Dwarslaesie Flashcards
Algemeen
Onderbreking van continuïteit van ruggenmerg
Gehele of gedeeltelijke uitschakeling functie
Hersenen, organen en spieren kunnen geen informatie aan elkaar doorgeven
Opvallendst is verlammingsverschijnselen
Stoornissen motorisch, sensibel en autonoom
Factoren die rol spelen
Hoogte (plaats beschadiging)
Omvang
Hoogtes
Van C4 of hoger Van C5 t/m C8 Van T1 t/m T6 Van H7 t/m L3 Conus-caudaletsel
Hoogtes op functies
C8 of hoger -> hoge dwarslaesie, tetraparese (alle 4 ledematen verlamd)
C4 of hoger -> complete dwarslaesie, leven zonder beademingsapparatuur niet mogelijk
T5 tot C5 -> resterende ademhalingsfunctie steeds geringer en kans op kunstmatige beademing steeds groter (verlamming middenrif en hulp ademhalingsspieren -> intercostale spieren)
T5 tot T8 -> complete dwarslaesie, intercostale spieren voor geringer deel verlamd, maar ophoesten is dan nog niet goed mogelijk
Niveau T8 -> midthoracale dwarslaesie, paraparese (gedeeltelijk verlamming benen)
Niveau L1 -> paraparese, lage dwarslaesie