Nederlands in de wereld Flashcards

1
Q

Waarom is het moeilijk om exact te bepalen hoeveel talen er worden gesproken?

A
  • Er worden steeds nieuwe talen ontdekt
  • Talen met uitsterven bedreigt
    –> Oorzaken uitsterven: - Terugloop van de bevolking
    - Taalcontact: + Globalisering
    + Toenemend contact met andere talen/ culturen
  • Economisch: drang om vooruit te komen
  • Taalpolitiek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Lingua Franca

A

Supranationaal

Taal die als gemeenschappelijk communicatiemiddel wordt gebruikt tussen mensen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Moedertaal

A

Je moedertaal is de taal die tijdens de jeugd, zonder formeel taalonderwijs, wordt verworven. Kenmerkend voor de moedertaalsprekers van een taal is de intuïtie die zij hebben over wat in hun taal al dan niet gezegd kan worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Officiële taal

A

Dit is een taal met een wettelijke functie in het openbaar bestuur; een taal waarvan het bestaan of de waarde door de overheid wordt erkend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Tweede taal

A

Een tweede taal is een taal die iemand beheerst, maar die niet de moedertaal is. Het leren van deze talen gaat veel moeizamer dan bij de moedertaal. Deze kan gestuurd of ongestuurde aangeleerd worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wereldtaal

A
  • Een taal waarmee je in grote delen van de wereld kunt communiceren.
  • Kenmerken
    1. Groot aantal moedertaalsprekers
    2. Veel tweede taalsprekers
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Contacttaal

A

Taal ontstaan uit de vermenging van 2 of meerdere talen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Pidgin

A

Eenvoudige omgangstaal die ontstaat wanneer mensen met een verschillende moedertaal moeten communiceren. Eenvoudige grammatica. Woordenschat van 700 à 1500 woorden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Creooltaal

A

Pidgintaal die de moedertaal van een groep wordt. De woordenschat wordt uitgebreid: Engels, Nederlands, Afrikaanse talen,…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Orthografisch

A

Orthografisch is er een tendens vereenvoudiging. Zo dient de ‘y’ zowel voor de ‘ei’ als voor de ‘ij’ en de ‘ou’ voor ‘au’ en ‘ou’. De spelling is ook fonetisch.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Morfologisch

A

Op morfologisch vlak is er deflexie: werkwoorden worden nauwelijks vervoegd. Meestal gebruik je voor al de personen de stam. Verkleinwoorden eindigen steevast op ‘tjie’, naamvallen zijn er niet en de meervouds-s primeert. Er is slechts één lidwoord, één betrekkelijk voornaamwoord en de genitief wordt gevormd door toevoeging van ‘se’. Afrikaans vertoont een grote taalcreativiteit in het maken van nieuwe samenstellingen en nieuwe Afrikaanse woorden om de opmars van het Engels tegen te gaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Syntactisch

A

Op syntactisch vlak gebruikt het Afrikaans de dubbele negatie. Er is nevenschikking en reduplicatie. De onvoltooid verleden tijd wordt meestal vervangen door de onvoltooid tegenwoordige tijd of voltooid tegenwoordige tijd. Enkel de modale werkwoorden hebben een onvoltooid verleden tijd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly