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
44
Q

Wat gebeurt er bij relative afferent pupillary defect test (RAPD test)

A

Tijdens verplaatsen van lampje van rechteroog naar linkeroog, is er een relatieve verwijding van beide pupillen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
45
Q

Wat zijn kenmerken van neuritis optica?

A

Jongvolwassenen, vrouwen > mannen
Visus daalt over enkele dagen
Bij scopie geen afwijkingen
Hints: RAPD, pijn bij oogbewegingen, roodsaturatie
Diagnostiek: VEP met verlengde latentietijd
Bij herhaalde neuritis optica -> papilatrofie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
46
Q

Wat gebeurt er bij chiasma compressie?

A

Geeft heteronieme aantasting van temporale gezichtsveld
Begint typisch vanaf bovenzijde en kan uitbreiden naar nasale bovenzijde of temporale onderzijde
Diagnostiek: MRI

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
47
Q

Welke symptomen bij verhoogde intracraniële druk?

A

Symptomen: hoofdpijn in ochtend en gelokaliseerd in achterhoofd, braken, visuele obscuraties
Lange termijn: papilatrofie en blindheid, dubbelzien door n. abducens parese

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
48
Q

Wat is een AION?

A

Anterieure ischemische opticusneuropathie = plotse, pijnloze, niet-progressieve visusdaling van 1 oog

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
49
Q

Wat is een arteritische AION?

A

A-AION is geassocieerd met arteriitis temporalis
Onmiddelijke en lange behandeling met steroïden
Typisch: kaakclaudicatio, haarkampijn, proximale spierzwakte en koorts
Bij verdenking: met spoed BSE, CRP en trombo’s

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
50
Q

Wat is een niet-arteritische AION?

A

Geassocieerd met atherosclerose, hypertensie, nachtelijke hypotensie en OSAS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
51
Q

Wat doen de afferente banen?

A

Verantwoordelijk voor verwerking van visuele informatie:
- N. opticus (II)
- Chiasma
- Tractus opticus
- Radiatio optica
- Cortex

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
52
Q

Wat doen de efferente banen?

A
  • Supranucleaire banen en nuclei van n. oculomotorius, n. trochlearis en n. abducens met sympathische en parasympathische banen, verantwoordelijk voor pupilreactie, oogbewegingen, ooglid, bewegingen en tranen
  • N. facialis voor ooglidbewegingen (sluiten) en tranen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
53
Q

Welke zenuwen innerveren welke oogspieren?

A

N. trochlearis: m. obliquus superior
N. abducens: m. rectus lateralis
N. oculomotorius: alle andere 4 en m. levator palpebrae

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
54
Q

Wat zijn oorzaken van een abductiebeperking van het oog?

A

Nervus abducens parese door microvasculaire infarct
Hyperthyreoïdie
Myasthenia gravis
Myositis
Trauma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
55
Q

Welke klachten heb je bij een nervus abducens parese?

A

Horizontale dubbelbeelden
Eventueel torticollis aannemen naar rechts om dubbelzien te vermijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
56
Q

Welke klachten heb je bij een nervus oculomotorius parese?

A

Dubbelbeelden schuin boven elkaar
Ptosis
Mydriasis
Exotropie
Laagstand
Eventueel torticollis aannemen naar links om dubbelzien te vermijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
57
Q

Waar wordt op gelet bij orthoptisch onderzoek?

A

Algemene indruk, lichtreflex, diepte zien, oogstand, pupilreacties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
58
Q

Wat is het verschil tussen hypermetropie en myopie?

A

Hypermetropie: + sterkte, kleiner oog, scherptepunt valt achter netvlies
Myopie: - sterkte, oog groter, scherptepunt valt voor netvlies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
59
Q

Wat is astigmatisme?

A

Krommingen zijn anders, waardoor je oog niet volledig rond is
Cilindrisch glas nodig om alle assen scherp te zien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
60
Q

Wat is amblyopie?

A

Lui oog, oog achtergebleven in ontwikkeling
Verminderde gezichtsscherpte van 1 of beide ogen, zonder pathologische afwijking
Te behandelen tot je 10e

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
61
Q

Wat is strabismus?

A

Scheelzien
Hersenen schakelen 1 beeld uit, waarbij 1 oog scheel blijft en ander zich ontwikkelt
Het beeld van het straberende oog wordt uitgeschakeld, waardoor er geen diplopie is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
62
Q

Wat is een deprivatie amblyopie?

A

Beeld wordt niet goed aangeboden, bv. bij cataract (verminderd lichtinval) of ptosis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
63
Q

Wat is een refractie amblyopie?

A

Het beeld is onscherp, komt doordat iemand bv een bril nodig heeft en deze niet krijgt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
64
Q

Wat is de behandeling voor amblyopie?

A

Brilcorrectie
Occlusie pleister
Soms chirurgie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
65
Q

Wat zijn oorzaken van strabismus?

A

Refractie-afwijking
Gedecompenseerd latent scheelzien
Erfelijk
Paralytisch scheelzien
Trauma
Organisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
66
Q

Welke klachten heb je bij een nervus trochlearis parese?

A

Verticaal scheelzien
Lopen met gekanteld hoofd

67
Q

Wat houdt latent scheelzien in?

A

Scheelzien wat zo goed ontwikkeld is dat je normaal niet ziet dat iemand
Vormen: esoforie, exoforie, hyperforie, hypoforie

68
Q

Wat houdt pseudostrabismus in?

A

Iemand lijkt scheel te zien, maar er is een rechte oogstand
Komt door de vorm van de neus, gelaat, oogleden en neusplooien

69
Q

Wat is de behandeling van strabismus?

A

Brilcorrectie en/of amblyopie behandeling
Onvoldoende behulpzaam -> scheelzienoperatie (recessie of resectie)

70
Q

Wat is een ectropion?

A

Het ooglid is naar buiten gedraaid
Klachten: irritatie, tranen, rood oog, cosmetisch storend

71
Q

Wat is een entropion?

A

Het ooglid is naar binnen gedraaid
Klachten: irritatie, bedreiging van cornea

72
Q

Wat zijn kenmerken van een oog maligniteit?

A

Madarosis (wimperverlies)
Irregulaire plekjes
Vast-elastisch
Verstoring van oogstructuren
Ruim vaatpatroon
Induratie

73
Q

Wat houdt een cellulitis orbitae in?

A

Diffuse ontsteking van orbitale vet- en bindweefsel
Uitbreiding van sinusitis
Klachten: proptosis, gestoorde oogmotoliteit, dubbelbeelden, visusdaling, verstoord kleurenzien, RAPD, pijn, koorts, hoge BSE

74
Q

Wat is de behandeling van cellulitis orbitae?

A

Antibiotica iv
Drainage van orbita abces

75
Q

Wat houdt Graves orbitopathie in?

A

Auto-immuunziekte die leidt tot orbitaal ontstekingsproces met zwelling van oogpieren en toename van orbitale vet

76
Q

Waarvan is Graves orbitopathie de meest vookomende oorzaak?

A

Dubbelzijdige en enkelzijdige proptosis

77
Q

Wat zijn symptomen van Graves orbitopathie?

A

Actief ziektebeeld: pijn, roodheid, zwelling, toename ernst
Niet-actief ziektebeeld: ooglidretractie, exophtalmus, diplopie, branden, fotofobie en/of tranen

78
Q

Hoe herken je een Graves patiënt?

A

Verdikte oogspieren
Verlittekening van retractoren en levator aponeurose/muller spier
Toegenomen orbitaal vetweefsel
Vooral m. rectus inferior is aangedaan

79
Q

Welke behandeling is geïndiceerd bij Graves orbitopathie?

A

Actief: methylprednison iv of evt radiotherapie
Niet actief: orbitacompressie of oogspiercorrectie/ooglid verlenging

80
Q

Welke 3 procedures voor het verwijderen van het oog zijn er?

A

Exenteratie: bij grote tumoren, hele oog + oogkas wordt verwijdert
Enucleatie: oogbol + oogwit wordt verwijdert
Evisceratie: oogbol wordt verwijdert, oogwit wordt behouden

81
Q

Waaruit bestaat de uvea?

A

Iris
Corpus ciliare
Vaatvlies

82
Q

Wat zijn symptomen van uveïtis?

A

Wazig zien: onscherp, vliegjes/sneeuwvlokken, gevoelig voor licht/glare, verminderd gezichtsveld
Pijn (continu of bij bewegen)
Roodheid: zwelling slijmvlies, vervorming/verkleuring pupil
Beloop

83
Q

Wat is uveïtis?

A

Ontsteking van het vaatvlies
Soort reuma van het oog –> immuuncellen komen in het oog

84
Q

Welke soorten uveïtis zijn er?

A

Uveïtis anterior: voorkant
Uveïtis intermediaire: glasachtig lichaam
Uveïtis posterior: vaatvlies en zenuwvlies
Panuveïtis: hele uvea
Scleritis: harde oogrok

85
Q

Wat zijn de mogelijke oorzaken van uveïtis?

A

Infectieus: bacterieel, viraal, parasitair
Niet infectieus: lokaal (idiopathisch, phacogeen), systeemziekte (sarcoïdose, reuma, HLA, darmziekten, Behçet), overig (medicatie, paraneoplastisch, maskerade)

86
Q

Waaruit bestaat het oogheelkundig onderzoek voor uveïtis?

A

Spleetlamponderzoek: bij anterior zie je ontstekingscellen in VOK en vervorming van pupil
Fundoscopie

87
Q

Welk ziektebeeld zien we hier op een fundusfoto?

A

Vasculitis (bloedvaten lekken)

88
Q

Welk ziektebeeld zien we hier op een autofluorescentie?

A

Actieve uveïtis (cellen gaan dood, en worden lichter op autofluorescentie)

89
Q

Wanneer gebruik je een fluorescentie-angiogram?

A

Afwijkingen van bloedvaten: perfusiestoornis, vasculitis, neovascularisatie, maculaoedeem of lekkage rondom papil

90
Q

Welk oog is afwijkend en welk oog is normaal?

A

Links is normaal
Rechts is afwijkend: papil is heel erg licht door lekkage

91
Q

Welke oogproblemen kunnen ontstaan door een uveïtis zelf?

A

Ontstekingsreactie
Neerslag ontstekingsmateriaal/glaucoom
Bloedvatafsluiting
Nieuwe bloedvaten

92
Q

Wat is de behandeling van uveïtis?

A

Oogdruppels met cortico’s
Regionaal
Systemisch/injecties

93
Q

Welke problemen kunnen ontstaan bij de behandeling van uveïtis?

A

Steroïden: hoge oogdruk, staarvorming
Veranderde flora slijmvliezen (regionaal): droge ogen
DMARD’s/biologicals: bijwerkingen, gecompromiteerde immuniteit

94
Q

Welke stof is erger bij een chemisch trauma, zuur of basisch?

A

Een basische stof is veel erger

95
Q

Welk oog is er erger aantoe?

A

Het linker oog, vanwege limbische ischemie. Hierbij zijn de vaten dicht gecoaguleerd
Na aantal maanden ontstaat er een symblepharon (verkrompen oog)

96
Q

Wat is een contusio bulbi?

A

Oogschudding
Bij harde klap kan oogbol scheuren onder de spier

97
Q

Wat is een hyposphagma?

A

Subconjunctivale bloeding

98
Q

Wat is een hyphaema?

A

Bloeding in het oog

99
Q

Wat is een cornea erosie?

A

Oppervlakkig schaafwondje van cornea
Is goed te behandelen

100
Q

Wat zijn symptomen van een cornea erosie?

A

Hevige pijn
Corpus alienum gevoel
Goed zicht
Blepharospasme
Tranen
Pericorneale roodheid

101
Q

Wat is de behandeling van een cornea erosie?

A

Zalfverband
Geneest binnen 24 uur
Soms antibiotica

102
Q

Wat zijn de symptomen van een corpus alienum in het oog?

A

Goede visus
Geen roodheid

103
Q

Wat houdt een intra-oculair corpus alienum in?

A

Corpus alienum in oog waar vaak een rood puntje te zien is op de sclera

104
Q

Wat zijn symptomen van een intra-oculair corpus alienum?

A

Wazige visus
Hyposphagma
Hyphaema
Heldere cornea
Vervormde pupil

105
Q

Wat is de diagnostiek en behandeling van een intra-oculair corpus alienum?

A

CT-scan
Vitrectomie binnen 24 uur

106
Q

Wat houdt een vitrectomie in?

A

Netvliesoperatie, waarbij het glasvochtmembraan wordt verwijderd
Gaatje in parsplana (vaatloze zone, 4 mm van limbus)

107
Q

Wat houdt een posterior vitreous detachment (PVD) of glasvochtmembraan loslating in?

A

Vanaf 60 jaar oud
Fysiologisch proces waarbij het oog vult met kamerwater
Symptomen: floaters, mouches volantes en/of spinrag met goede visus
Gebeurt binnen 3 weken
Kan gezien worden op OCT

108
Q

Wat is een ablatio retinae?

A

Netvliesloslating
Temporale rechter bovenkwadrant laat los –> nasaal onder gezichtsvelduitval

109
Q

Wat zijn symptomen van ablatio retinae?

A

Vliegjes/mouches volantes
Floaters/vlekjes
Gordijn
Lichtflitsen

110
Q

Wat is de diagnostiek en behandeling van ablatio retinae?

A

Diagnostiek: echo, OCT-macula, fundoscopie
Behandeling: laserbehandeling, vitrectomie

111
Q

Waardoor ontstaat proliferatieve diabetische retinopathie?

A

Bloedvaten zijn zwak doordat pericyten kapotgaan
Bloed stroomt in netvlies
Afvalstoffen hopen zich op in periferie van netvlies
Er ontstaat ischemie en macula bedreigde tractie

112
Q

Hoe wordt proliferatieve diabetische retinopathie behandeld?

A

Leefstijlaanpassingen
Aangedane delen laseren
Met vitrectomie bloed weghalen
Anti-VEGF

113
Q

Welk onderzoek wordt uitgevoerd bij een maculadegeneratie?

A

Visusmeting
Spleetlamponderzoek
Fundoscopie
OCT-scan
Angiogram

114
Q

Welke 2 vormen van maculadegeneratie zijn er?

A

Droge vorm (80%): ophoping van afvalstoffen onder netvlies (drusen)
Natte vorm (20%): breukjes in retina waar nieuwe vaatjes doorheen breken -> lekkage met vocht in netvlies, subretinaal vocht in OCT, metamorfopsie

115
Q

Wat is de behandeling voor maculadegeneratie?

A

Droge vorm: leefstijladviezen
Natte vorm: anti-VEGF injecties

116
Q

Wat is een ernstige complicatie bij het geven van anti-VEGF injecties?

A

Endophtalmitis (ontsteking van de oogbol)

117
Q

Wat zijn risicofactoren voor diabetische retinopathie?

A

Slecht ingestelde diabetes
Hypertensie
Proteïnurie
Afwijkend lipidenspectrum
Hindoestaanse afkomst
Zwangerschap
Te scherp en snel dalende glucose

118
Q

Wat zijn de stadia van diabetische retinopathie?

A

Geen
Mild: micro-aneurysmata, harde exsudaten, macula-oedeem, cotton wool spots
Ernstig: proliferatief, neovascularisaties, bloedingen, netvliesloslating

119
Q

Wanneer vindt screening voor diabetische retinopathie plaats?

A

DM 1: 5 jaar na stellen van diagnose of begin puberteit
DM 2: binnen 3 maanden na diagnose
Controle zonder risico’s: binnen 1-2 jaar
Controle bij tekenen: op indicatie

120
Q

Welke behandelingen zijn er voor diabetische retinopathie?

A

Vaatnieuwvorming/neovascularisaties zonder bloed: laseren van netvlies
Macula-oedeem: anti-VEGF injecties
Glasvochtbloeding of ablatio: eenmalige anti-VEGF injectie en vitrectomie

121
Q

Wat is een niet-ischemische veneuze occlusie?

A

Visus > 0.05
Pupilreacties normaal
Geen of weinig ischemie op fluorescentie-angiogram

122
Q

Wat is een ischemische veneuze occlusie?

A

Ernstig gedaalde gezichtsscherpte
RAPD
Veel ischemie (donkere plekken en dilatatie) op fluorescentie-angiogram
Neovascularisaties (ook op iris, ‘rubeosis iris’)

123
Q

Wat zijn symptomen/kenmerken van een arteriële occlusie?

A

Alles wordt wit
Plostselinge, unilaterale visusdaling
Cherry red spot van macula
Bleke papil
Dunne draad arteriën
Soms een embolie (felle gele spikkel in arterie)

124
Q

Wat houdt cataract in?

A

Vertroebeling van lens
Verminderd zicht
Geel-bruin eiwit

125
Q

Wat is refractie?

A

Proces waarbij lichtstralen door oog worden gebroken
Cornea doet 66%, lens doet 33%
Bij afwijkingen komt licht niet in focus op netvlies, waardoor beeld ervoor of erachter verschijnt
Uitgedrukt in dioptrieën

126
Q

Wat houdt myopie in?

A

Relatief groot oog
Verhoogd risico op ablatio
Beeld valt voor het netvlies
Negatieve correctie nodig

127
Q

Wat houdt hypermetropie in?

A

Relatief klein oog
Verhoogd risico op acuut glaucoom
Beeld valt achter netvlies
Positieve correctie nodig

128
Q

Wat houdt accomodatie van het oog in?

A

Het in focus brengen van objecten dichtbij
M. ciliaris contraheert, waardoor lens boller wordt
Bij presbyopie is er een afname van accomodatie

129
Q

Wat zijn klachten van cataract?

A

Langzaam progressieve visusdaling
Fotofobie
Diplopie/dubbelzien
Halo’s
Minder goed kunnen lezen
Gezichten minder goed kunnen herkennen
Veranderde refractie

130
Q

Welke soorten cataract zijn er?

A

Corticaal
Nucleair
Brunescent
Matuur (wit)
Rubra

131
Q

Wat zijn symptomen van endophthalmitis?

A

Visusdaling
Pijn
Oedeem cornea
Hypopyon (pus)
Roodheid

132
Q

Wat zijn alarmsymptomen na een cataract operatie?

A

Flitsen
Pijn
Snelle visusdaling

133
Q

Wat is conjunctivitis?

A

Ontsteking van bindvlies van oog

134
Q

Wat zijn klachten van conjunctivitis?

A

Tranen
Irritatie
Afscheiding
Jeuk

135
Q

Wat is een pinguecula?

A

Lichtgele verdikking van oogwit, veroorzaakt door ophoping van eiwitten in oog

136
Q

Wat is een pterygium?

A

Stukje verdikking van het oogwit dat over de cornea groeit en zich als een driehoek over het oog vouwt

137
Q

Wat is de behandeling voor een pinguecula en pterygium?

A

Zonlicht vermijden
Kunsttranen
Operatie geïndiceerd bij droogte/irritatie door ernstige verdikking

138
Q

Wat is een lymfoom van een oog?

A

Zalmroze verdikking die klein of diffuus is
Vereist een directe doorverwijzing

139
Q

Wat is een melanoom van het oog?

A

Pigmentatie en lokale vaatingroei (feeder vessels)
Vereist een directe doorverwijzing

140
Q

Wat is episcleritis?

A

Ontsteking van diepe conjunctiva en oppervlakkige sclera
Bij 60% idiopathisch

141
Q

Wat zijn symptomen van episcleritis?

A

Lokale roodheid en irritatie
Milde pijn
Geen afscheiding of fotofobie
Vaten zijn beweeglijk
Verdwijnt met fenylefrine

142
Q

Wat is scleritis?

A

Diepe ontsteking van sclera
Vaak relatie met auto-immuun aandoeningen
Bij 50% idiopathisch

143
Q

Wat zijn symptomen van scleritis?

A

Heel pijnlijk
Diepe roodheid
Fotofobie
Verminderde visie
Vaten bewegen niet mee met conjunctiva
Roodheid verdwijnt niet met fenylefrine

144
Q

Wat is de behandeling van episcleritis en scleritis?

A

Episcleritis: NSAID’s, afwachten
Scleritis: topicale steroïden, NSAID’s

145
Q

Wat is keratitis?

