Model organisms Flashcards

You may prefer our related Brainscape-certified flashcards:
1
Q

Beschrijf kort de mitose van een gistcel

A

Rustfase (G1) verlaten –> binnenkomen synthese-fase (S) –> DNA-replicatie en budformatie –> vorming mitotische spindle –> elongate M-fase –> bud laat los om een nieuwe gistcel te vormen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer zullen gistcellen a.d.h.v. meiose delen en wat ontstaat er dan?

A

Wanneer de cel zich onder barre omstandigheden bevindt. Er ontstaan dan 4 sporen uit een diploïde gistcel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke vorm kan een spoor aannemen en waardoor wordt deze vorm bepaalt?

A

A of alfa, wordt bepaald door de MAT-locus op het derde chromosoom.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke DNA-elementen zijn nodig voor de vorming van een gistplasmide? Welk derde element wordt vaak nog toegevoegd?

A

ARS en CEN. Soms wordt een gen toegevoegd zodat je kan selecteren op basis van positieve selectie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waarom zijn gistcellen geschikt voor forward genetics?

A

Omdat ze zich snel kunnen delen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is forward genetics?

A

Het zoeken naar een gen die verantwoordelijk is voor een bepaald fenotype/functie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe kan je forward genetics toepassen op een gistcel?

A

Door random mutaties aan te brengen in gistcellen op kweek. De gistcellen isoleren die defect zijn, die kloneren en identificeren voor hun functie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe kan je het probleem van gemuteerde cellen omzeilen bij het onderzoek naar de celcyclus van gistcellen?

A

Door gebruik te maken van temperatuur gevoelige mutaties. Waarbij mutaties pas voor een defect zorgen bij een hogere temperatuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wanneer spreek je van genetische interactie?

A

Wanneer beide genen moeten samenwerken om dezelfde functie te voltooien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe kan je genetische interactie testen m.b.v. gistcellen?

A

Door twee gemuteerde genen met elkaar laten ‘paren’. Als het fenotype hierdoor veranderd is er sprake van genetische ineractie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wanneer spreek je van synthetic lethality?

A

Als de combinatie van gemuteerde gistcellen bij onderzoek naar genetische interactie dodelijk is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is yeast two-hybrid screening en wat is het doel?

A

Een techniek om eiwit interactors te identificeren, het doel is om nieuwe eiwitten te vinden die interactie aangaan met jouw specifieke eiwit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke twee ‘moleculen’ heb je nodig voor yeast two-hybrid screening?

A

Een reportergen om het selectieproces zeker te maken. De expressie van een transcriptiefactor als twee domeinen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Leg kort de stappen uit van yeast two-hybrid screening.

A

Je bekende eiwit fuseer je met het DNA-bindend domein en wordt het lokaas genoemd. Het eiwit dat fuseert met het transcriptie-activatiedomein wordt het prooi. Als de prooi met het lokaas tot interactie gaat, zullen de cellen die dit coderen de selectie overleven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly