Multiple Sclerose (MS) Flashcards
Algemeen MS
Auto-immuunziekte
Myelineschede (witte stof) aangevallen door eigen immuun
Alleen myelineschede in czs, niet perifeer
Hersenzenuwen
Ontstaat ontstekingsreactie -> zwelling, vermoeidheid, soort, etc.
Aanval = schub -> myelineschede herstelt weer
Motorische en sensorische banen aangetast
Oorzaak MS
Onbekend
Denken combinatie genetica en omgeving
Risicofactoren MS
Leeftijd (16 - 55)
Geslacht (vaker vrouw)
Familiegeschiedenis (in genen)
Infecties (Epstein-Barr -> klierkoorts/ ziekte van pfeiffer)
Ras (blank -> Noord Europa)
Klimaat (gematigde klimaat)
Vitamine D (minder vitamine D of minder blootstelling aan zonlicht)
Bepaalde auto-immuunziekte (schildklieraandoening, diabetes type 1, etc.)
Roken
Epidemiologie
Meestal tussen 15-50 jaar
Vaker vrouwen dan mannen
Verschijnselen
Neuritis optica: dubbelzien, gezichtsveld valt weg
Piramide banen: spasticiteit, krachtverlies, verlamming
Sensibele: tintelingen
Andere: dysartrie (articulatiestoornis), ataxie, tremor, blaasfunctie stoornis
Symptomen deel 2
Moeheid -> sensorisch
Dubbelzien -> motorisch
Centraal ecotoom (midden gezichtsveld grijze plek)
Blaasproblemen
Pijn en jeuk
Geheugen (+ andere cognitieve veranderingen)
Emotionele verandering (depressie)
Spieratrofie (minder spiervolume)
Stuurloosheid (coördinatieproblemen, evenwichtsproblemen -> cerebellum)
Verloop
Exacerbatie (steeds slechter)
Remissie (weer beter)
Chornische ziekte
Soorten MS
Relapsing-Remitting MS (RRMS): aanvallen met herstel tussendoor (85%)
Primair-Progressieve MS (PPMS): geleidelijk achteruit zonder duidelijke aanvallen (>10%)
Secundair-Progressieve MS (SPMS): symptomen steeds erger, met of zonder aanvallen en remissies. Vaak eerst RRMS dan SPMS
Progressieve-Relapsing MS (PRMS): achteruitgang vanaf begin, met acute terugvallen en geen remissies (5%)
Milde MS: lang goed gaan. Milde klachten, lang geen achteruitgang, leeft langer. Zachte vorm MS
Diagnose
Bloedonderzoek: andere ziektes uitsluiten, specifieke biomarkers
Markers
Ruggengraat (lumbale) punctie: afwijkingen antilichamen, andere ziektes/infecties uit sluiten
MRI: brengt laesies op hersenen/ruggenmerg in beeld. Injectie met contrastmateriaal markeert laesies in actieve fase. Op beeld afwijking myelineschede
Opgeroepen potentiële test: visuele of elektrische stimuli, waarbij bewegend patroon ziet, of korte impulsen worden toegepast op zenuwen. Elektroden Meteren hoe snel informatie langs zenuwbanen reist
Neurologisch onderzoek: wat kun je wel/niet
Doel behandeling
Afremmen ziekte
Stoppen MS-aanval
Bestrijden symptomen
Medicatie MS
Corticosteroïden
INF (Inteferon-Bèta) -> gaat aantasting witte stof tegen
Gericht op symptomen (blaas, ademhaling, pijn, enz.)
Prognose
Bijna nooit dodelijk
Gemiddelde levensverwachting relatief weinig verkort bij MS
Beloop verschilt per patiënt
Meestal overlijden aan normale zaken, waar niet MS-cliënten ook aan overlijden
Overlijden aan complicaties van stoornissen (slikstoornissen)