A

Ontsteking van cornea

146
Q

Wat zijn oorzaken van keratitis?

A

Viraal: herpes, adenovirus
Bacterieel: S. aureus, pseudomonas
Schimmel: fusarium, candida
Parasitair: acanthamoeba
Trauma
Erosie
Sicca/dry eye

147
Q

Wat zijn symptomen/kenmerken van keratitis?

A

Pijn
Roodheid
Visusdaling
Afscheiding
Fotofobie
Halo’s
Cellen/hypopyon in VOK

148
Q

Wat houdt een herpes infectie van het oog in?

A

Blaasjes rondom oogleden
Oogwit niet aangedaan
Dendriet bij aankleuring

149
Q

Wat zijn symptomen/kenmerken van acuut glaucoom?

A

Erg ziek
Misselijk en braken
Rood, enorm pijnlijk oog
Doffe cornea
Half verwijde lichtstijve pupil

150
Q

Uit welke 5 lagen bestaat de cornea?

A

Epitheel
Membraan van Bowman
Stroma
Membraan van Descemet
Endotheel

151
Q

Wat is een keratoconus?

A

Wanneer cornea een kegelvormige vorm heeft en uitpuilt
Visusdaling

152
Q

Wat houdt de perforerende keratoplastiek (PKP) in?

A

Techniek waarbij de volledige corneadikte vervangen wordt door donorhoornvlies
Wordt gedaan bij perforaties, keratoconus of littekens

153
Q

Wat houdt de lamellaire keratoplastiek in?

A

Techniek waarbij gedeeltelijk de corneadikte wordt vervangen
2 vormen: (D)ALK en PLK

154
Q

Wat is een transtoriele herniatie?

A

Herniatie van hersenen die leidt tot een verschuiving van de middenlijn (‘midline shift’)

155
Q

Wat is een transcraniële herniatie

A

Herniatie van de hersenen die meer naar buiten drukt

156
Q

Wat is een subfalcine herniatie?

A

Herniatie van de hersenen die vooral aan de ventrikels is te zien. De ene is groter of staat schuiner

157
Q

Wat is een uncale herniatie?

A

Herniatie van de hersenen waarbij een deel van de hersenkwab door de tentorial notch heen gaat, en de andere kant dichtgedrukt wordt

158
Q

Benoem de structuren van de cirkel van Willis in de kleine hersenen.

A
  1. Arteria vertebralis
  2. Arteria basilaris
  3. Arteria cerebelli inferior posterior
  4. Arteria spinalis anterior
  5. Anteria cerebelli inferior anterior
  6. Arteria cerebelli superior
  7. Arteria cerebri posterior
159
Q

Benoem de structuren van de cirkel van Willis in de grote hersenen.

A
  1. Arteria carotis interna
  2. Arteria cerebri media
  3. Arteria cerebri anterior
  4. Arteria communicans anterior
  5. Arteria communicans posterior
  6. Arteria cerebri posterior
160
Q

Welke arterie knellen boogschutters af?

A

Arteria vertebralis (komt binnen via foramen magnum)

161
Q

Wanneer krijg je bij een aneurysma in de hersenen klachten?

A

Bij een giant aneurysma van > 2.5 cm
Symptomen: misselijkheid, hoofdpijn, wazig zien

162
Q

Wat zijn lenticostriataire arteriën?

A

Aftakkingen van a. cerebri media (terminale arteriën)
Voorzien basale kernen van bloed
Komen naar binnen bij aria perforata

163
Q

Waaruit bestaat de capsula interna?

A

Crus anterius
Genu: knie van capsula interna, corticobulbaire banen, zorgen voor beweging van gezicht en nek, bij infarct krijg je een afhangende mondhoek of schouder
Crus posterius: corticospinale banen, klachten zitten lager

164
Q

Hoe werkt de liquor circulatie in de hersenen?

A

Plexus choroideus maakt CSF
CSF gaat naar laterale ventrikels via foramen van Monro naar 3e ventrikel
Van 3e ventrikel via aquaductus cerebri naar 4e ventrikel
Hierna naar canalis centralis via de arachnoïdale ruimte
Granulomatosis arachnoidea absorberen CSF en brengen het naar veneuze systeem