nederlands 6 Flashcards
1
Q
het katherder
A
spreekgestoelte
2
Q
katheter
A
buisje om lichaamsvochten af te tappen of voeding toe te dienen
3
Q
dokter
A
arts
4
Q
doctor
A
iemand met de hoogst academische graad
5
Q
amper
A
nauwelijks
6
Q
ampel
A
breedvoerig
7
Q
mond-op-mond
A
eerstehulpverlening waarbij een bewusteloze via de mond lucht wordt ingeblazen
8
Q
mond-tot-mondreclame
A
mondeling doorgegeven reclame
9
Q
debiteren
A
vertellen
10
Q
debuteren
A
voor de eerste keer een boek publiceren
11
Q
egocentrische
A
zichzelf tot middelpunt makende
12
Q
egoïstische
A
die uitsluitend aan hun eigenbelang denken
13
Q
antiquair
A
handelaar in antiek
14
Q
antiquaar
A
handelaar in oude boeken, handschriften en prenten
15
Q
doseren
A
doorvoeren in gedeelten